In deze les zitten 30 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 45 min
Onderdelen in deze les
Planning
Wat weten jullie nog 5 minuten
Instructie bss. 6 10 minuten
Huiswerk BSS 3 & 4 10 minuten
Opdrachten maken bss 5 & 6 20 minuten
Klassecompetitie 5 minuten
Finale klassecompetitie 29 juni
Slide 1 - Tekstslide
Wat waren de eerste organismen op aarde? Wat waren de eerste dieren? Waarom gingen de dinosaurussen dood? Hoe weten we dat alle organismen familie zijn van elkaar?
Slide 2 - Open vraag
Waarom worden niet al de dieren die doodgaan een fossiel?
Slide 3 - Tekstslide
Zuurstof, schimmels en bacterien = geen fossiel
Alleen de harde delen van dieren
en planten worden fossielen.
Wanneer deze delen snel bedekt
raken met zand of klei kunnen
bacteriën en schimmels ze niet
opeten.
Slide 4 - Tekstslide
Kun je weten welk fossiel het oudste is?
Slide 5 - Tekstslide
Hoe dieper, hoe ouder
Fossiel A zien we maar in
één laag terug. Deze diersoort
is dus uitgestorven.
Hoe dieper het fossiel hoe ouder.
Slide 6 - Tekstslide
huiswerk bss 3 & 4
opdracht 20, 21 &
27&28
we bespreken de opdrachten die niet goed zijn gemaakt, heb je vragen stel ze want over 1 week heb je proefwerkweek
Slide 7 - Tekstslide
Opdrachten bss 5 & 6
Bss. 5: opdracht 32,33, 34, 35
Bss. 6: 39, 40 & 41
Huiswerk voor volgende week.
Slide 8 - Tekstslide
Klassecompetitie
Slide 9 - Tekstslide
huiswerk volgende les
Biologisch momentje
Neem iets mee van thuis of verzin iets dat je op het schoolplein kan vertellen.
Het mag ook een verhaal zijn over: een dier, je lichaam, planten, je familie als het maar met biologie te maken heeft!
Slide 10 - Tekstslide
Wat is evolutie?
Slide 11 - Open vraag
huiswerk bss 4.
opdracht 24, 26, 27, & 28
Slide 12 - Tekstslide
Liever niet in je sperma of eicellen!
Als er een mutatie gebeurd in geslachtcellen;
zaadcellen of eicellen. Dan hebben
alle nakomelingen die mutatie.
Er ontstaat een nieuw genotype
met nieuw DNA.
Slide 13 - Tekstslide
Is een mutatie in een geslachtcel of en cel in je hart gevaarlijker gevaarlijk?
A
Geslachtcel, want dan zit in alle cellen van je kinderen
B
Geslachtcel, omdat die dan in al je geslachtcellen zit
C
hartcel, je hebt maar een paar hartcellen
D
hartcel, want dan verspreid de mutatie zich
Slide 14 - Quizvraag
Het is een gevaarlijke ziekte, maar wat is kanker eigenlijk?
Slide 15 - Tekstslide
Te vaak delen is niet goed
Wanneer de genen muteren die de
celdeling regelen kan een cel
opeens heel vaak gaan delen.
Zo’n klomp cellen noem je een
kankergezwel of tumor.
Als deze je ziek maakt heb je kanker.
Slide 16 - Tekstslide
Wat zou er kunnen gebeuren wanneer kankercellen van een kankergezwel loslaten? Kijk goed wat je ziet.
Slide 17 - Tekstslide
Kanker kan verspreiden door je bloed
Kanker kan via je bloed uitzaaien
( verplaatsen) naar andere plekken.
Als het bij belangrijke organen
terecht komt kan dit heel gevaarlijk zijn.
Slide 18 - Tekstslide
Hoe kan een mutatie in 1 cel voor kanker zorgen ergens anders in je lichaam?
A
De cel deelt zich snel en besmet andere cellen
B
Die ene cel gaat via de bloedomloop naar een andere plek
C
De cel deelt zich, sommige cellen kunnen loslaten en via de bloedsomloop verspreiden
D
Al je cellen zijn hetzelfde, dus de mutatie zit in iedere cel
Slide 19 - Quizvraag
Huiswerk volgende les
Maak nu opdracht 21 en de test jezelf van Bss. 3
Huiswerk voor de volgende les
Hulp van je buurman mag wel, hoeft niet
Slide 20 - Tekstslide
Klassecompetitie
Slide 21 - Tekstslide
Heb je 46 verschillende chromosomen?
Is dit een jongen of een meisje?
Slide 22 - Tekstslide
Chromosomenparen en genenparen
Net als chromosomen komen genen in
paartjes voor, dus steeds 2. Ze kunnen
verschillen of hetzelfde zijn.
zaadcel heeft 23
en eicel ook 23 chromosomen
Slide 23 - Tekstslide
Hoeveel genen zitten er in je cellen?
A
23 paartjes
B
duizenden genen die allemaal anders zijn
C
duizenden genen maar steeds in paartjes
D
geen een.... nee geen idee
Slide 24 - Quizvraag
Hoe krijg je van 1 cel, 2 cellen?
Slide 25 - Tekstslide
giphy.com
Slide 26 - Link
Hoe werkt celdeling
1. Eerst verdubbelen de chromosomen
2. De moedercel deelt zich in twee
dochtercellen met hetzelfde genotype
met elk 46 chromosomen
Slide 27 - Tekstslide
huiswerk bss 1.
opdracht 12, 13, 14, 16, 17
we bespreken de opdrachten die niet goed zijn gemaakt, heb je vragen stel ze want dit keer krijg je een SO.