Pincode KB3 H2 Par 4

Pincode KB3 H2 Par 4 Consumentenrecht
Wetten & regels om de consument te beschermen.

- wet consumentenkoop
- colportagewet
- warenwet
- wet productaansprakelijkheid
- koop op afstand
1 / 34
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

In deze les zitten 34 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Pincode KB3 H2 Par 4 Consumentenrecht
Wetten & regels om de consument te beschermen.

- wet consumentenkoop
- colportagewet
- warenwet
- wet productaansprakelijkheid
- koop op afstand

Slide 1 - Tekstslide

Colportagewet
Verkopen aan de deur of bij verkoopdemonstraties thuis of tijdens een bus- of bootreis kunnen binnen 14 dagen schriftelijk ongedaan worden gemaakt als het aankoopbedrag meer is dan € 50.

Slide 2 - Tekstslide

Wet koop op afstand
Deze wet geldt als je een product koopt dat je van tevoren niet kunt zien of aanraken.

Bijvoorbeeld als je een product koopt via internet of via de telefoon. Niet tevreden? Dan mag je product retour binnen 14 dagen!

Uitzondering: voedsel, speciaal voor jou gemaakte producten en reizen.

Slide 3 - Tekstslide

NVWA
De Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) controleert voedselwaren.

Slide 4 - Tekstslide

Consumentenorganisaties
Deze organisaties geven eerlijke, onpartijdige informatie over producten. Een voorbeeld is de consumentenbond

  • onpartijdige informatie geven 
  • informatie over rechten en plichten
  • actie voeren bij fabrikanten of de overheid

Slide 5 - Tekstslide

Een vergelijkend warenonderzoek

Slide 6 - Tekstslide

Wat kunnen consumenten doen voor een beter milieu?


De consumenten kunnen het volgende doen voor een beter milieu:

  • Producten kopen met een milieukeurmerk; dit zijn producten die milieuvriendelijk worden geproduceerd
  • Verpakkingen in de juiste afvalbak gooien zodat ze kunnen worden gerycled
  • Electrische apparaten met een hoge energielabel (liefst A)

Slide 7 - Tekstslide

Consumeren of consuminderen?
  • Wat is consumeren?
  • Wat is consuminderen?


 

Slide 8 - Tekstslide

Waarom consuminderen?


  • Minder schade aan water-, bodem- en luchtvervuiling
  • Minder vebruik natuurlijke hulpbronnen zoals grondwater, bossen en fossiele brandstoffen
  • minder verstoring van de leefomgeving



Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Video

Milieuschade veroorzaakt door jou is hoe groot?

Jouw milieuschade wordt gemeten door jouw voetafdruk te meten.

Jouw voetafdruk is het aantal vierkante meters dat nodig is om jouw consumptie te produceren.



Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Video

Wat kunnen consumenten doen voor een beter milieu?


De consumenten kunnen het volgende doen voor een beter milieu:

  • Producten kopen met een milieukeurmerk; dit zijn producten die milieuvriendelijk worden geproduceerd
  • Verpakkingen in de juiste afvalbak gooien zodat ze kunnen worden gerycled
  • Electrische apparaten met een hoge energielabel (liefst A)

Slide 13 - Tekstslide

Milieu

Slide 14 - Tekstslide

Welke hoort NIET tot de consumentenorganisaties?
A
ANWB
B
Vereniging Eigen Huis
C
IKEA
D
Goede Waar & Co

Slide 15 - Quizvraag

CONSUMENTENORGANISATIES GEVEN ONAFHANKELIJKE INFORMATIE OVER EEN PRODUCT
A
WAAR
B
NIET WAAR

Slide 16 - Quizvraag

Waar kun je producten eerlijk met elkaar vergelijken ?
A
product informatie
B
overheid
C
consumentenorganisaties
D
fabrikanten

Slide 17 - Quizvraag

consumentenorganisaties doen onderzoek naar gelijk soortige producten van verschillende merken hoe heet zo'n onderzoek ?
A
vergelijkend warenonderzoek
B
merkonderzoek
C
producten onderzoek
D
prijs onderzoek

Slide 18 - Quizvraag

EEN VERGELIJKEND WARENONDERZOEK IS EEN ONDERZOEK NAAR:
A
VERSCHILLENDE PRODUCTEN
B
DEZELFDE SOORT PRODUCTEN

Slide 19 - Quizvraag

EEN VERGELIJKEND WARENONDERZOEK MAAKT RECLAME VOOR EEN PRODUCT
A
WAAR
B
NIET WAAR

Slide 20 - Quizvraag

als je moeder zegt dat je met "die broek het huis niet meer in komt", dan spreken we van
A
sociale beïnvloeding
B
kindermishandeling
C
commerciële beïnvloeding
D
vergelijkend warenonderzoek

Slide 21 - Quizvraag

Hoeveel dagen heeft men bedenktijd bij "koop op afstand"?
A
15
B
7
C
8
D
14

Slide 22 - Quizvraag

Welke wet gaat over verkoop aan de deur?
A
Colportagewet
B
Wet koop op afstand
C
Wet product-aansprakelijkheid
D
Koop aan de deur wet

Slide 23 - Quizvraag

Welke wet is van toepassing als je iets via internet koopt?

A
Warenwet
B
Wet koop op afstand
C
Wet product aansprakelijkheid
D
Colportagewet

Slide 24 - Quizvraag

Mandy haalt eten bij de snackbar en vindt dat de hygiënische omstandigheden daar slecht zijn. Mandy dient een klacht in. Welke wet wordt hier misschien overtreden?
A
Wet koop op afstand
B
Colportagewet
C
Warenwet
D
Wet productaansprakelijkheid

Slide 25 - Quizvraag

Je ouders worden opgebeld door een energiebedrijf. Ze besluiten in te gaan op het aanbod om hun energiecontract over te zetten naar dit nieuwe energiebedrijf. De volgende dag hebben ze spijt van het besluit. Kunnen ze er nog van af?
A
Ja, want dit is een vorm van colportage
B
Ja, want dit is koop op afstand
C
Nee, want dit is geen colportage
D
Nee, want gekocht is gekocht

Slide 26 - Quizvraag

Wat valt niet onder de Colportagewet?
A
avondje bij de buren waarop een vertegenwoordigster cosmetica verkoopt
B
verkopen tijdens een georganiseerde boottocht
C
huis aan huis verkopen
D
verkopen tijdens een goede doelendag op school

Slide 27 - Quizvraag

NVWA is de afkorting van
A
Nederlandse vereniging water afname
B
Nederlandse Vereniging Waren Afname
C
Nederlandse Voedsel en Waren Autoriteit
D
Nieuwe Vakvereniging Waren Autoriteit

Slide 28 - Quizvraag

Kijk naar het volgende logo.
Welke omschrijving hoort erbij:

A
Komt op voor de consumenten in het geheel
B
komt op voor consumenten die verantwoorde producten willen verkopen
C
komt op voor consumenten die een huis hebben of willen kopen
D
komt op voor zijn leden op het gebied van werk en verkeer

Slide 29 - Quizvraag

Kijk naar het volgende logo.
Welke omschrijving hoort erbij:

A
Komt op voor de consumenten in het geheel
B
komt op voor consumenten die verantwoorde producten willen verkopen
C
komt op voor consumenten die een huis hebben of willen kopen
D
komt op voor zijn leden op het gebied van werk en verkeer

Slide 30 - Quizvraag

De woning van Henk heeft energielabel A. Dit is:
A
Erg positief
B
Erg negatief
C
Een beetje positief
D
Geen van allen

Slide 31 - Quizvraag

Je koopt een wasmachine met energielabel G. Dit is een:
A
milieu zuinige wasmachine
B
erg vervuilende wasmachine
C
een goedkope wasmachine
D
een dure wasmachine

Slide 32 - Quizvraag

Wat is een energielabel?
A
Hierop kan je zien hoe zuinig een apparaat is.
B
Hierop zie je wat je met het apparaat kan doen.
C
Dan weet je in welk stopcontact het moet.
D
Hierop kan je zien of het veilig is.

Slide 33 - Quizvraag

Dit is het kringlooplogo.
Wat betekent dit logo?
A
Deze producten worden verkocht in 2e handswinkels
B
Deze producten worden na gebruik hergebruikt in dezelfde vorm
C
Deze producten zijn milieuvriendelijk geproduceerd
D
Deze producten worden na gebruik gerecycled naar nieuwe producten

Slide 34 - Quizvraag