6.1 - Licht en kleur

• Natuurkunde
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 2

Dag allemaal! Ga op de juiste plek zitten. Log in op de lessonup

Dag allemaal! Ga op de juiste plek zitten. Log in op de lessonup

Hoofdstuk 7

LICHT

HOOFDSTUK 6 LICHT

Dag R2E!
Log vast in op de lessonup!

Paragraaf 1

Licht en kleur

Leerdoelen:

• Je kunt een voorbeeld geven van een natuurlijke- en een kunstmatige lichtbron
• Je kunt uitleggen wat een spectrum is, en hoe je een spectrum zichtbaar maakt
• Je kunt uitleggen hoe het kan dat je een voorwerp met een bepaalde kleur ziet
• Je kunt uitleggen wat een natriumlamp is

00:01-00:06

Introductie Hoofdstuk 6

LICHT

00:18

Een appel geeft zelf geen licht. Hoe kan het dan dat we die appel zien?

1. Omdat de appel stiekem toch een beetje licht geeft.
2. Omdat onze ogen zo goed zijn dat we ook dingen kunnen zien die geen licht afgeven.
3. Omdat de appel het licht van een lichtbron naar ons oog weerkaatst.
4. We denken dat we een appel zien, maar eigenlijk zien we een peer.

00:31

Zonlicht is wit, maar bestaat uit verschillende kleuren. Welke kleuren zijn dat?

1. zwart en wit samen
2. bruin, grijs en zwart
3. rood, oranje, geel groen blauw en violet
4. wit met een gouden randje

00:54

Hoe kan het dat wij een sinaasappel als oranje zien?

1. omdat hij alle kleuren absorbeert
2. omdat hij alle kleuren weerkaatst
3. omdat hij alleen oranje absorbeert
4. omdat hij alleen oranje weerkaatst

01:06

Welke bewering is juist?

1. een zwart voorwerp weerkaatst al het licht , een wit voorwerp absorbeert al het licht
2. zowel zwarte als witte voorwerp weerkaatsen en absorberen een beetje licht
3. een zwart voorwerp absorbeert al het licht , een wit voorwerp weerkaatst al het licht
4. een zwarte kat brengt ongeluk, een witte kat niet

02:46

Samengevat:

er is een straal wit licht

deze valt op stuk glas dat de vorm van een prisma heeft

het witte licht "valt uit elkaar" in verschillende kleuren die we de spectraalkleuren noemen

WIT LICHT

PRISMA

SPECTRAALKLEUREN

05:10

Noteer de ontbrekende woorden.
Een wit voorwerp.................(1)...............alle kleuren.
Een zwart voorwerp...........(2)..............alle kleuren.

05:59

Op dit stopbord valt wit licht.
Wat doet het rode vlak met het licht dat erop valt?
En de witte letters?

1. Het rode vlak weerkaatst alles behalve rood, het witte vlak weerkaatst alles
2. Het rode vlak weerkaatst alleen rood, het witte vlak absorbeert alles
3. Het rode vlak absorbeert alleen rood, het witte vlak weerkaatst alles
4. Het rode vlak weerkaatst alleen rood, het witte vlak weerkaatst alles

06:00

Op het bord hiernaast valt wit licht. Wat doet het rode vlak met dit licht? En het blauwe vlak?

1. Het rode vlak weerkaatst rood, het blauwe vlak weerkaatst blauw
2. Het rode vlak absorbeert rood, het blauwe vlak absorbeert blauw
3. Het rode vlak en het blauwe vlak weerkaatsen al het licht
4. Het rode vlak en het blauwe vlak absorberen al het licht

06:11

De zon geeft wit licht. Dat licht bevat alle kleuren.

Sommige lampen geven maar één kleur licht. 

NATRIUMlamp

LED lampen

Samengevat:

er is een straal wit licht

deze valt op stuk glas dat de vorm van een prisma heeft

het witte licht "valt uit elkaar" in verschillende kleuren die we de spectraalkleuren noemen

Samengevat:

-Een gekleurd voorwerp kan alleen maar licht van zijn eigen kleur weerkaatsen. Alle andere kleuren worden geabsorbeerd.

-Een zwart voorwerp absorbeert alle kleuren, weerkaatst niets

-Een wit voorwerp weerkaatst alle kleuren, absorbeert niets.

Samengevat:

De zon geeft wit licht. Dat licht bevat alle kleuren.

Sommige lampen geven maar één kleur licht. 

Een voorwerp dat

een andere kleur

dan geel heeft

kan nu niets 

weerklaatsen!

NATRIUMlamp

LED lampen

Geel licht

Samengevat:

Elk lichtbron heeft zijn eigen spectrum.

Het spectrum van de zon bestaat
uit alle zichtbare spectraalkleuren.

Het spectrum van een lamp die maar één kleur licht uitzendt
bestaat uit die ene kleur. Bijvoorbeeld het spectrum van
een  natriumlamp bevat alleen de spectraalkleur geel.

Je kunt deze kleuren zien met een zogenaamde

zakspectroscoop.

(1) Uit welke zes spectraalkleuren bestaat het spectrum van zonlicht.

(2) Wat doet een rood voorwerp met zonlicht dat op dat voorwerp valt

Ga nu zelf aan de slag

Wat? Maak H6.1 - 1 t/m 6

Hoe? De eerste 5 minuten zijn stil. Daarna fluisterend overleggen.

Hulp? Nee

Klaar? Ga voor een ander vak bezig.