Lesson 1A + 1B: vocabulary + past simple affirmative

English
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

English

Slide 1 - Tekstslide

Goals
Last lesson you made a test.
This lesson we are going to start on unit 1 vocabulary and the first grammar item the Pas Simple (verleden tijd)

Slide 2 - Tekstslide

Exercise 2
Take p. 8 SB in front of you. Listen to the adjectives describing feelings. Write down the ones you don't know what they mean in your notebook!

Slide 3 - Tekstslide

Exercise 3 p. 8 SB
You get 5 minutes to put the adjectives in two columns: positive feelings and negative feelings.
timer
5:00

Slide 4 - Tekstslide

Exercise 9 p. 9 SB
Put these in your notebook. Important for test!

Slide 5 - Tekstslide

Past simple

Slide 6 - Tekstslide

Past Simple
Je gebruikt de Past Simple als iets gebeurd is in de verleden tijd en ook beëindigd is.

Wij noemen de Past Simple de Verleden Tijd.


Slide 7 - Tekstslide

 Regelmatige werkwoorden (rww)

Achter het werkwoord plaats je 'ed'

I walk -> I walked
it rains-> it raineded
they beg-> they begged

Slide 8 - Tekstslide

 RWW Spelling
Als een werkwoord eindigt op -e, dan komt er in de past simple alleen een -d achter:
I live - I lived
you move - you moved

In de past simple wordt de laatste medeklinker verdubbeld als er één klinker voor staat:
I drop - I dropped
they plan - they planned

Slide 9 - Tekstslide

 RWW Spelling
Als een werkwoord eindigt op -y, dan komt er in de past simple een -ied achter:
I carry- I carried
you study- you studied

In de past simple komt er een -ed achter als er een klinker voor staat:
I play - I played

Slide 10 - Tekstslide

Past Simple - Onregelmatige werkwoorden

Sommige werkwoorden zijn onregelmatig (OWW) en dat betekent dat ze geen '-ed' krijgen maar hun eigen vorm hebben.

to write  -> wrote    I wrote her a letter last week.
to go       -> went      He went to Italy last year.
to make -> made     They made a very nice meal two days ago.

Slide 11 - Tekstslide

Past Simple - Vraag/Ontkenning

Vraagzinnen
Did + hele ww (1e kolom):
Did you walk to school yesterday?

Ontkennende zinnen
Didn't + hele www (1e kolom):
You didn't walk to school yesterday.

Slide 12 - Tekstslide

Past Simple - Signaalwoorden

In de zin staan vaak een tijdsbepaling van verleden tijd.

  • yesterday
  • last week
  • ten minutes ago
  • in 2007
  • this morning

Slide 13 - Tekstslide

My sister .......... (play) the guitar last year.

Slide 14 - Open vraag


We ..... on holiday 2 years ago.
A
go
B
went
C
been
D
walked

Slide 15 - Quizvraag


I ..... a sandwich yesterday.
A
eat
B
drink
C
drank
D
ate

Slide 16 - Quizvraag

Work alone + homework
  • Exercise 3 + 4 on p. 9 of your workbook (we will check these in 10 minutes)
  • Exercise 1 and 2 p. 9 of your workbook (homework)
  • Study words chapter 1: a bit tot break your arm https://quizlet.com/_c8zj7q?x=1qqt&i=29arnh
timer
10:00

Slide 17 - Tekstslide