Oefentoets

Oefentoets microbiologie
1 / 29
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Oefentoets microbiologie

Slide 1 - Tekstslide

Uitleg
De toets bestaat uit meerkeuze- , sleep- en open vragen. 
Je krijgt 45 min. om de vragen te maken. 
Je mag er geen boek bij houden. 
Als je klaar bent mag je uitloggen. 
Succes!

Slide 2 - Tekstslide

Welk onderdeel wordt
aangegeven met
nummer 1?
A
Kapsel
B
Celmembraan
C
Celwand

Slide 3 - Quizvraag

Welk onderdeel wordt
aangegeven met
nummer 7?
A
Flagel
B
Pili
C
Celwand

Slide 4 - Quizvraag

Hoe heten de onderdelen die
erfelijke informatie bevatten?

Slide 5 - Open vraag

Protozoën
Algen
Gisten
Schimmels
Sleep de begrippen naar het juiste vak. 
Hyfe
Chlorofyl
Celwand
Celwand
Celwand
Knopvorming
Mycelium
Fungi
Fungi
Protisten
Protisten
Geen celwand

Slide 6 - Sleepvraag

Met welke letter wordt een
facultatief anaëroob
micro-organisme aangegeven?
A
A
B
B
C
C
D
D

Slide 7 - Quizvraag

Van welk micro-organisme
is dit een voorbeeld?
A
Alg
B
Protozoë
C
Gist
D
Schimmel

Slide 8 - Quizvraag

Wat is de rangschikking
van deze bacterie?

Slide 9 - Open vraag

Met welke letter wordt een
obligaat aëroob micro-organisme
aangegeven?
A
A
B
B
C
C
D
D

Slide 10 - Quizvraag

Hoe wordt een micro-organisme genoemd die goed tegen een zoute omgeving kan?

Slide 11 - Open vraag

Welke kleur heeft een bacterie die Gram-negatief is?
A
Kleurloos
B
Grijs
C
Paars
D
Roze-rood

Slide 12 - Quizvraag

In welke buis bevindt zich een
strikt anaërobe bacterie?

A
1
B
2
C
3

Slide 13 - Quizvraag

Wat is ongeveer de optimum
temperatuur van micro-organisme
1?

Slide 14 - Open vraag

Hoogste temperatuur waarbij een micro-organisme goed groeit.

Bovenstaande zin is een beschrijving van:

A
Maximum-temperatuur
B
Minimum-temperatuur
C
Optimumtemperatuur

Slide 15 - Quizvraag

Waar of niet waar?
Een virus die latent aanwezig blijft in het lichaam bevindt zich in de lysogene cyclus.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 16 - Quizvraag

Waaruit zijn virussen vooral opgebouwd?
A
Eiwitten en DNA/RNA
B
Eiwitten en polysachariden
C
DNA/RNA en polysachariden
D
DNA/RNA en lipiden

Slide 17 - Quizvraag

Wat wordt bedoeld met generatietijd?
A
Aantal generaties dat per uur ontstaat
B
Tijd die een micro-organisme nodig heeft om te delen

Slide 18 - Quizvraag

Welk element is géén micro-nutriënt?
A
Koper
B
Magnesium
C
Molybdeen
D
Zink

Slide 19 - Quizvraag

Welke bewering(en) is/zijn juist?
I Een directe telling wordt met de microscoop gedaan.
II Bij een directe telling bepaal je alleen de levende cellen.
A
Alleen I is juist
B
Alleen II is juist
C
I en II zijn beide juist
D
I en II zijn beide onjuist

Slide 20 - Quizvraag

Kijk goed naar de afbeelding en sleep 
de antwoorden naar het juiste vak. 
a
c
d
b
Afstervingsfase
Lag fase
Log fase
Stationaire fase

Slide 21 - Sleepvraag

Leg uit wat er in de logfase gebeurt.

Slide 22 - Open vraag

Noem een voorbeeld van een macronutriënt

Slide 23 - Open vraag

Met welke formule wordt hier de groeisnelheid bepaald?
A
n=tlog(2)log(Nt)log(N0)
B
g=n60

Slide 24 - Quizvraag

Bereken hoe groot de populatie is na 2 uur met een groeisnelheid van 2 en een startpopulatie van 300.

Formule:
nt=n02tn
A
1200
B
2400
C
4800
D
6000

Slide 25 - Quizvraag

Bereken hoe groot de populatie is na 3 uur met een groeisnelheid van 3 en een startpopulatie van 450.

Schrijf je berekening erbij.
(Tot de macht schrijf je als: ^) Formule:
nt=n02tn
nt=n02tn
nt=n02tn

Slide 26 - Open vraag

Bereken de generatietijd.
(rond af op hele minuten)

n=tlog(2)log(nt)log(n0)
g=n60
g=n60
g=n60
A
17
B
20
C
29
D
47

Slide 27 - Quizvraag

Zet in de goede volgorde:

1
5
2
3
4
synthese van viraal DNA en eiwitmantels
hechting aan celoppervlak
Lyse van de gastheercel
Binnendringen van viraal DNA
samenvoeging van viraal DNA en eiwitmantel

Slide 28 - Sleepvraag

Welk van deze afbeeldingen is een bacteriofaag?
Sleep de juiste afbeelding in het vak.
Bacteriofaag

Slide 29 - Sleepvraag