at2f t3bs6
1 / 25
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Welk van de volgende onderdelen zit niet in lymfe?
A
Witte bloedcellen
B
Rode bloedcellen
C
Zuurstof
D
Koolstofdioxide
Slide 2 - Quizvraag
Welke van deze stoffen komen ook in lymfe voor?
A
Zuurstof
B
Voedingsstoffen
C
Afvalstoffen
D
Al deze stoffen
Slide 3 - Quizvraag
Een zuurstofdeeltje bevindt zich in een haarvat. In welke delen komt het zuurstofdeeltje achtereenvolgens terecht?
1
2
3
4
5
Ader onder het sleutelbeen
Borstbuis
Bovenste holle ader
Lymfevat
Vocht tussen de cellen
Slide 4 - Sleepvraag
Welke richting
stroomt de
lymfe?
stroomt de
lymfe?
A
Naar links
B
Naar rechts
C
Beide
Slide 5 - Quizvraag
Waar kun je welke vloeistof aantreffen?
Lymfe
bloedplasma
weefselvloeistof
Slide 6 - Sleepvraag
Een antilichaam kan aan meerdere soorten antigenen binden
A
Juist
B
Onjuist
Slide 7 - Quizvraag
Waardoor wordt je de bij een tweede besmetting minder ziek van dezelfde ziekteverwekker?
A
De antistof is nog aanwezig in het bloed
B
Doordat je inmiddels gevaccineerd bent tegen de ziekte
C
Doordat de ziekteverwekker helemaal niet meer in je lichaam aanwezig is
D
De witte bloedcellen hebben de antistof tegen de ziekteverwekker onthouden
Slide 8 - Quizvraag
Wat is een allergie?
A
Een reactie van het immuunsysteem op een ongevaarlijke stof
B
Een vorm van immunisatie
C
Een erfelijke afwijking in het immuunsysteem
D
Een ander woord voor anafylactische shock
Slide 9 - Quizvraag
Allergie
Anafylactische reactie
vaccin
Vaccinatiegraad
Overgevoeligheid voor een bepaalde stof
Het percentage mensen dat ingeënt is.
Extreme reactie op een bepaalde stof, kan dodelijk zijn
Bevat een dode of verzwakte ziekteverwekker
Slide 10 - Sleepvraag
Wat is het verschil tussen natuurlijke en kunstmatige immuniteit?
Slide 11 - Open vraag
Slide 12 - Tekstslide
Slide 13 - Tekstslide
Slide 14 - Tekstslide
Slide 15 - Tekstslide
Slide 16 - Tekstslide
Slide 17 - Tekstslide
Slide 18 - Tekstslide
Slide 19 - Tekstslide
Slide 20 - Tekstslide
Korte en lange termijn
effecten van alcohol
effecten van alcohol
Slide 21 - Woordweb
Stelling: roken is slecht voor je gezondheid dus moet verboden worden.
A
Eens
B
Oneens
Slide 22 - Quizvraag
Sommige mensen hebben genetische aanleg voor een hoger cholesterol gehalte. Voor welke aandoening moeten deze mensen oppassen?
Slide 23 - Open vraag
Iemand komt bij de dokter om gezond leefadvies. De persoon rookt niet, eet voldoende groenten en fruit, drinkt alleen alcohol in het weekend, en gaat twee keer in de week sporten. Wat zou jij deze persoon aanraden?
