Zorg voor een duidelijke inleiding, kern en slot. Na iedere alinea sla je een regel over (witregel).
Inleiding: je stelt jezelf voor en schrijft kort waarom je je brief schrijft.
Kern: je voert argumenten aan, schrijf je klachten op, beschrijft je capaciteiten.
Slot: je herhaalt nog kort je vraag/probleem, en wat je van diegene naar wie je schrijft verwacht.