Voorbeeldopgaven vernieuwing CSE 2

Voorbeeldopgaven vernieuwing CSE 2
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

In deze les zitten 19 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

Voorbeeldopgaven vernieuwing CSE 2

Slide 1 - Tekstslide

Opdracht 1 - 2 punten
Jullie docent vindt de informatie in bronnen 1, 2 en 3 onder meer
betrouwbaar omdat de teksten uit gerespecteerde kranten komen. Twee
teksten kunnen ook om een andere reden betrouwbaar genoemd worden.

Noteer welke twee teksten dat zijn en geef voor elk van deze teksten nog
een reden waarom de informatie betrouwbaar genoemd kan worden. 

Slide 2 - Tekstslide

Experts: voorzitters van de Onderwijsraad en Raad voor Cultuur
Experts: (gewaardeerde) Nederlandse schrijvers

Slide 3 - Tekstslide

Opdracht 1 - 2 punten
Of: In bron 1 en 2 worden er experts op het gebied aangehaald (in dit geval voorzitters van de Onderwijsraad en Nederlandse schrijvers)

Bron 3 zit vol meningen, zonder dat de autoriteit van meneer Roelofs duidelijk is. Een subjectieve tekst dus.

Slide 4 - Tekstslide

Vraag 2 - 1 punt 
Marin (16 jaar) moet voor zijn klasgenoten een presentatie geven rondom de vraag waarom diep lezen een belangrijke vaardigheid is voor jongeren.

Welke drie alinea’s uit bron 1 kan Marin het best gebruiken om zijn hoofdvraag te beantwoorden?
Noteer de alineanummers van je keuze. 

Slide 5 - Tekstslide

Vraag 2 - 1 punt
Alinea 3: 'diep lezen' wordt voor het eerst genoemd. Daarna argumenten waarom het zo belangrijk is. 
Alinea 4: gaat daarop door. 
Alinea 5: vult de argumentatie verder aan

Slide 6 - Tekstslide

Opdracht 3 - 3 punten

Slide 7 - Tekstslide

Bron 1

Einde alinea 2: oorzaken en gevolgen.

Alinea 3: rol leesplezier

Slide 8 - Tekstslide

Bron 2
Gaat wel over de verplichte leeslijst, maar niet over het probleem en oorzaken en gevolgen.

Slide 9 - Tekstslide

Bron 3
Eerste zin alinea 2: beschrijft het probleem. 

Verder gaat het er vooral over dat Roelofs vindt dat leerlingen buiten hun belevingswereld moeten lezen.

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Vraag 4 - 1 punt
Dany gaat een betoog houden waarin hij pleit voor het afschaffen van de verplichte leeslijst. Hij wil een afweging maken van argumenten voor en
tegen zijn standpunt.

Citeer uit één van de bronnen een argument vóór zijn standpunt.

Slide 12 - Tekstslide

Vraag 4 - 1 punt
“De verplichte (...) onder jongeren.” (r. 1-3)

“Zodra een  (...) nu uitgeramd” (r. 19-23)

“Als het (...)  meer leuk” (r.  85-86)

Slide 13 - Tekstslide

Vraag 5 - 1 punt
Dany gaat een betoog houden waarin hij pleit voor het afschaffen van de verplichte leeslijst. Hij wil een afweging maken van argumenten voor en
tegen zijn standpunt.

Citeer uit één van de bronnen een argument tegen zijn standpunt.

Slide 14 - Tekstslide

Vraag 5 
"Door al (...) hen tekortdoen." (r. 9-13)

"Dat interessegebied (...) bij aansluiten (r. 33-38)

Slide 15 - Tekstslide

Vraag 6 - 1 punt
In bron 2 komen onder anderen Ronald Giphart, Claudia Jong en Lydia Rood aan het woord. Zij bepleiten allen een vergelijkbaar standpunt en hebben eenzelfde soort argument.

Wat is dat ene standpunt dat alle drie auteurs bepleiten?

Slide 16 - Tekstslide

Vraag 6 - 1 punt
Ze vinden dat kinderen vooral moeten lezen wat ze leuk vinden (en niet wat verplicht wordt te lezen.)

Alledrie zeggen ze: als iets moet, dan vinden kinderen het niet meer leuk


Slide 17 - Tekstslide

Vraag 7 - 1 punt
In bron 2 komen onder anderen Ronald Giphart, Claudia Jong en Lydia Rood aan het woord. Zij bepleiten allen een vergelijkbaar standpunt en hebben eenzelfde soort argument.

Welk soort argument geven alle drie auteurs? 

Slide 18 - Tekstslide

Vraag 7 - 1 punt
Giphart: geeft een voorbeeld over zijn zoon
Jong: vertelt wat ze ziet als ze naar basisscholen gaat
Rood: noemt allerlei boeken die niet meer gelezen worden

Argumentatie op basis van voorbeelden of eigen ervaring


Slide 19 - Tekstslide