week 3

week 3
1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 12 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

week 3

Slide 1 - Tekstslide

5H

Lust auf Austausch
Schritt 8

Je kunt adequaat reageren in schriftelijke contacten met doeltaalgebruikers
6V

Zwischen Kunst und Kitsch
Schritt 10

Je kunt verworven informatie adequaat presenteren met het oog op doel en publiek, en daarbij zaken of personen beschrijven en uitdrukking geven aan gevoelens en standpunten verwoorden

Slide 2 - Tekstslide

Das Programm 5H
Text üben: Feldsalat ist gar kein Salat
Wie schreiben wir eine informelle Mail?
Selbstständig arbeiten (Schritt 8)
Gimkit

Slide 3 - Tekstslide

Feldsalat ist gar kein Salat
Aus welchem Grund mischt man Samen mit Sand, ehe man sie aussät?
A Sie können so besser Feuchtigkeit festhalten.
B Sie sind so besser vor hungrigen Vögeln versteckt.
C Sie sind so besser vor Kälte geschützt.
D Sie werden so besser in die Erde zerstreut.

A durch Abwägungen
B durch Behauptungen
C durch Empfehlungen
D durch Vermutungen

Slide 4 - Tekstslide

Feldsalat ist gar kein Salat
Wodurch ist dieser Text vor allem gekennzeichnet?
A durch Abwägungen
B durch Behauptungen
C durch Empfehlungen
D durch Vermutungen 

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Das Programm (6v)
Text üben: wann wir wirklich mehr Trinkgeld geben
Wie schreiben wir einen Forumsbeitrag?
Zwischen Kunst und Kitsch (Schritt 10)

Slide 7 - Tekstslide

Wann wir wirklich mehr Trinkgeld geben
Was geht aus den ersten beiden Absätzen hervor?
A Beim Trinkgeld geben möchten viele gern großzügig wirken.
B Das Phänomen Trinkgeld ist stark von altmodischen Bräuchen
geprägt.
C In Sachen Trinkgeld herrschen unterschiedliche Ansichten.
D Trinkgeld ist ein weitverbreitetes Forschungsobjekt geworden.

Slide 8 - Tekstslide

Geef van elk van de onderstaande beweringen aan of deze wel of niet overeenkomt met de regels 11-26.
1 Uit onderzoek blijkt dat de hoogte van de fooi deels afhangt van het
type horecagelegenheid.
2 Bij het geven van fooi speelt de kwaliteit van een restaurant nauwelijks
een rol.
3 Sociale druk is bij het geven van fooi een factor van betekenis.
4 Bij gasten die erg vertrouwd met elkaar zijn, komt het voor dat zij
overleggen over de hoogte van de te geven fooi.
5 Als een groep collega’s een restaurant bezoekt, wordt het geven van
fooi vaak overgelaten aan de leidinggevende van de groep.
6 Met het oog op het krijgen van fooi let horecapersoneel er soms op
hoe de onderlinge verhoudingen binnen een gastengroep liggen.

Slide 9 - Tekstslide

Welches Wort passt in die Lücke im 6. Absatz? 
A Hoffnungsvoll
B Lobenswert
C Logisch
D Verblüffend 

Slide 10 - Tekstslide

Ergänze den nächsten Satz im Sinne des 7. Absatzes:
Wenn Gäste mit der Qualität des Essens unzufrieden sind, 
A fällt das Trinkgeld genauso hoch aus, als wenn es geschmeckt hätte.
B lassen sie sich das auf keinerlei Weise anmerken.
C verlangen sie nicht selten eine Minderung der Rechnung.
D wird das manchmal über das Trinkgeld ausgedrückt. 

Slide 11 - Tekstslide

Welche Aussage ist dem 8. Absatz nach richtig? 
A Eigentlich sollten Wirte nicht einen Teil des Trinkgeldes selbst
einstecken.
B Für Trinkgeld gibt es in der Gastronomie einen allgemeinen
Verteilungsschlüssel.
C Unabhängig von der Höhe des Trinkgeldes wird manchmal abfällig
über die Restaurantkundschaft geredet.
D Wenn ein Gast als Dank für die gute Bedienung ein Trinkgeld gibt,
braucht das nicht versteuert zu werden.

Slide 12 - Tekstslide