Examentraining les 12-04

Welkom bij de examentraining Aardrijkskunde! 
1 / 51
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

In deze les zitten 51 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

Welkom bij de examentraining Aardrijkskunde! 

Slide 1 - Tekstslide

Lesplanning 
  • Tips en Tricks voor het eindexamen
  • Herhaling water

Slide 2 - Tekstslide

Tips & Tricks voorbereiden voor  het Centraal Eindexamen

Misschien zit DE gouden tip erbij voor jou!

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Video

Tip 1: Leer niet alles in 1x
Herhaling is goud.
Probeer per thema te leren! 
Maak een planning

Slide 5 - Tekstslide

Tip 2: Wissel lezen en kijken/luisteren af

 Voor filmpjes met extra uitleg over de examenstof:
Kijk op de gedeelde lessen via lessonup

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Video

Tip 3: Oefenen, oefenen, oefenen

Maak een oud aardrijkskunde examen (examenblad).
Maak (nog een keer) vragen uit je werkboek.

Slide 8 - Tekstslide

Tip 4: Lees de vraag goed en sla geen vragen over!

Weet je het niet, gok!
Doordat je niks op opschrijft, mis je punten.
Doe wat de vraag van je verwacht.

Slide 9 - Tekstslide

Tip 5: Schrijf op wat je weet en wees nauwkeurig en duidelijk in je beantwoording



Gebruik de windrichtingen.
Gebruik de juiste landen/gebieden.

Slide 10 - Tekstslide

Instructiewoorden

Slide 11 - Tekstslide

Dimensies
Economisch : Inkomen, werkgelegenheid, handel

Fysisch/natuurlijk : Natuurlijke omgeving; klimaat (klimatologisch), landschap, bodem

Sociaal-cultureel : Geloof, taal, gebruiken, volken

Politiek : Overheden, belangengroep, samenwerkingsverbanden

Demografisch : mensen; geboorte, sterfte, leeftijdsopbouw



Slide 12 - Tekstslide

Vraag beantwoorden

Slide 13 - Tekstslide

Wat wordt er gevraagd?

Slide 14 - Tekstslide

Wat wordt er gevraagd?

Slide 15 - Tekstslide

Wat wordt er gevraagd?
Je moet hier 2 gebieden vergelijken. Dat betekent dat je beide gebieden moet benoemen.
Uit het antwoord moet blijken dat de matigende invloed van de (relatief warme) zee in het binnenland minder is dan aan de kust.

Slide 16 - Tekstslide

Bronnen gebruiken

Slide 17 - Tekstslide

Een paar herhaal vragen.....

Slide 18 - Tekstslide

Aan het werk                                    Oefenen
Wat: schrijf de moeilijke onderwerpen/begrippen op, waar je extra uitleg van wil. Ik deel een blaadje uit, waarop je dit kunt opschrijven. Ik neem het blaadje daarna in.
Doe het aub per onderwerp: Dus klimaat en weer , bevolking en water.




Slide 19 - Tekstslide

Examentraining
  • uitleg filmpjes op Youtube

  • Oefenen met oude examen 

  • Samengevat/ je boek en de lessonups. 

  •  Vragen en of extra uitleg nodig ga naar de docent.

Slide 20 - Tekstslide

Log in Lessonup
Je beantwoordt de vragen in lessonup zelfstandig en in rust (immers het examen moet je ook zelfstandig doen)

Slide 21 - Tekstslide

Wat zie je hier?
A
Bovenloop
B
Middenloop
C
Benedenloop
D
Delta

Slide 22 - Quizvraag

Wat is sedimentatie?
A
Het afzetten van materiaal door de rivier of zee
B
Het sneller stromen van de rivier in de bergen
C
Het ontstaan van een delta
D
Het afremmen van de rivier in de benedenloop

Slide 23 - Quizvraag

Welke soort vervuiling?
A
Organische vervuiling
B
Chemische vervuiling
C
Thermische vervuiling

Slide 24 - Quizvraag

Welke hoofdtaak van de waterschappen zie je op de foto?
A
zorgen voor goede waterkwantiteit
B
zorgen voor goede waterkwaliteit
C
zorgen voor goede waterkeringen
D
rivieren bevaarbaar houden

Slide 25 - Quizvraag

Sleep de woorden naar de goede plek in de tekening
Boezem
Binnenwater
Buitenwater

Slide 26 - Sleepvraag

Sleep de oplossingen om de rivier de ruimte te geven op de juiste plaats
Dijkverhoging
Dijkverlegging
Nevengeul
Uiterwaardverlaging
Kribverlaging

Slide 27 - Sleepvraag

Korte kringloop
Lange kringloop
Korte 
Kringloop
Bovenloop
Benedenloop

Slide 28 - Sleepvraag

Als water gaat bevriezen, welke vorm krijgt het dan?
A
Vloeibaar
B
Gasvormig
C
Vast
D
Blijft gewoon water

Slide 29 - Quizvraag

Uit welke twee soorten water wordt in ons land drinkwater gemaakt?
A
rivier en zeewater
B
grondwater en zeewater
C
grondwater en zout oppervlaktewater
D
grondwater en zoet oppervlaktewater

Slide 30 - Quizvraag

Bekijk de bron. Wat voor soort water vind je bij de cijfers 1 tm 3?
A
1= zout water 2= zoet water 3= brak water
B
1 = zoet water 2= zout water 3= brak water
C
1= brak water 2= zoet water 3= zout water
D
1= zoet water 2= brak water 3= zout water

Slide 31 - Quizvraag

Winterdijk
Zomerdijk
Uiterwaard
Kribben
Komgronden
Oeverwal

Slide 32 - Sleepvraag

Welke vorm van irrigatie zie je op de foto?
A
Beregening
B
Druppelirrigatie
C
Oppervlakte-irrigatie
D
Kanaalirrigatie

Slide 33 - Quizvraag

Wat zie je op de foto?
A
Aquifer
B
Wadi
C
Fatamorgana
D
Oase

Slide 34 - Quizvraag

Waar haalt Israel het zoete water niet vandaan?
A
Meer van Kinneret
B
Rivier de Jordaan
C
Aquifers
D
Dode Zee

Slide 35 - Quizvraag

Een aquifer is een duurzame waterbron..
A
Juist
B
Onjuist

Slide 36 - Quizvraag

In China is de hoeveelheid water ongelijk verdeeld, waar is een overschot aan water?
A
Noorden
B
Oosten
C
Zuiden
D
Westen

Slide 37 - Quizvraag

De Huang He heeft heel veel vruchtbare grond in het Noord-Chinese Laagland neergelegd.

→ Wat is de belangrijkste oorzaak van die sterke sedimentatie?



A
Sterke bodemerosie in de bovenloop en een lage stroomsnelheid in de benedenloop.
B
Een sterke stroming in de bovenloop en een groot hoogteverschil in de benedenloop.
C
Veel neerslag in de bovenloop en weinig neerslag in de benedenloop.
D
Weinig water in de bovenloop en een brede rivier in de benedenloop.

Slide 38 - Quizvraag

Wat zien we hier?
A
Een zandeiland
B
Een polder
C
Relatieve zeespiegelstijging
D
De zandmotor

Slide 39 - Quizvraag

Bovenloop
Middenloop
Benedenloop

Slide 40 - Sleepvraag

Hoe noemen we dit water bij het vorige plaatje?
A
Grondwater
B
Oppervlaktewater
C
Cappilair water
D
Drinkwater

Slide 41 - Quizvraag

Zwart water is water van de douche, de wasmachine en de keuken.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 42 - Quizvraag

Hoe komt de Gele Rivier aan zijn kleur?
A
Door de verffabriek die in de bovenloop staat
B
Door de lossgrond die de rivier in spoelt of waait
C
Door de chemische vervuiling van alle fabrieken
D
Door dat er veel water uit de rivier wordt gehaald voor irrigatie

Slide 43 - Quizvraag

In welk deel van China vindt veel geïrrigeerde landbouw plaats?
A
Oosten
B
Westen
C
Zuiden
D
Noorden

Slide 44 - Quizvraag

De plek waar een rivier uitkomt in zee heet de ...
A
Monding
B
Uitloopsel
C
Bovenloop
D
Rivierdelta

Slide 45 - Quizvraag

Waar of niet waar? Droogmakerijen heten zo omdat het meren waren die zijn drooggemaakt.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 46 - Quizvraag

Het wegpompen van water uit polders heet ... ?
A
Pompen of verzuipen
B
Verpolderen
C
Kunstmatige afwatering
D
Kunstzinnige afwikkeling

Slide 47 - Quizvraag

Waar of niet waar? Reliëf is hoogteverschillen in een landschap
A
Waar
B
Niet waar

Slide 48 - Quizvraag

Waarom draagt ontbossing bij aan wateroverlast?
A
Bossen verdampen meer
B
Bossen houden water vast
C
Bossen verdampen minder
D
Bossen hebben niets te maken met wateroverlast

Slide 49 - Quizvraag

Wat is het verschil tussen een steppe en een woestijn?
A
In een woestijn groeit alleen maar gras, een steppe heeft ook bomen
B
In een steppe groeit nog gras, in een woestijn is het zelfs daar te droog voor
C
Er is geen verschil, het zijn allebei droge klimaten
D
Een woestijn is heter dan een steppe

Slide 50 - Quizvraag

Einde Nu:
Examen oefenen via leren voor het examens/Nearpods/LessonsUp/...............
Ga naar je magistermail, kijk naar mail van mij, klik op de link.
Kies uit welk onderwerp je wilt gaan oefenen.

Doe dit zelfstandig en in stilte

Slide 51 - Tekstslide