Havo-paragraaf 4.1

Opgave 1 hoefde je niet te maken. Eigen antwoord

Opgave 2
a Eigen antwoord, bijvoorbeeld: als je wordt ontslagen en je geen betaalde baan kunt vinden en je daarom als zelfstandige aan de slag gaat of je bent de enige die het bedrijf van je ouders kan overnemen.
b Eigen antwoord, bijvoorbeeld: voordeel; je kunt zelf beslissen wat je doet, alle winst die je maakt is voor jou. Nadeel; je hebt geen vast inkomen, je maakt meer uren dan wanneer je in loondienst bent.

1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 11 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

Opgave 1 hoefde je niet te maken. Eigen antwoord

Opgave 2
a Eigen antwoord, bijvoorbeeld: als je wordt ontslagen en je geen betaalde baan kunt vinden en je daarom als zelfstandige aan de slag gaat of je bent de enige die het bedrijf van je ouders kan overnemen.
b Eigen antwoord, bijvoorbeeld: voordeel; je kunt zelf beslissen wat je doet, alle winst die je maakt is voor jou. Nadeel; je hebt geen vast inkomen, je maakt meer uren dan wanneer je in loondienst bent.

Slide 1 - Tekstslide

Opgave 3
a 440.841/1.391.971x100 = 31,7%
b Zelfstandige zonder personeel
c Eigen antwoord, bijvoorbeeld: dit is goed te combineren met bijvoorbeeld een parttimebaan, vrijwilliger- of huishoudelijk werk.

Slide 2 - Tekstslide

Opgave 4
a De gemeenten stellen regels op over bijvoorbeeld veiligheid en aangewezen plaatsen voor wonen en werken. Het plan van beginnende ondernemers moet aan deze voorwaarden voldoen.
b Als je je inschrijft bij de KvK staat de onderneming geregistreerd. Je bent dan automatisch aansprakelijk voor de belastingafdrachten en -aangiften.
c Eigen antwoord, bijv: inkomstenbelasting, omzetbelasting, vennootschapsbel. en milieubelasting

Slide 3 - Tekstslide

Opgave 5
a Op deze manier is duidelijk wie de eigenaar is, wie verantwoordelijk is voor de onderneming en welke belastingen moeten worden betaald.
b Op deze manier is duidelijk voor afnemers wie aansprakelijk is.

Slide 4 - Tekstslide

Opdracht 6
a Hoofdelijk aansprakelijk betekent dat je met je privé vermogen aansprakelijk bent voor de schulden van de onderneming. Dus niet alleen het geld wat je in het bedrijf hebt gestopt kun je kwijtraken maar ook al je andere geld!
b Bij een grote investering is een ondernemer niet in staat om met zijn privé vermogen de schulden van een bedrijf te betalen.
c De ondernemer is met zijn vermogen aansprakelijk. Als dit niet voldoende is om de schulden te betalen wordt ook de woning meegenomen als vermogen om de schulden te voldoen.

Slide 5 - Tekstslide

Opdracht 7
a Vennootschapsbelasting betaal je bij de NV en BV.
b Bij een rechtspersoon is de vennootschapsbelasting 20% van 25.000 dus € 5.000,- 
Bij een natuurlijk persoon bereken je eerst het bedrag waarover je belasting moet betalen 25.000-7280-2123
(winst-zelfstandigenaftrek-startersaftrek) € 15.597,-
De vrijstelling is 14%. Je betaalt aan belasting 36,55% van 12.097 = 
€ 4.421,- (belasting rond je altijd af naar beneden). 
Het bedrijf heeft een fiscaal voordeel bnij een natuurlijk persoon.
c De belastingdienst doet dit om te voorkomen dat veel mensen een onderneming starten om zodoende minder belasting te betalen.

Slide 6 - Tekstslide

Opdracht 8
a Overeenkomst: hoofdelijke aansprakelijkheid, geen rechtspersoon en de eigenaar of eigenaren betalen inkomstenbelasting.
Verschil: de eenmanszaak heeft 1 eigenaar, bij de vof zijn er meerdere eigenaren.
b Overeenkomst: beiden betalen vennootschapsbelasting.
Verschil: bij een BV zijn de aandelen niet vrij verkrijgbaar en bij de NV wel.

Slide 7 - Tekstslide

Opdracht 9
a Veel zzp-ers kiezen voor de eenmanszaak als ondernemingsvorm. De registratie van deze vorm is het eenvoudigst en je kunt dan ook eventueel personeel in dienst nemen.
b Nee, een zzp-er heeft geen personeel in dienst. Hij is een zelfstandige zonder personeel.

Slide 8 - Tekstslide

Opdracht 10
a Als de opdrachten afnemen, moet je de werknemer doorbetalen. Je kunt iemand in vaste dienst niet zomaar ontslaan.
b Een werknemer in vaste dienst kan niet op korte termijn van werkgever veranderen. Je bent zeker van zijn aanwezigheid. Hij voelt zich meer betrokken bij het bedrijf dan een werknemer in tijdelijke dienst.

Slide 9 - Tekstslide

Opdracht 11
a Commercieel: Shell, Jumbo, sportschool. Het doel van deze organisaties is winst te maken.
Niet-commercieel: Ziekenhuis, WAR-Child, Belastingdienst, Universiteit. Deze organisaties hebben niet als doel winst te maken, maar zijn dienstverlenend of hebben als doel geld in te zamelen voor een goed doel. Let op: sommige ziekenhuizen zijn tegenwoordig wel commercieel.
b Om hun maatschappelijke betrokkenheid te tonen.

Slide 10 - Tekstslide

Opdracht 12
a De inkomsten van niet-commercieële organisaties bestaan uit giften en collectes. Het is dan vreemd dat een directeur van zo'n organisatie een erg hoog salaris heeft.
b Eigen antwoord, bijvoorbeeld: hij voelt zich persoonlijk verbonden met het doel van de organisatie of hij staat achter de doelstelling van de organisatie.
c Eigen antwoord.

Slide 11 - Tekstslide