K2 herhaling Unit 3
1 / 52
Lesduur is: 20 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Wat moet er op de ... staan?
They are late, ...
They are late, ...
A
is it?
B
aren't they?
C
They are?
D
are they?
Slide 4 - Quizvraag
Wat moet er op de ... staan?
Jason is a tall boy, ...
Jason is a tall boy, ...
A
is Jason?
B
he is?
C
is he?
D
Isn't he?
Slide 5 - Quizvraag
Wat moet er op de ... staan?
That coffee is very hot, ...
That coffee is very hot, ...
A
isn't it?
B
is it?
C
Is the coffee?
D
it is?
Slide 6 - Quizvraag
Wat moet er op de ... staan?
You aren't fast, ...
You aren't fast, ...
A
aren't you?
B
are you?
C
not are you?
D
you are?
Slide 7 - Quizvraag
Welke zin staat in de juiste volgorde?
A
I like going to the beach on the weekends.
B
I like going on the weekends to the beach.
C
On the weekends to the beach I like going
D
To the beach I like going on the weekends.
Slide 8 - Quizvraag
Welke zin staat in de juiste volgorde?
A
next month he going is to London.
B
He is going to London next month.
C
Is next month to London he going.
Slide 9 - Quizvraag
Welke zin staat in de juiste volgorde?
A
Linda talks every day to Tim.
B
Linda talks to Tim every day.
C
To tim talks Linda every day.
Slide 10 - Quizvraag
Welke zin staat in de juiste volgorde?
A
All those boys train every Friday on the field.
B
On the field all those boys every Friday train.
C
All those boys train on the field every Friday.
Slide 11 - Quizvraag
Is het much of many
... dogs
... dogs
A
much
B
many
Slide 12 - Quizvraag
Is het much of many
... girls
... girls
A
much
B
many
Slide 13 - Quizvraag
Is het much of many
... love
... love
A
much
B
many
Slide 14 - Quizvraag
Is het much of many
... air
... air
A
much
B
many
Slide 15 - Quizvraag
Is het much of many
... coffee
... coffee
A
much
B
many
Slide 16 - Quizvraag
Is het much of many
... chairs
... chairs
A
much
B
many
Slide 17 - Quizvraag
Is het much of many
... papers
... papers
A
much
B
many
Slide 18 - Quizvraag
Is het much of many
... children
... children
A
much
B
many
Slide 19 - Quizvraag
Is het much of many
... trees
... trees
A
much
B
many
Slide 20 - Quizvraag
Is het much of many
... sugar
... sugar
A
much
B
many
Slide 21 - Quizvraag
EN-NE
fancy
fancy
Slide 22 - Open vraag
EN-NE
wedding
wedding
Slide 23 - Open vraag
EN-NE
magical
magical
Slide 24 - Open vraag
EN-NE
gloves
gloves
Slide 25 - Open vraag
EN-NE
baggy
baggy
Slide 26 - Open vraag
EN-NE
socks
socks
Slide 27 - Open vraag
EN-NE
to draw
to draw
Slide 28 - Open vraag
EN-NE
to show
to show
Slide 29 - Open vraag
EN-NE
art
art
Slide 30 - Open vraag
EN-NE
cardboard
cardboard
Slide 31 - Open vraag
EN-NE
dull
dull
Slide 32 - Open vraag
EN-NE
to demolish
to demolish
Slide 33 - Open vraag
EN-NE
main road
main road
Slide 34 - Open vraag
EN-NE
at the edge of
at the edge of
Slide 35 - Open vraag
EN-NE
place
place
Slide 36 - Open vraag
NE-EN
Levendig
Levendig
Slide 37 - Open vraag
NE-EN
Vervuiling
Vervuiling
Slide 38 - Open vraag
NE-EN
fabriek
fabriek
Slide 39 - Open vraag
NE-EN
zaken
zaken
Slide 40 - Open vraag
NE-EN
spuitbus
spuitbus
Slide 41 - Open vraag
NE-EN
kwast
kwast
Slide 42 - Open vraag
NE-EN
tekening
tekening
Slide 43 - Open vraag
NE-EN
lijn
lijn
Slide 44 - Open vraag
NE-EN
stip
stip
Slide 45 - Open vraag
NE-EN
beschikbaar
beschikbaar
Slide 46 - Open vraag
NE-EN
mouwen
mouwen
Slide 47 - Open vraag
NE-EN
kwaliteit
kwaliteit
Slide 48 - Open vraag
NE-EN
zonder
zonder
Slide 49 - Open vraag
NE-EN
tijdens
tijdens
Slide 50 - Open vraag
NE-EN
gast
gast
Slide 51 - Open vraag
NE-EN
jaarlijks
jaarlijks
