We gaan kijken naar nog een manier om belastingen te onderscheiden, namelijk naar de wijze van heffing, oftewel of het een aanslag- of een aangiftebelasting is
En we gaan kijken naar beginselen in het belastingrecht
En uiteraard gaan we daarmee oefenen
1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
rechtenMBOStudiejaar 2
In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Onderdelen in deze les
Wat gaan we vandaag doen?
We gaan kijken naar nog een manier om belastingen te onderscheiden, namelijk naar de wijze van heffing, oftewel of het een aanslag- of een aangiftebelasting is
En we gaan kijken naar beginselen in het belastingrecht
En uiteraard gaan we daarmee oefenen
Slide 1 - Tekstslide
Maar we kijken eerst nog even terug op de vorige les
We hadden nog een keer geoefend met of er sprake was van belasting ontgaan-ontduiken-ontwijken én met de vraag of iets nu een belasting was of niet
Daarna hadden we gekeken naar 2 manieren om belastingen te onderscheiden, nl naar heffende instantie én of het een directe of indirecte belasting is.
Slide 2 - Tekstslide
Oefenen met de stof van hiervoor
We beginnen eerst met een aantal oefeningen over de al besproken stof in de vorige lessen
Slide 3 - Tekstslide
De loonbelasting is een?
A
directe belasting
B
indirecte belasting
Slide 4 - Quizvraag
De omzetbelasting is een?
A
directe belasting
B
indirecte belasting
Slide 5 - Quizvraag
Accijns wordt geheven door?
A
het Rijk
B
provincie
C
gemeente
D
waterschappen
Slide 6 - Quizvraag
Precariobelasting wordt geheven door?
A
het Rijk
B
provincie
C
gemeente
D
waterschappen
Slide 7 - Quizvraag
Is het aanvragen bij de gemeente van een VOG een belasting?
A
ja
B
nee
Slide 8 - Quizvraag
Joost koopt een slof sigaretten die van de "vrachtwagen is gevallen", dit omdat hij de sigaretten in de winkel te duur vindt. Waar is hier sprake van?
A
belastingontduiking
B
belasting ontgaan
C
belastingontwijking
Slide 9 - Quizvraag
aangifte- of aanslagbelasting?
We gaan nu de 3e manier om belastingen te onderscheiden bespreken, nl naar wijze van heffing, oftewel aanslag- of aangiftebelasting
Slide 10 - Tekstslide
Slide 11 - Tekstslide
Slide 12 - Tekstslide
Onroerendzaakbelasting is een voorbeeld van een aangiftebelasting
A
juist
B
onjuist
Slide 13 - Quizvraag
Loonbelasting is een voorbeeld van een aangiftebelasting
A
juist
B
onjuist
Slide 14 - Quizvraag
Accijns is een voorbeeld van een aangiftebelasting
A
juist
B
onjuist
Slide 15 - Quizvraag
Vennootschapsbelasting is voorbeeld van een aanslagbelasting
A
juist
B
onjuist
Slide 16 - Quizvraag
Inkomstenbelasting is een voorbeeld van een aangiftebelasting
A
juist
B
onjuist
Slide 17 - Quizvraag
Motorrijtuigenbelasting is een voorbeeld van een aanslagbelasting
A
juist
B
onjuist
Slide 18 - Quizvraag
Omzetbelasting is een voorbeeld van een aanslagbelasting
A
juist
B
onjuist
Slide 19 - Quizvraag
Beginselen
We gaan nu kijken naar een 4-tal belastingbeginselen alsook naar het legaliteitsbeginsel
Slide 20 - Tekstslide
Slide 21 - Tekstslide
Slide 22 - Tekstslide
Geldt het profijtbeginsel bij de motorrijtuigenbelasting?
A
ja
B
nee
Slide 23 - Quizvraag
Welk beginsel is van toepassing op de erfbelasting?
A
profijtbeginsel
B
beginsel van de minste pijn
C
draagkrachtbeginsel
D
beginsel vd bevoorrechte verkrijging
Slide 24 - Quizvraag
Welk beginsel is van toepassing op de loonbelasting?
A
profijtbeginsel
B
beginsel van de minste pijn
C
draagkrachtbeginsel
D
beginsel vd bevoorrechte verkrijging
Slide 25 - Quizvraag
welk beginsel is van toepassing op de kansspelbelasting?
A
profijtbeginsel
B
beginsel van de minste pijn
C
draagkrachtbeginsel
D
beginsel vd bevoorrechte verkrijging
Slide 26 - Quizvraag
Welk beginsel is in box I van de inkomstenbelasting van toepassing?
A
profijtbeginsel
B
beginsel van de minste pijn
C
draagkrachtbeginsel
D
beginsel vd bevoorrechte verkrijging
Slide 27 - Quizvraag
Welk beginsel is van toepassing op de schenkbelasting?