V4 les 7

Leerdoelen deze week:
  • Ik kan aan de hand van de historische context van de 19e eeuw de politieke veranderingen in de tweede helft van de 19e eeuw verklaren.
  • Ik kan verklaren hoe in het begin van de 20e eeuw het algemeen mannen- en vrouwenkiesrecht tot stand is gekomen.

1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

In deze les zitten 11 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Leerdoelen deze week:
  • Ik kan aan de hand van de historische context van de 19e eeuw de politieke veranderingen in de tweede helft van de 19e eeuw verklaren.
  • Ik kan verklaren hoe in het begin van de 20e eeuw het algemeen mannen- en vrouwenkiesrecht tot stand is gekomen.

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

In hoeverre ben je toegekomen aan de weektaak (Magister) en beheers je de bijbehorende leerdoelen?
A
Ik heb alle opdrachten van de weektaak gemaakt, ik heb het gevoel dat ik de leerdoelen beheers
B
Ik heb de meeste opdrachten van de weektaak gemaakt, ik twijfel of ik de leerdoelen beheers
C
Ik heb een gedeelte van de weektaak gemaakt, ik beheers de leerdoelen nauwelijks
D
Ik ben niet toegekomen aan de weektaak, ik beheers de leerdoelen niet.

Slide 2 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 3 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Wat zijn internationale oorzaken van de verschillende revoluties in Europa? Wat wilden de verschillende revolutionairen bereiken?

Slide 4 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

In 1848 breken in verschillende Europese landen liberale opstanden uit die leiden tot het aftreden van de daar regerende vorsten.
Beredeneer welk verband er bestaat tussen deze gebeurtenissen in 1848 en het besluit van Willem II door:
- aan te geven welk besluit Willem II neemt en
- te verklaren waarom Willem II dit besluit neemt.

Slide 5 - Open vraag

Kern van een juist antwoord is:
  • Willem II besluit een liberale grondwet toe te staan
  • omdat hij bang is dat de revolutie zal overslaan naar Nederland / Willem II voelt dat hij alleen komt te staan
Stel: je onderzoekt de rol van koning Willem II bij het ontstaan van de parlementaire constitutionele monarchie in Nederland en je wilt beide bronnen gebruiken. Beredeneer vanuit de aard van beide bronnen welke van de bronnen de meest betrouwbare informatie bevat voor je onderzoek en waarom de andere bron minder betrouwbare informatie bevat.

Slide 6 - Open vraag

Een juist antwoord bevat een juiste afweging waarom bron 9 betrouwbaarder informatie bevat dan bron 10, bijvoorbeeld:
  • Bron 9 bevat de meest betrouwbare informatie voor je onderzoek omdat Willem openlijk/publiekelijk aangeeft op welke wijze hij de omwenteling van conservatief naar liberaal heeft gemaakt waardoor hij het niet mooier voorstelt dan dat het is / omdat de informatie te controleren is
  • Bron 10 bevat de minst betrouwbare informatie voor je onderzoek omdat dit een privébrief van Anna Paulowna aan haar broer is. Zij wil waarschijnlijk niet aan haar broer laten blijken dat haar echtgenoot is gedwongen tot een overstap naar de constitutionele democratie / de reputatie van haar man hooghouden 

Slide 7 - Link

Deze slide heeft geen instructies

Slide 8 - Link

Deze slide heeft geen instructies

Beargumenteer of de democratisering van Nederland een proces of een revolutie is geweest.

Slide 9 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen deze week:
  • Ik kan aan de hand van de historische context van de 19e eeuw de politieke veranderingen in de tweede helft van de 19e eeuw verklaren.
  • Ik kan verklaren hoe in het begin van de 20e eeuw het algemeen mannen- en vrouwenkiesrecht tot stand is gekomen.

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat heb je deze les geleerd? Zijn er nog vragen die onbeantwoord zijn gebleven?

Slide 11 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies