4V Economie par. 6.2.3

• Economie
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 4

6.6a
Een maximumprijs zal bij de marktvorm ...(1) leiden tot een groter surplus. Het ...(2) zal namelijk sterk toenemen

1. 1 vvm 2 CS
2. 1 vvm 2 PS
3. 1 monopolie 2 CS
4. 1 monopolie 2 PS

Opgave 6.7

Teken qa en qv in 1 grafiek

Arceer en bereken het welvaartsverlies

opgave 6.7

q_v = -0,5p+500

q_a = 0,5p-100

Afname is Harbergerdriehoek

1/2 x ( 700 - 500 ) x 

( 200 - 150 ) = 5.000

Surplus bij minimumprijzen?

Er wordt minder op de markt verhandeld

Consumenten moeten een hogere prijs betalen

Producenten ontvangen een hogere prijs

Producenten verkopen minder op de markt

Producenten mogen aanbodoverschot aan overheid verkopen

Overheid moet aanbodoverschot opkopen

Verlies surplus is opp. driehoek = 1/2 x l x b

= 1/2 x ( 8 - 4 ) x ( 4 - 2 )

= 4 miljoen

Opgave 6.8

q_v = -p + 10

q_a = p - 2

d. bereken het totale verlies aan welvaart, waarbij de kosten van de overheid dus zijn meegenomen.

CS oud =

1/2 x (10-6) x 4 = 8

PS oud = 

1/2 x (6-2) x 4 = 8

Totale surplus oud = 16

d. bereken het totale verlies aan welvaart, waarbij de kosten van de overheid dus zijn meegenomen.

CS nieuw =

1/2 x (10-8) x 2 = 2

 

PS nieuw = 

1/2 x (8-2) x 6 = 18

Opkoopkosten overheid =

(6-2) x 8,25 = 33

Totaal = 2 + 18 - 33 = -13

d. bereken het totale verlies aan welvaart, waarbij de kosten van de overheid dus zijn meegenomen.

Totaal oud = 16

Totaal nieuw = -13

Welvaartsverlies incl. opkoopkosten overheid =

-29

d. bereken het totale verlies aan welvaart, waarbij de kosten van de overheid dus zijn meegenomen.

Hw.

Opgave 6.8