Kader 4 Goniometrie

Goniometrie
In deze LessenUp gaan we nog een keertje oefenen met het juist kiezen uit tangens, sinus of cosinus. Eerst oefenen we nog een keertje met de formules die erbij horen. Daarna krijg je een rechthoekige driehoek en moet je kiezen uit tangens, sinus of cosinus om een hoek of zijde te bereken. 
1 / 33
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 4

In deze les zitten 33 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Goniometrie
In deze LessenUp gaan we nog een keertje oefenen met het juist kiezen uit tangens, sinus of cosinus. Eerst oefenen we nog een keertje met de formules die erbij horen. Daarna krijg je een rechthoekige driehoek en moet je kiezen uit tangens, sinus of cosinus om een hoek of zijde te bereken. 

Slide 1 - Tekstslide

Zet de juiste zijdes bij de tangens, sinus, cosinus
aanliggende rechthoekzijde gedeeld door de lange zijde
overstaande rechthoekzijde gedeeld door de lange zijde
overstaande rechthoekzijde gedeeld door aanliggende rechthoekzijde
Tangens
Cosinus
Sinus

Slide 2 - Sleepvraag

De formule die hoort bij de tangens is:
A
o:l
B
o:a
C
a:o
D
a:l

Slide 3 - Quizvraag

De formule die hoort bij de sinus is:
A
o:a
B
a:l
C
o:l
D
a:o

Slide 4 - Quizvraag

De formule die hoort bij de cosinus is:
A
o:a
B
a:l
C
o:l
D
a:o

Slide 5 - Quizvraag

Geef aan of de stellingen hieronder waar of niet waar zijn.
stelling 1: om een hoek te bereken gebruik je shift tan op je rekenmachine.
stelling 2: om een zijde te bereken gebruik je shift tan op je rekenmachine.
A
stelling 1 is waar stelling 2 is waar
B
stelling 1 is niet waar stelling 2 is waar
C
stelling 1 is waar stelling 2 is niet waar
D
stelling 1 is niet waar stelling 2 is niet waar

Slide 6 - Quizvraag

In de volgende vragen moet je steeds kiezen uit tangens, sinus of cosinus. 
Na de vraag komt hetzelfde plaatje nog eens met een stukje uitleg.

Denk aan:
SOL CAL TOA 

Slide 7 - Tekstslide

Om hoek B te bereken gebruik je dan:
A
tangens
B
sinus
C
cosinus

Slide 8 - Quizvraag

Zijde AB is de aanliggende rechthoekzijde en zijde BC is de lange zijde. 
Cosinus is aanliggende rechthoekzijde  : lange zijde

Slide 9 - Tekstslide

Om hoek C te bereken gebruik je:
A
tangens
B
sinus
C
cosinus

Slide 10 - Quizvraag

Vanuit hoek C bekeken is AB de overstaande rechthoekzijde en BC de lange zijde.
Sinus is overstaande rechthoekzijde : lange zijde

Slide 11 - Tekstslide

Hoek A kan je berekenen met:
A
tangens
B
sinus
C
cosinus

Slide 12 - Quizvraag

Vanuit hoek A is BC de overstaande rechthoekzijde en AC is de aanliggende rechthoekzijde.
Tangens is overstaande rechthoekzijde : aanliggende rechthoekzijde

Slide 13 - Tekstslide

Hoek Q kan je berekenen met:
A
tangens
B
sinus
C
cosinus

Slide 14 - Quizvraag

Vanuit hoek Q is PQ de aanliggende rechthoekzijde en QR is de lange zijde.
cosinus is aanliggende rechthoekzijde : lange zijde

Slide 15 - Tekstslide

Hoek a kan je berekenen met:
A
tangens
B
sinus
C
cosinus

Slide 16 - Quizvraag

Vanuit hoek A is AC de aanliggende rechthoekzijde en AB is de lange zijde.
cosinus is aanliggende  rechthoekzijde : lange zijde

Slide 17 - Tekstslide

Hoek C kan je berekenen met:
A
tangens
B
sinus
C
cosinus

Slide 18 - Quizvraag

Vanuit hoek C is AB de overstaande rechthoekzijde en AC is de lange zijde.
sinus is overstaande rechthoekzijde : lange zijde

Slide 19 - Tekstslide

Hoek R kan je berekenen met:
A
tangens
B
sinus
C
cosinus

Slide 20 - Quizvraag

Vanuit hoek R is PQ de overstaande rechthoekzijde en QR is de lange zijde.
sinus is overstaande rechthoekzijde : lange zijde

Slide 21 - Tekstslide

PR kan je berekenen met:
A
tangens
B
sinus
C
cosinus

Slide 22 - Quizvraag

Hoek Q is gegeven dus moet je hoek Q gebruiken. 
PR is de zijde die je moet berekenen en dit is de overstaande rechthoekzijde vanaf Q.
Van PQ is de lengte gegeven dus die moet je gebruiken.  Dit is vanaf Q de aanliggende zijde. 
Overstaande rhz en aanliggende rhz is dus de tangens

Slide 23 - Tekstslide

LM kan je berekenen met:
A
tangens
B
sinus
C
cosinus

Slide 24 - Quizvraag

Hoek K is gegeven dus moet je hoek K gebruiken.
LM is de zijde die je moet berekenen en dit is de overstaande rechthoekzijde vanaf hoek K.
Van KM is de lengte gegeven dus die moet je gebruiken. Dit is vanaf hoek K de lange zijde.
Overstaande  rhz en lange zijde is dus de sinus

Slide 25 - Tekstslide

KM kan je berekeken met:
A
tangens
B
sinus
C
cosinus

Slide 26 - Quizvraag

Hoek K is gegeven dus moet je hoek K gebruiken.
KM is de zijde die je moet berekenen en dit is de aanliggende rechthoekzijde vanaf hoek K.
Van LM is de lengte gegeven dus die moet je gebruiken. Dit is vanaf hoek K de overstaande rechthoekzijde.
aanliggende rhz en overstaande  rhz is dus de tangens

Slide 27 - Tekstslide

AB kan je berekenen met:
A
tangens
B
sinus
C
cosinus

Slide 28 - Quizvraag

Hoek A is gegeven dus moet je hoek A gebruiken.
AB is de zijde die je moet berekenen en dit is de aanliggende rechthoekzijde vanaf hoek A.
Van AC is de lengte gegeven dus die moet je gebruiken. Dit is vanaf hoek A de lange zijde.
aanliggende rhz en lange zijde is dus de cosinus

Slide 29 - Tekstslide

KL kan je berekenen met:
A
tangens
B
sinus
C
cosinus

Slide 30 - Quizvraag

Hoek K is gegeven dus moet je hoek K gebruiken.
KL is de zijde die je moet berekenen en dit is de aanliggende rechthoekzijde vanaf hoek K.
Van KM is de lengte gegeven dus die moet je gebruiken. Dit is vanaf hoek K de lange zijde.
Aanliggende  rhz en lange zijde is dus de cosinus

Slide 31 - Tekstslide

Na het maken van deze lessonUp kan ik de juiste kiezen uit tanges, sinus, cosinus
A
Ja, ik snap het
B
Ja ik snap het een beetje
C
Nee geen idee waar dit over ging.

Slide 32 - Quizvraag

Ik vind het wel leuk om af en toe zo'n LessonUp-les te doen.
😒🙁😐🙂😃

Slide 33 - Poll