Chapitre 5 les 3 Mavo 3 07-06-2022

Bonjour & bienvenue!
Bonjour & bienvenue!
        mavo 3




      mardi 7 juin
1 / 30
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

In deze les zitten 30 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Bonjour & bienvenue!
Bonjour & bienvenue!
        mavo 3




      mardi 7 juin

Slide 1 - Tekstslide

Chapitre 5: Amuse-toi!

Het thema van dit hoofdstuk is vrije tijd.

Vocabulaire: hobby's, sporten, idolen.

Je leert vertellen over: hobby's, wat je hebt gedaan, je eigen mening.

Grammaire: 'imparfait', bijvoeglijk naamwoord. 


Slide 2 - Tekstslide

PROGRAMME
  • Absence      5'
  • révision      20'
  • Au travail   20'
  • Réflection   3'
Let op: vanaf nu heb je werkboek B nodig!

Slide 3 - Tekstslide

Les devoirs
- B boek mee?
- Woots te gebruiken?
- Voc A (chapitre 5) 
   geleerd?
- ex. 1 t/m 14 af?
   (bron A t/m C)

Slide 4 - Tekstslide

Aan het eind van de les .....

- ....... heb je laten zien dat je je huiswerk goed hebt gemaakt / geleerd;
- ...... weet je wat er wordt bedoeld met de 'imparfait' en hoe je deze tijd
   maakt in het Frans;
- ........ kun je de 'passe composé' en 'imparfait' gebruiken om te vertellen wat
    je (bijv. in weekend) hebt gedaan.

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Video

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Video

Slide 11 - Video

2

Slide 12 - Video

Slide 13 - Tekstslide

Vocabulaire
1. la boisson
2. par hasard
3. folle
4. croire
5. rigoler
6. quoi
7. espérer

Slide 14 - Tekstslide

grammaire C - page 58
De imparfait

Wat is dat ook alweer?

Slide 15 - Tekstslide

imparfait = o.v.t. (verleden tijd) 
Ik ging altijd naar Frankrijk op vakantie.
Jij kookte vaak heerlijke pastagerechten.
Wie sliepen altijd uit op zondag.
Jullie waren vaak op school.

Slide 16 - Tekstslide

hoe vorm je de imparfait?
1) de nous-vorm van het werkwoord in de tegenwoordige tijd.
2) Haal de -ons eraf --> = stam
3) Achter de stam zet je de uitgangen

Bijvoorbeeld:
nous dansons  -> stam = dans 
nous avons       --> stam = av      

Slide 17 - Tekstslide

het werkwoord 'danser' in de imparfait
je          dansais                  ik danste
tu         dansais                  jij danste
il           dansait                  hij danste
nous   dansions              wij dansten
vous    dansiez                 jullie dansten / u danste
ils         dansaient            zij dansten

Slide 18 - Tekstslide

In alle uitgangen zit de letter 'i'
je          dansais                  ik danste
tu         dansais                  jij danste
il           dansait                  hij danste
nous   dansions              wij dansten
vous    dansiez                 jullie dansten / u danste
ils         dansaient            zij dansten

Slide 19 - Tekstslide

Voorbeelden van de 'imparfait' uit bron A

les exercices étaient vraiment très compliqués.          waren
Tu y étais avec qui?                                                                      was
Samedi soir, il était fou!                                                              was


Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

wij spraken
A
nous parlons
B
nous parlions
C
nous parlerons
D
nous parliez

Slide 24 - Quizvraag

ik luisterde
A
j'écoutais
B
j'écoute
C
j'écouterai
D
j'ai écouté

Slide 25 - Quizvraag

wij hadden
A
nous avons
B
nous aurons
C
nous avions
D
nous avons eu

Slide 26 - Quizvraag

Slide 27 - Tekstslide

Maak nu van chapitre 5 

- opdrachten bij bron D en E (online / ex. 16 t/m 21)


Zorg voor een minimale score van 60%

timer
1:00

Slide 28 - Tekstslide

Aan het eind van de les .....

- ....... heb je laten zien dat je je huiswerk goed hebt gemaakt / geleerd;
- ...... weet je wat er wordt bedoeld met de 'imparfait' en hoe je deze tijd
   maakt in het Frans;
- ........ kun je de 'passe composé' en 'imparfait' gebruiken om te vertellen wat
    je (bijv. in weekend) hebt gedaan.

Slide 29 - Tekstslide

Les devoirs
- Herhalen: voc A (fn)
   (chapitre 5)
- Leren: voc B (fn)  
- Maken: bron D + E

Slide 30 - Tekstslide