Week 02 Les 3

• Frans
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 2

Aïe, j'ai mal!

Leerdoelen

1. Je kent de woordjes van les 1 en 2 en je kunt verschillende lichaamsdelen benoemen.
2. Je kunt eenvoudige instructies begrijpen.
3. Je kunt aanwijzingen over medicijngebruik begrijpen.

Programma

1. 5 min leren: Chap 4 woordjes Les 1+ 2 + "Les parties du corps" 
2. Quiz
3. Zelfstandig: Chap 4 Les 3 opdrt. 2 /3 / 4 + 6 / 8/ 11
4. Evaluatie 

Vertaal het woord (tussen haakjes) in het Nederlands.

Elle ( a mal au coeur)

Vertaal het woord (tussen haakjes) in het Nederlands.

Il faut aller (aux urgences)!

Vertaal het woord (tussen haakjes) in het Nederlands.

Il a été renversé par (un camion).

Vertaal het woord in het Frans.

een ongeluk

Vertaal het woord in het Frans.

pijn hebben aan

Vertaal het woord in het Frans.

help!

Kies de juiste vertaling

de buik

1. la jambe
2. le bras
3. le ventre
4. le doigt

Kies de juiste vertaling

het hoofd

1. la main
2. la jambe
3. la tête
4. le bras

Kies de juiste vertaling

de neus

1. le nez
2. le cou
3. l'oreille
4. l'oeil

Kies de juiste vertaling

de arm

1. la jambe
2. le bras
3. le pied
4. la tête

Kies de juiste vertaling

de mond

1. la bouche
2. le bras
3. la jambe
4. le cou

Kies de juiste vertaling

de knie

1. la jambe
2. le bras
3. le pied
4. le genou

Chap 4 Les 3 opdrt. 2 / 3 / 4 + 6 / 8/ 11

Les devoirs 

Leren:

Woordjes Chapitre 4 Les 3 + lichaamsdelen

Maken:

Chap 4 Les 3 opdrt. 2 / 3 / 4 + 6 / 8/ 11

C'est quoi?

C'est quoi?

C'est quoi?

C'est quoi?

C'est quoi?

C'est quoi?

C'est quoi?

C'est quoi?