Werkwoordelijk gezegde

Doelen van vandaag
Je weet wat het werkwoordelijk gezegde is en hoe je die vindt.

Je weet wat een synoniem is en hoe je deze kan vinden.
1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 11 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Doelen van vandaag
Je weet wat het werkwoordelijk gezegde is en hoe je die vindt.

Je weet wat een synoniem is en hoe je deze kan vinden.

Slide 1 - Tekstslide

 Werkwoordelijk gezegde

  • Het werkwoordelijk gezegde = alle werkwoorden in de zin.
  • De persoonsvorm hoort ook bij het werkwoordelijk gezegde.
  • Let op: het woordje te voor een heel werkwoord hoort ook bij het werkwoordelijk gezegde!

Ik heb veel te doen.
werkwoordelijk gezegde: heb te doen



Slide 2 - Tekstslide

Het werkwoordelijk gezegde is...
A
Alle werkwoorden in de zin
B
Alle zelfstandig naamwoorden
C
Het onderwerp
D
De hoofdletters

Slide 3 - Quizvraag

Wat is het werkwoordelijk gezegde? 
Hij staat daar te huilen
Dus het werkwoordelijke gezegde is: 

Slide 4 - Tekstslide

Wat is het werkwoordelijk gezegde?
Hamza heeft gisteren gevoetbalt.

Slide 5 - Open vraag

Wat is het werkwoordelijk gezegde?
Kim zou het boek gelezen hebben.

Slide 6 - Open vraag

Wat is een synoniem?
Een synoniem is een ander woord met dezelfde betekenis.

Voorbeeld:
Een ander woord voor vet=dik
Een ander woord voor zeldzaam=bijzonder
Een ander woord voor toilet=WC

Slide 7 - Tekstslide

Zoek de synoniemen.
afwezig
nadoen
aansteken
ongetwijfeld
absent
zeker
besmetten
imiteren

Slide 8 - Sleepvraag

Match de synoniemen. 
meteen
standpunt
voedsel
meestal
fabeltje
direct

verzinsel 
eten 
mening
doorgaans

Slide 9 - Sleepvraag

Zoek de synoniemen
gewoon
liegen
boos
nagerecht
normaal
jokken
kwaad
dessert

Slide 10 - Sleepvraag

Aan de slag!
Stap 1: De werkbladen over het werkwoordelijk gezegde.

Stap 2: zoek een maatje die klaar is met de werkbladen, en maak een synoniem memory spel.

Klaar? Lezen <3




Slide 11 - Tekstslide