Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
Klas 2 Blok 1 Spelling: Tegenwoordige tijd, verleden tijd, voltooide tijd
Werkwoordspelling
Doel van de les
Aan het eind van de les kun je het volgende goed spellen:
- pv in de tegenwoordige tijd;
- pv in de verleden tijd;
- het voltooid deelwoord
1 / 20
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Nederlands
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 2
In deze les zitten
20 slides
, met
interactieve quizzen
,
tekstslides
en
2 videos
.
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Werkwoordspelling
Doel van de les
Aan het eind van de les kun je het volgende goed spellen:
- pv in de tegenwoordige tijd;
- pv in de verleden tijd;
- het voltooid deelwoord
Slide 1 - Tekstslide
Werkwoorden kun je in 3 tijden schrijven:
- tegenwoordige tijd
- verleden tijd
- voltooide tijd
Slide 2 - Tekstslide
Werkwoordspelling
Tegenwoordige tijd
ik vorm
v.b. ik kook - ik voetbal
Verleden tijd
ik-vorm + de(n)
ik-vorm + te(n)
v.b. ik kookte - ik voetbalde
Voltooide tijd
hebben / zijn
ge, be, ver, ont, her
v.b. ik heb gekookt - ik heb gevoetbald
Slide 3 - Tekstslide
Tegenwoordige tijd
Het gebeurt nu.
Gebruik het werkwoord 'lopen' om te controleren hoe je het schrijft!
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Video
Slide 6 - Tekstslide
Zet in de tegenwoordige tijd:
Mijn moeder (koken) elke avond.
A
kook
B
kookt
C
kookd
Slide 7 - Quizvraag
Zet in de tegenwoordige tijd:
Het huis (branden) al een tijdje.
Slide 8 - Open vraag
Verleden tijd
Het is geweest
ik-vorm + de(n)
ik-vorm + te(n)
Slide 9 - Tekstslide
Slide 10 - Video
Zet in de verleden tijd:
Mark (vluchten) voor zijn leven.
Slide 11 - Open vraag
Zet in de verleden tijd:
De meisjes (voetballen) elke week.
A
voetbalde
B
voetbalden
C
voetbalte
D
voetbalten
Slide 12 - Quizvraag
voltooide tijd
Het is geweest
Altijd een werkwoord hebben of zijn
ge, be, ver, ont, her
Slide 13 - Tekstslide
De kinderen hebben (voetballen)
A
gevoetbald
B
gevoetbaldt
C
gevoetbalt
Slide 14 - Quizvraag
U hebt een briefje (schrijven).
A
geschrijft
B
geschrijfd
C
geschreven
Slide 15 - Quizvraag
De lerares Nederlands ontleedt eerst een paar zinnen op het smartbord als voorbeeld.
________
A
tegenwoordige tijd
B
voltooide tijd
C
verleden tijd
Slide 16 - Quizvraag
In de biologieles hebben we een kikker ontleed.
________
A
tegenwoordige tijd
B
voltooide tijd
C
verleden tijd
Slide 17 - Quizvraag
Ik weet het verschil tussen de tegenwoordige tijd en de verleden tijd.
😒
🙁
😐
🙂
😃
Slide 18 - Poll
Deze uitleg heeft mij geholpen.
😒
🙁
😐
🙂
😃
Slide 19 - Poll
Aan de slag
Slide 20 - Tekstslide
Meer lessen zoals deze
Klas 2 Blok 1 Spelling: Tegenwoordige tijd, verleden tijd, voltooide tijd
Februari 2024
- Les met
22 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 2
Klas 2 Blok 1 Spelling: Tegenwoordige tijd, verleden tijd, voltooide tijd
12 dagen geleden
- Les met
22 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 2
Tegenwoordige tijd, verleden tijd, voltooide tijd
Maart 2021
- Les met
23 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 2
tegenwoordige-, verleden- en voltooide tijd
Maart 2021
- Les met
13 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 2
groep 7 werkwoordcito oefenen
Maart 2023
- Les met
35 slides
nederlands
Primary Education
tegenwoordige-, verleden- en voltooide tijd
Maart 2022
- Les met
12 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 2
Tegenwoordige tijd, verleden tijd, voltooide tijd
Februari 2021
- Les met
11 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 2
tegenwoordige-, verleden- en voltooide tijd
December 2022
- Les met
15 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 2