3.3 - De strijd van de arbeiders

• Geschiedenis
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 2

H3 - Paragraaf 3

De strijd van de arbeiders

Wat gaan we doen vandaag?

-Lesdoelen

-Herhaling

-De strijd van de arbeiders

-Opdrachten

-Afsluiting  

Herhaling

We draaien het rad. Heb jij de vraag goed dan mag je iemand uit de klas aanwijzen die de volgende vraag moet beantwoorden. Heb je de vraag fout dan schrijf je de volgende zin 5x op:

"Ik moet beter opletten in de geschiedenisles zodat ik wel het juiste antwoord op de vraag weet"

Welk begrip hoort bij deze betekenis:
Periode van grote en snelle verandering in West-Europa door de komst van industrie; deze periode duurde van 1760 tot 1850.

1. Industrialisatie
2. Kapitalisme
3. Industriële revolutie
4. Monarchie

Wat is industrialisatie?

1. Een periode van grote en snelle verandering door de komst van industrie.
2. Het ontstaan van industrie (fabrieken) in een gebied waar eerst vooral landbouw was.
3. Een speciale dans.
4. Mensen die in fabrieken werken.

Wat is een van de belangrijkste uitvindingen van de revolutie?

1. stoommachine
2. ploeg
3. straatverlichting
4. dienstensector

In welk land begon de Industriële revolutie?

1. Frankrijk
2. Engeland
3. Nederland
4. Duitsland

Noem 1 voorbeeld waaruit blijkt dat de woonomstandigheden van de arbeiders vaak zeer slecht waren.

Noem 1 voorbeeld waaruit blijkt dat de werkomstandigheden van de arbeiders vaak zeer slecht waren.

Leerdoelen

Aan het eind van deze les:

• Kan ik uitleggen hoe arbeiders en vrouwen streden voor een beter leven in de negentiende eeuw

Vakbonden

• Wat is een vakbond? 
  

Vakbonden

Wat veranderde er door de protesten van arbeiders en vrouwen in de negentiende?

1. Invoering van sociale wetten zoals leerplicht
2. Invoering van algemeen- en vrouwenkiesrecht
3. De invoering van een beter belasting stelsel, rijke mensen hoefden nu minder te betalen
4. De verspreiding van mensen over Nederland om de urbanisatie tegen te gaan

Verandering

• Algemeen mannenkiesrecht (1917)
  

• Sociale wetten

1. Kinderwetje van Van Houten  (1874)
   
2. Leerplicht (1900)
   
3. 8-urige werkdag (1919)
   

Socialisten

• Socialisten (SDAP)

1. Hogere lonen
2. Betere werkomstandigheden
3. Minder uren werken
4. Betaald worden tijdens ziekte
   

• Wat als men niet luisterde?
  

Wat willen de socialisten?

1. Dat rijken meer te zeggen krijgen over het bestuur
2. Dat rijken minder belasting betalen
3. Algemeen kiesrecht
4. Hogere lonen

Feministen

• Aletta Jacobs
• VvVK (vereniging voor Vrouwenkiesrecht)
  

• Emancipatie

• Vrouwenkiesrecht (1919)

Hoe streden de arbeiders en vrouwen voor een beter leven in de negentiende eeuw?

Opdrachten

Paragraaf 3.3 – strijd van de arbeiders
Opdrachten: 1, 2, 3bc, 4a, 5, 6, 7

Blz. 72 t/m 75

nakijken 3.3

Opdrachten: 1, 2, 3, 4a, 5, 6, 7

Blz. 72 t/m 75
 

Leerdoelen

Aan het eind van deze les:

• Kan ik uitleggen hoe arbeiders en vrouwen streden voor een beter leven in de negentiende eeuw