2.1 en 2.2 geslachtsorganen

2.1 en 2.2 Geslachtsorganen
1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

2.1 en 2.2 Geslachtsorganen

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Onderdelen van de man

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Blaas 
In de blaas wordt de 
urnine verzamelt

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Penis
De penis bestaat uit de schacht, de eikel en de voorhuid

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Eikel       Voorhuid
De eikel is gevoelig voor aanraking. 
De voorhuid ligt om de eikel heen en beschermt de eikel.

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zaadblaasje

Prostaat





De zaadblaasjes en de prostaat voegen vocht toe aan de zaadcellen.

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zaadleider

De zaadleiders vervoeren zaadcellen uit de bijballen richting de prostaat.
Wat zie je hier? --> 

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zwellichaam
De penis kan groter en stijver worden als de zwellichamen zich vullen met bloed. 

De man krijgt dan een erectie (een ‘stijve’). Dit gebeurt wanneer een man seksueel opgewonden is, maar het kan ook op andere momenten gebeuren. 

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Urinebuis
De urinebuis vervoert urine uit de blaas naar buiten. 


Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Urinebuis en voorvocht
Voor een zaadlozing komt vaak eerst voorvocht uit de urinebuis. Dit vocht maakt de urinebuis schoon. Zo kan het zuur van de urine de zaadcellen niet aantasten.

Voorvocht kan al een klein aantal zaadcellen bevatten.

Vraag: Kun je zwanger worden van voorvocht?

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Teelbal/zaadbal en bijbal
Teelbal/zaadbal:
Maakt testosteron
(mannelijk geslachtshormoon)
Maakt zaadcellen
(elke dag miljoenen!)

Bijbal: slaat zaadcellen tijdelijk op

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

 Balzak
Onder de penis ligt
een huidplooi: de balzak.
 
Daarin zitten de teelballen 
en de bijballen. 

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Sperma
Sperma bestaat uit zaadcellen
en vocht uit de zaadblaasjes
en de prostaat.
Door het vocht kunnen de
zaadcellen goed bewegen.

Het vocht bevat ook voedingsstoffen voor de zaadcellen.

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vrouw buitenkant
In de afbeelding zie je het 
maagdenvlies

Niet bij iedereen is dit zodanig 
aanwezig dat het gaat bloeden

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Eierstok en
eileider
Eileider
Hier komt de eicel in terecht 
na de ovulatie en kan hij 
bevrucht worden door een zaadcel
Eierstok 
In de eierstokken liggen cellen die zich kunnen ontwikkelen tot eicellen

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Baarmoeder 
In de baarmoeder kan een bevruchte eicel 
zich ontwikkelen tot een embryo.

De wand van de baarmoeder bestaat uit een 
dikke laag spieren. Aan de binnenkant is de 
baarmoederwand bekleed met slijmvlies.


Baarmoeder
Baarmoeder van opzij

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Baarmoederhals
Verbinding van vagina en baarmoeder

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vagina
Onder de baarmoeder zit de vagina (schede). Deze verbindt de baarmoeder met de buitenkant van het lichaam.

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


Wat is de naam van nummer 6 
A
Bijbal
B
Eikel
C
Prostaat
D
Teelbal

Slide 20 - Quizvraag

Referentie:
http://biologiepagina.nl/Oefeningen/Voortplanting/man.jpg

Welk nummer is de bijbal?
A
5
B
6
C
7
D
8

Slide 21 - Quizvraag

Referentie:
http://biologiepagina.nl/Oefeningen/Voortplanting/man.jpg
Wat is de naam van nummer 2?
A
Eileider
B
Eierstok
C
Baarmoeder
D
Baarmoederhals

Slide 22 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

In welk onderdeel zal de embryo zich gaan ontwikkelen?
A
Eileider
B
Eierstok
C
Baarmoeder
D
Urinebuis

Slide 23 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is de naam van nummer 4?
A
Eileider
B
Eierstok
C
Blaas
D
Baarmoeder

Slide 24 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welk onderdeel bij de man maakt de zaadcellen?
A
Teelballen
B
Bijballen
C
Balzak
D
Penis

Slide 25 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welk onderdeel bij de man slaat de zaadcellen tijdelijk op?
A
Teelballen
B
Bijballen
C
Balzak
D
Penis

Slide 26 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Waar of niet waar?
De prostaat en het zaadblaasje maken vocht voor in het sperma
A
Waar
B
Niet waar

Slide 27 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies