Goed gebekt deel 2, taak 2

• Nederlands
• MBO
• Studiejaar 1

Goed gebekt deel 2, taak 2

Wat betekenen de moeilijke woorden?

Je moet daarvoor intrinsiek gemotiveerd zijn

1. echt
2. van binnenuit
3. van buitenuit
4. enigszins

Dat is een irrelevant gegeven

1. niet van belang
2. van groot belang
3. onrechtmatig

Dat zomerhuisje is goed geëquipeerd

1. geïsoleerd
2. mooi gebouwd
3. mooi gelegen
4. van het nodige voorzien

Dat is een halfslachtig persoon

1. vervelend
2. zonder werk zittend
3. geen duidelijke mening hebbend

De politie wist door interventie een vechtpartij te voorkomen

1. het voeren van een gesprek
2. assistentie
3. tussenkomst

Uitdrukkingen/gezegdes

Vul het juiste woord in

Iemand onder ..... stellen

1. beraad
2. curatele
3. dwang

Ergens geen ..... mee nemen

1. rekenschap
2. spijt
3. genoegen

Na rijp .....

1. beraad
2. betoog
3. spijt

Dat hoeft geen .....

1. betoog
2. uitleg
3. verhaal
4. verslag

Iemand tegen zich in het ..... jagen

1. geweer
2. harnas
3. bos

Uitdrukkingen met voorzetsels

Vul het juiste voorzetsel in

Iets ..... prijs stellen

1. in
2. van
3. met
4. op

Genoegen ..... iets nemen

1. in
2. met
3. voor
4. op

..... zijn wensen tegemoet komen

1. aan
2. in
3. met
4. op

Dat staat niet ..... verhouding tot de prijs

1. in
2. met
3. tot
4. van

..... een fiasco uitlopen

1. met
2. in
3. op
4. tot