Les 2 Zuren en basen herkennen

• Scheikunde
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 4

DEZE LES

6.1 Zuren en basen herkennen

Een pH indicator: hiermee kun je ruwweg aangeven binnen welke pH gebieden de pH van een oplossing ligt.

6.1 Zuren en basen herkennen

Vul de kleuren van de indicatoren in.

Maak gebruik van BINAS tabel 52A.

kleur bij pH	2	5	7	12
broomkresolgroen
fenolrood
lakmoes
alizariengeel-R

6.1 Zuren en basen herkennen

Annemiek bepaalt de pH van een oplossing door in vier reageerbuizen steeds een beetje van die oplossing te mengen met enkele druppels van een van de indicatoren uit de tabel.

• Leid uit de kleuren van de oplossingen af tussen welke  grenzen de pH van de oplossing moet liggen.

6.1 Zuren en basen herkennen

Leid uit de kleuren van de oplossingen af tussen welke  grenzen de pH van de oplossing moet liggen.

• methyloranje = oranjegeel, pH > 4,4
• thymolblauw = geel, pH > 2,8 en pH < 8,0
• broomfenolrood = paarsrood, pH > 6,0
• fenolftaleine = kleurloos, pH < 8,2

• dus de pH van de oplossing

      ligt tussen de 6,8 en 8,0

6.1 Zuren en basen herkennen

Cola heeft een hoge zuurgraad, voornamelijk doordat er een flinke hoeveelheid fosforzuur

in opgelost is. Bij meting blijkt de pH van Cola 2,9 te zijn.

Noem de twee indicatoren waarmee je deze pH het meest nauwkeurig kunt bepalen. Licht toe met de kleuren die de indicatoren aannemen

• Je hebt een indicator nodig waarbij de 2,9 boven het omslagtraject ligt en een andere indicator waarbij de 2,9 onder het omslagtraject ligt.
• boven omslagtraject ligt, dat is thymolblauw
  
• onder omslagtraject ligt, dat is congorood

6.1 Zuren en basen herkennen

EXTRA OPGAVEN

6.1 Zuren en basen herkennen

EXTRA OPGAVEN

6.1 Zuren en basen herkennen

EXTRA OPGAVEN

AFSLUITING