5.4

5.4
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 40 min

Onderdelen in deze les

5.4

Slide 1 - Tekstslide

Welkom
3 MAVO ||  2023-2024

Hoofdstuk 5 - Is er werk voor jou?
Exameneenheid arbeid en productie

Slide 2 - Tekstslide

Programma
  • Hoofdstuk 5
  • Lesdoelen
  • Opdracht bespreken
  • Theorie
  • Aan de slag
  • Evaluatie

Slide 3 - Tekstslide

Leerdoelen
Aan het einde van de les kan je:
-  Verschillende soort werkloosheid benoemen en verschillen hiervan benoemen
- Uitleggen wat in de economie wordt gezien als 'werkloos zijn'
- Uitleggen wat de taken zijn van het UWV

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Arbeidsmarkt

Slide 6 - Tekstslide

Wie zorgt er voor het aanbod op de arbeidsmarkt?

Slide 7 - Open vraag

Arbeidsparticipatie
Nederland heeft 17,4 miljoen inwoners, maar ze behoren niet allemaal tot de beroepsbevolking.

Het percentage van de bevolking dat tot de beroepsbevolking behoort, noem je arbeidsparticipatie.

Slide 8 - Tekstslide

Wanneer officieel werkloos?
Je bent werkloos als:
  • Tussen de 15 jaar en pensioenleeftijd bent
  • En geen baan hebt
  • En actief opzoek bent naar werk

Wanneer ontstaat werkloosheid?

Slide 9 - Tekstslide

UWV
  • helpt mensen een nieuwe baan vinden;
  • beoordeelt of werklozen een uitkering kunnen krijgen.

De afkorting UWV staat voor: Uitvoeringsinstituut voor WerknemersVerzekeringen.

Slide 10 - Tekstslide

  • Melden bij het UWV (Uitvoeringsinstantie Werknemersverzekeringen)
  • geregistreerd werkloos (ingeschreven bij UWV)
  • UWV kijkt of je recht hebt op een uitkering
  • UWV helpt bij het zoeken naar een baan
  • Niet melden bij UWV
  • verborgen werkloos (niet ingeschreven bij UWV)

Ontslagen, en dan??

Slide 11 - Tekstslide

Conjuncturele werkloosheid

Slide 12 - Tekstslide

Conjuncturele werkloosheid

Slide 13 - Tekstslide

Structurele werkloosheid

Slide 14 - Tekstslide

Welke beroepen zullen binnen nu en 20 jaar niet meer bestaan? Welke mensen worden dan dus structureel werkloos?

Slide 15 - Open vraag

Structurele werkloosheid 
- Een soort werkloosheid waarop de stand van de economie geen invloed heeft. 
- Voorbeelden:
 - Cd's worden minder geproduceerd en verkocht 
- Productie wordt verplaatst naar lagelonenlanden 
- Werkloze hebben niet de juiste opleiding of papieren
- Robots nemen het werk over
Deze vorm van werkloosheid zal er altijd zijn

Slide 16 - Tekstslide

Andere soorten werkloosheid
  1. Frictiewerkloosheid: kortdurende werkloosheid omdat je na je studie of ontslag tijd nodig hebt om een nieuwe baan te vinden.
  2. Seizoenwerkloosheid: werkloosheid die ontstaat als werkzaamheden alleen in een bepaald deel van het jaar verricht kunnen worden. Voorbeeld: zomerkampen, festivals, bepaalde buiten werkzaamheden, ijswinkel
  3. Regionale werkloosheid: werkloosheid die in een bepaald gebied hoger is dan gemiddeld in het land. Voorbeeld: docenten, zorg

Slide 17 - Tekstslide

Regionale werkloosheid
  • werkloosheid die in een bepaald gebied hoger is dan gemiddeld in het land
  • Kan tegelijkertijd met conjuncturele en structurele werkloosheid 

Slide 18 - Tekstslide

Aan de slag!
Maken paragraaf 5.4
Klaar? Nakijken
Klaar? check of je heel hoofdstuk 5 af hebt en nagekeken, zo ja -> oefenopgave 5.4

Slide 19 - Tekstslide