Wijsgerige Antropologie 2.0 - 3. Darwin & Nietzsche

1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
FilosofieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

In deze les zitten 22 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Begrippenlijst Aristoteles & Despret
Perspectivisme (D)
Monisme (-)
Sensitief deel van de ziel (A)
Dualisme (-)
Vegetatief deel van de ziel (A)
Interrelationeel proces (D)
Zelfbewustzijn (D)
Intellectueel deel van de ziel (A)

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Darwin en Nietzsche

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Begrippenlijst Aristoteles & Despret & C. Darwin
Variatie (C. D)
Perspectivisme (D)
Monisme (-)
Sensitief deel van de ziel (A)
Dualisme (-)
Selectie (C. D)
Vegetatief deel van de ziel (A)
Evolutietheorie (C. D)
Interrelationeel proces (D)
Zelfbewustzijn (D)
Intellectueel deel van de ziel (A)
Erfelijkheid (C. D)

Slide 10 - Tekstslide

Hexagonal thinking
1.    Schrijf elk van de onderstaande begrippen op een eigen kaartje.
2.    Leg de kaartjes aan elkaar zodat er voor jullie een verband ontstaat. Dat kan vanwege een overeenkomst, een verschil, een implicatie, een vooronderstelling, een kritiek, etc. zijn.
3. De lege kaartjes mogen jullie toevoegen met een eigen begrip/concept.
4. Overleg en onderbouw welk verband jullie hebben neergelegd.


Begrippen:
Zelfbewustzijn - Ziel - Perspectivisme - Denkvermogen/ratio - Evolutie - Mens - Instinct - Dier

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Aanpak inzichtsvraag
Leg uit dat Nietzsches mensbeeld zowel in lijn ligt met het Aristotelische denken als het Darwinistische denken van de mens. Geef ook het verschil met beide aan.

Hoe zou je de bovenstaande vraag aanpakken?

Slide 13 - Tekstslide

Aanpak inzichtsvraag
Leg uit dat Nietzsches mensbeeld zowel in lijn ligt met het Aristotelische denken als het Darwinistische denken van de mens. Geef ook het verschil met beide aan.

1. Welke begrippen en/of theorieën (onderdelen) moeten in ieder geval in het antwoord staan?

Slide 14 - Tekstslide

Aanpak inzichtsvraag
Leg uit dat Nietzsches mensbeeld zowel in lijn ligt met het Aristotelische denken als het Darwinistische denken van de mens. Geef ook het verschil met beide aan.

1. Welke begrippen en/of theorieën (onderdelen) moeten in ieder geval in het antwoord staan?
2. Wat moet ik met de onderdelen van de vraag doen?

Slide 15 - Tekstslide

Aanpak inzichtsvraag
Leg uit dat Nietzsches mensbeeld zowel in lijn ligt met het Aristotelische denken als het Darwinistische denken van de mens. Geef ook het verschil met beide aan.

1. Welke begrippen en/of theorieën (onderdelen) moeten in ieder geval in het antwoord staan?

-> Nietzsches mensbeeld
-> Aristoteles' mensbeeld
-> Darwins mensbeeld

Slide 16 - Tekstslide

Aanpak inzichtsvraag
Leg uit dat Nietzsches mensbeeld zowel in lijn ligt met het Aristotelische denken als het Darwinistische denken van de mens. Geef ook het verschil met beide aan.

1. Welke begrippen en/of theorieën (onderdelen) moeten in ieder geval in het antwoord staan?

-> Nietzsches mensbeeld: mangelwezen, denkvermogen maakt de mens uniek maar zorgt ook voor heren- of slavenmoraal. Het geeft de mogelijkheid tot afwijken van Wil tot Macht.
-> Aristoteles' mensbeeld: De mens is een dier dat kan denken omdat de mens een intellectueel deel van de ziel heeft in tegenstelling tot dieren.
-> Darwins mensbeeld: De mens is (slechts) een dier en ook onderhevig aan evolutie.

Slide 17 - Tekstslide

Aanpak inzichtsvraag
Leg uit dat Nietzsches mensbeeld zowel in lijn ligt met het Aristotelische denken als het Darwinistische denken van de mens. Geef ook het verschil met beide aan.

2a. Wat moet ik met de onderdelen van de vraag doen?

- De vraag suggereert dat er een overeenkomst is tussen Aristoteles' mensbeeld en Nietzsches mensbeeld.
- De vraag suggereert dat er een overeenkomst is tussen Darwins mensbeeld en Nietzsches mensbeeld.

Slide 18 - Tekstslide

Aanpak inzichtsvraag
Leg uit dat Nietzsches mensbeeld zowel in lijn ligt met het Aristotelische denken als het Darwinistische denken van de mens. Geef ook het verschil met beide aan.

2a. Wat moet ik met de onderdelen van de vraag doen?
- Overeenkomst tussen Aristoteles' mensbeeld en Nietzsches mensbeeld:
De mens is een dier dat kan denken. Nietzsche stelt ook dat het denken de mens uniek maakt en anders dan dieren.
- Overeenkomst tussen Darwins mensbeeld en Nietzsches mensbeeld:
De mens is ook (slechts) een dier. Nietzsche stelt dat de mens net zoals dieren een instinctieve wil tot macht heeft.

Slide 19 - Tekstslide

Aanpak inzichtsvraag
Leg uit dat Nietzsches mensbeeld zowel in lijn ligt met het Aristotelische denken als het Darwinistische denken van de mens. Geef ook het verschil met beide aan.

2b. Daarbij moet ik ook nog een verschil met beide aangeven.

- De vraag suggereert dat er een verschil is tussen Aristoteles' mensbeeld en Nietzsches mensbeeld.
- De vraag suggereert dat er een verschil is tussen Darwins mensbeeld en Nietzsches mensbeeld.

Slide 20 - Tekstslide

Aanpak inzichtsvraag
Leg uit dat Nietzsches mensbeeld zowel in lijn ligt met het Aristotelische denken als het Darwinistische denken van de mens. Geef ook het verschil met beide aan.

2b. Daarbij moet ik ook nog een verschil met beide aangeven.
- Verschil tussen Aristoteles' mensbeeld en Nietzsches mensbeeld:
Nietzsche stelt ook dat het denken de mens uniek maakt maar ziet het denken, in tegenstelling tot Aristoteles, als een gebrek. Het maakt ons een Mangelwesen.
- Verschil tussen Darwins mensbeeld en Nietzsches mensbeeld:
Nietzsche stelt dat we met ons denkvermogen tegen ons instinct in kunnen handelen. Wanneer wij de zwakkeren beschermen (tegen evolutionaire selectie in), dan zal de mens niet een sterk soort worden (tegen evolutionaire erfelijkheid in). Volgens Darwin is ook dit handelen onderdeel van ons instinct.

Slide 21 - Tekstslide

Leg uit dat Nietzsches mensbeeld zowel in lijn ligt met het Aristotelische denken als het Darwinistische denken van de mens. Geef ook het verschil met beide aan.
(1) Nietzsches mensbeeld is de mens als mangelwezen. Het denkvermogen maakt de mens uniek maar zorgt ook voor heren- of slavenmoraal. Het geeft de mogelijkheid tot afwijken van Wil tot Macht. Aristoteles' mensbeeld is die van de mens als een dier dat kan denken omdat de mens een intellectueel deel van de ziel heeft in tegenstelling tot dieren. Darwins mensbeeld is die van de mens als ook (slechts) een dier en die ook onderhevig aan evolutie.
(2a) De overeenkomst tussen Aristoteles' mensbeeld en Nietzsches mensbeeld is dat de mens een dier is dat kan denken. Nietzsche stelt net als Aristotels dat het denken de mens uniek maakt en anders dan dieren.
De overeenkomst tussen Darwins mensbeeld en Nietzsches mensbeeld is dat ook de mens (slechts) een dier is. Nietzsche stelt dat de mens net zoals dieren een instinctieve wil tot macht heeft. Daarmee is de mens dus niet zoals een dier.
(2b) Het verschil tussen Aristoteles' mensbeeld en Nietzsches mensbeeld is dat Nietzsche stelt dat het denken de mens uniek maakt maar hij ziet het denken, in tegenstelling tot Aristoteles, als een gebrek; een Mangelwesen.
Het verschil tussen Darwins mensbeeld en Nietzsches mensbeeld is dat Nietzsche stelt dat het handelen naar onze Wil tot Macht ons mens tot een beter soort kan maken. Wanneer wij de zwakkeren beschermen (tegen Darwins' evolutionaire selectie in), dan zal de mens niet een sterk soort worden (tegen Darwins' evolutionaire erfelijkheid in).

Slide 22 - Tekstslide