Semana 39 - Perfecto, negación

Metas Doelen
Después de esta clase... Na deze les...

1. ...sé usar el pretérito perfecto kan ik de perfecto gebruiken

También trabajamos la comprensión lectora (leesvaardigheid).
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
SpaansMiddelbare schoolSpeciaal Onderwijsvmbo lwooLeerroute VLLeerjaar 4

In deze les zitten 16 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

Metas Doelen
Después de esta clase... Na deze les...

1. ...sé usar el pretérito perfecto kan ik de perfecto gebruiken

También trabajamos la comprensión lectora (leesvaardigheid).

Slide 1 - Tekstslide

Control de los deberes
10 frases con pretérito perfecto 

Esta mañana ... / Hoy ... / Esta semana ...

Slide 2 - Tekstslide

¡Ha tenido suerte! LT 38

Slide 3 - Tekstslide

¡Ha tenido suerte! LT 38
Haced ej 1ab.

Slide 4 - Tekstslide

¡Manos a la obra! Aan het werk!
- Estudiad la explicación sobre el perfecto.
- Haced y corregid LE p 21-22 ejs 1,2a,4.

Slide 5 - Tekstslide

Metas Doelen
Después de esta clase... Na deze les...

1. ...sé negar frases kan ik zinnen ontkennend maken

Slide 6 - Tekstslide

Control de los deberes
 LE p 21-22 ejs 1,2a,4

Slide 7 - Tekstslide

¿Qué significan?
Nada
Nadie
Nunca

Slide 8 - Tekstslide

¿Qué significan?
Nada = Niets
Nadie = Niemand
Nunca = Nooit

Slide 9 - Tekstslide

Dubbele ontkenning
En español, es normal usar la negación doble

No he visto a nadie en el comedor.
Ik heb niemand gezien in de kantine. 

Esteban no escribe nada en su cuaderno. 
Esteban schrijft niets op in zijn schrift.



Slide 10 - Tekstslide

Dubbele ontkenning
En español, es normal usar la negación doble

No he visto a nadie en el comedor.
Ik heb niemand gezien in de kantine. 

Esteban no escribe nada en su cuaderno. 
Esteban schrijft niets op in zijn schrift.



Tussen no en nadie/nada/nunca komt het werkwoord

Slide 11 - Tekstslide

Nada betekent 'niets', maar...
No me gusta nada 
=
Ik vind dat/het helemaal niet leuk

No me gusta nada fregar los platos.
Ik vind het helemaal niet leuk om af te wassen.

Slide 12 - Tekstslide

Ontkenning, samengevat

No = niet 

Nunca = nooit

Nadie = niemand

Nada = niets


Bij een ontkenning staat NO vóór de persoonsvorm/ww en NUNCA, NADIE of NADA staat áchter de persoonsvorm/ww

Slide 13 - Tekstslide

Geen dubbele ontkenning
Als je 'Nunca', 'Nadie' of 'Nada' vóór de persoonsvorm zet, heb je de 'no' niet nodig. 

Nunca he estado en Bilbao.

Slide 14 - Tekstslide

¡A practicar!
Haced: LT p 40 ejercicio 7a. En 10 minutos, corregimos.
2. Cristina...
3. Cristina...
4. Cristina...
timer
10:00

Slide 15 - Tekstslide

¡Manos a la obra! Aan het werk!
- Estudiad vocabulario LT 228
- Haced y corregid LE p 23 ejs 8,9.

Slide 16 - Tekstslide