- mijn publiek vaststellen en je woordgebruik en toon aanpassen aan je publiek.
- mijn publiek betrekken bij mijn presentatie
- het onderwerp en de belangrijkste deelonderwerpen van mijn presentatie noemen.
Slide 5 - Tekstslide
Instructie
Als je spreekt voor een groep, houd je rekening met je publiek, je luisteraars. Je wilt dat je publiek je begrijpt en met aandacht naar je luistert.
Slide 6 - Tekstslide
Instructie
Zo houd je rekening met je publiek:
Vertel aan het begin van je presentatie iets waarmee je de aandacht trekt. Vertel bijvoorbeeld over je eigen ervaring of laat een voorwerp zien.
Vertel het onderwerp van je presentatie en geef aan wat de opbouw is.
Bijvoorbeeld: Ik vertel jullie vandaag iets over sportblessures. Ik begin met een uitleg over hoe je een sportblessure kunt krijgen. Daarna vertel ik over de meest voorkomende blessures. En ten slotte leg ik uit hoe je ze kunt voorkomen.
Slide 7 - Tekstslide
Instructie
Zo houd je rekening met je publiek:
Bedenk bij je voorbereiding wat devoorkennis van je luisteraars is : wat weten ze al over het onderwerp? Houd hier rekening mee als je gaat presenteren.
Gebruik woorden en zinnen die passen bij je publiek en die je zelf snapt
Slide 8 - Tekstslide
Instructie
Zo houd je rekening met je publiek:
Betrek je luisteraars bij je verhaal. Stel ze bijvoorbeeld tussendoor een vraag, of vraag naar hun mening en laat ze stemmen met ja/nee of eens/oneens.
Sluit liever niet af met: 'Dit was mijn presentatie.' Geef een korte samenvatting en controleer of je luisteraars nog vragen hebben.
Slide 9 - Tekstslide
Toepassing
Geef drie onderwerpen waarbij je dit plaatjes kan gebruiken bij jouw presentatie.
Nieuwe dierentuin geopend
Het leven van de wilde Resus aap
Hoeveel lijken apen op mensen?
Het leven in de jungle
Bedreigde diersoorten
Slide 10 - Tekstslide
Toepassing
Jullie gaan naar Nieuw Nederlands - Thema D - paragraaf 6 'Spreken voor publiek'
Je maakt hiervan alle opdrachten. Wanneer je hiermee klaar bent, ga je verder met de podcast.
Niet vergeten dat de Pecha Kucha vandaag ingeleverd moet zijn!
Slide 11 - Tekstslide
Evaluatie
Wat moet je doen wanneer je een presentatie gaat geven? Waar moet je op letten? (Denk aan het lesdoel)