I&S unit 2 - week 5: rechten

Reminder: hoe gedraag je je tijdens de les?
Steek je hand omhoog als je wilt praten!
Werk in tweetal (je mag zachtjes overleggen)
Individuele opdracht (je werkt in stilte)
Schrijf dit op in je schrift / notities
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
FilosofieMiddelbare schoolmavo, havo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Reminder: hoe gedraag je je tijdens de les?
Steek je hand omhoog als je wilt praten!
Werk in tweetal (je mag zachtjes overleggen)
Individuele opdracht (je werkt in stilte)
Schrijf dit op in je schrift / notities

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Startklaar
       
       Jas uit 
      Pak je laptop voor je, laat die nog dicht
       Open je I&S schrift
       Stop je telefoon in je tas of in je jas
      
timer
3:00

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Titel Unit
Unit 2: Arm en Rijk

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Programma
1e uur
  • Terugblik in Lessonup
  • Uitleg klassieke en sociale grondrechten
  • zelfstandig werken in Lessonup
2e uur
  • uitleg eindopdracht
  • Stap 1 en 2 van de eindopdracht 

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Overzicht
  • Filosofie: verschillen tussen mensen

  • Aardrijkskunde: verschillen tussen landen

  • Geschiedenis: verschillen in het verleden

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Overzicht
Week 1: Dimensies van verschil
Week 2: discriminatie, racisme en vooroordelen
Week 3: Gs
Week 4: Gs
Week 5: grondrechten, klassieke rechten en sociale rechten
Week 6: de praktijk in Nederland
Week 7: uitwerken eindopdracht

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lesdoelen van vandaag
Aan het einde van deze les:
  • kan ik uitleggen wat een grondrecht is
  • herken ik het verschil tussen een klassiek en een sociaal recht
  • weet ik wat de eindopdracht is
  • heb ik gewerkt aan stap 1 en 2 van de eindopdracht 

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Terugblik
- pak je I&S schrift en open die op de pagina met aantekeningen van filosofie
- lees terug wat je hebt op geschreven bij de begrippen discriminatie, racisme en vooroordelen
timer
1:00
Individuele opdracht (je werkt in stilte)

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Terugblik
Discriminatie, racisme of vooroordeel?
  1. Meisjes zijn slecht in wiskunde
  2. Ik werk niet samen met hindus.
  3. Als ik langs een persoon van kleur loop, let ik extra goed op mijn portemonnee.



Steek je hand omhoog als je wilt praten!

Slide 9 - Tekstslide

Een vooroordeel is een mening waarvan je niet zeker weet of die klopt. Het gaat vaak over eigenschappen van mensen. Die zijn vaak negatief.

Discriminatie betekent dat er onterecht verschil wordt gemaakt in de behandeling van mensen bijvoorbeeld op basis van geslacht, godsdienst, geaardheid of leeftijd.​

Racisme is een vorm van discriminatie op basis van hun afkomst of huidskleur.
Er worden vernederende uitspraken gedaan of mensen worden anders behandeld vanwege afkomst of huidskleur.
(de dimensies van verschil).
Grondrechten
Grondrechten zijn basisrechten die je nodig hebt om een menswaardig leven te leiden. Omdat iedere mens waar ook ter wereld deze rechten zou moeten hebben, spreken we ook wel van mensenrechten.

Deze grondrechten vind je terug in 
een grondwet -->
Steek je hand omhoog als je wilt praten!

Slide 10 - Tekstslide

Een vooroordeel is een mening waarvan je niet zeker weet of die klopt. Het gaat vaak over eigenschappen van mensen. Die zijn vaak negatief.

Discriminatie betekent dat er onterecht verschil wordt gemaakt in de behandeling van mensen bijvoorbeeld op basis van geslacht, godsdienst, geaardheid of leeftijd.​

Racisme is een vorm van discriminatie op basis van hun afkomst of huidskleur.
Er worden vernederende uitspraken gedaan of mensen worden anders behandeld vanwege afkomst of huidskleur.
(de dimensies van verschil).
Uitleg
Zelfstandig aan de slag of meeluisteren met instructie?
Steek je hand omhoog als je wilt praten!

Slide 11 - Tekstslide

Een vooroordeel is een mening waarvan je niet zeker weet of die klopt. Het gaat vaak over eigenschappen van mensen. Die zijn vaak negatief.

Discriminatie betekent dat er onterecht verschil wordt gemaakt in de behandeling van mensen bijvoorbeeld op basis van geslacht, godsdienst, geaardheid of leeftijd.​

Racisme is een vorm van discriminatie op basis van hun afkomst of huidskleur.
Er worden vernederende uitspraken gedaan of mensen worden anders behandeld vanwege afkomst of huidskleur.
(de dimensies van verschil).
klassieke grondrechten
Dit zijn grondrechten die de overheid moet garanderen. De overheid moet dit dus doen. We kennen drie klassieke grondrechten:
  1. Vrijheid van meningsuiting
  2. Recht op gelijke behandeling
  3. Recht op godsdienstvrijheid
Steek je hand omhoog als je wilt praten!
Schrijf dit op in je schrift / notities

Slide 12 - Tekstslide

Een vooroordeel is een mening waarvan je niet zeker weet of die klopt. Het gaat vaak over eigenschappen van mensen. Die zijn vaak negatief.

Discriminatie betekent dat er onterecht verschil wordt gemaakt in de behandeling van mensen bijvoorbeeld op basis van geslacht, godsdienst, geaardheid of leeftijd.​

Racisme is een vorm van discriminatie op basis van hun afkomst of huidskleur.
Er worden vernederende uitspraken gedaan of mensen worden anders behandeld vanwege afkomst of huidskleur.
(de dimensies van verschil).
sociale grondrechten
Dit zijn grondrechten waarbij de overheid haar best moet doen om dit te garanderen. De overheid moet dus proberen om deze voor elkaar te krijgen. We kennen drie sociale grondrechten:
  1. Recht op onderwijs (!)
  2. Recht op werk
  3. Recht op woonruimte
Steek je hand omhoog als je wilt praten!
Schrijf dit op in je schrift / notities

Slide 13 - Tekstslide

Een vooroordeel is een mening waarvan je niet zeker weet of die klopt. Het gaat vaak over eigenschappen van mensen. Die zijn vaak negatief.

Discriminatie betekent dat er onterecht verschil wordt gemaakt in de behandeling van mensen bijvoorbeeld op basis van geslacht, godsdienst, geaardheid of leeftijd.​

Racisme is een vorm van discriminatie op basis van hun afkomst of huidskleur.
Er worden vernederende uitspraken gedaan of mensen worden anders behandeld vanwege afkomst of huidskleur.
(de dimensies van verschil).
Wat zijn mensenrechten?
A
Rechten die voor elk mens en dier gelden.
B
Rechten die voor elk mens op deze wereld gelden.
C
Rechten die voor niemand gelden.
D
Rechten die de rechter uitspreekt.

Slide 14 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat zijn grondrechten?
A
Basisrechten die je nodig hebt om een menswaardig leven te leiden.
B
Specifieke rechten die je niet echt nodig hebt.
C
Basisrechten die je niet nodig hebt.
D
Specifieke rechten die je nodig hebt om een menswaardig leven te hebben.

Slide 15 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Waar vind je de grondrechten?
A
Die staan in de wet.
B
Die staan in onze grondwet.
C
Die staan in de klas.
D
Al deze antwoorden zijn fout.

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat zijn klassieke grondrechten?
A
Rechten die de overheid moet garanderen.
B
Rechten die de overheid niet hoeft te garanderen.
C
Rechten die de rechter uitspreekt.
D
Rechten waar de overheid haar best voor moet doen.

Slide 17 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat zijn sociale grondrechten?
A
Rechten die de overheid moet garanderen.
B
Rechten die de overheid niet hoeft te garanderen.
C
Rechten die de rechter uitspreekt.
D
Rechten waar de overheid haar best voor moet doen.

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Zijn deze rechten klassieke of sociale grondrechten?
Klassieke grondrechten
Sociale grondrechten
Vrijheid van meningsuiting
Recht op werk
Recht op gelijke behandeling
Recht op onderwijs
Vrijheid van godsdienst
Recht  op woonruimte

Slide 19 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke grondrecht vind jij het belangrijkste? Leg uit waarom.

Slide 20 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Lesdoelen van vandaag
Aan het einde van deze les:
  • kan ik uitleggen wat een grondrecht is
  • herken ik het verschil tussen een klassiek en een sociaal recht
  • weet ik wat de eindopdracht is
  • heb ik gewerkt aan stap 1 en 2 van de eindopdracht 

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies