H2 1.5 Lijn door twee punten

• Wiskunde
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 2

Welkom!

- Ga rustig zitten op je plek.

- Leg je wiskundespullen open op tafel.

- Leg je iPad omgedraaid op tafel neer.

In deze les

• start
• toetsje (ongeveer 3 kleine vragen)
• vragen (huiswerk?)
• uitleg (lijn door twee punten)
• bingo

De formule van y = 2x + 1 is een voorbeeld van een

1. kwadratische formule
2. lineaire formule
3. recht evenredig verband
4. hellingsgetal

Gegeven is de formule y = 1,5x.
Geef het hellingsgetal van de formule.

Gegeven is de formule y = 1,5x.
Geef het startgetal van de formule.

Gegeven is de formule y = 1,5x.
Bereken y als x = 50.

Waar loop je tegen aan?

Stappenplan

1. tabel en y = ax + b
2. hellingsgetal? (a)
3. startgetal? (b)
4. vul alles in 

Deze les

Lijn door twee punten

Doel

- leren hoe je een formule opstelt bij de lijn door twee gegeven punten

- herhaling

Lijn door twee punten

P (2,5)

Q (5,14)

Lijn door twee punten

P (2,5)

Q (5,14)

Lijn door twee punten

P (2,5)

Q (5,14)

stap 1: y = ax + b

Lijn door twee punten

P (2,5)

Q (5,14)

stap 1: y = ax + b

stap 2: a = 9:3 = 3

Lijn door twee punten

P (2,5)

Q (5,14)

stap 1: y = ax + b

stap 2: a = 9:3 = 3

stap 3: 5= 3∙2 + b

Dus b = -1

Lijn door twee punten

P (2,5)

Q (5,14)

stap 1: y = ax + b

stap 2: a = 9:3 = 3

stap 3: 5= 3∙2 + b

Dus b = -1

stap 4: y = 3x - 1

Stappenplan

1. Schets maken en y = ax + b 
2. hellingsgetal uitberekenen
3. coordinaten invullen en startgetal uitrekenen
4. schrijf de hele formule op!

Voorbeeld

A (-2, 6)

B (5, 48)

Voorbeeld

A (-2, 6)

B (5, 48)

y = ax + b 

Voorbeeld

A (-2, 6)

B (5, 48)

y = ax + b 

a = 42:7 = 6

Voorbeeld

A (-2, 6)

B (5, 48)

y = ax + b 

a = 42:7 = 6

48 = 6 ∙ 5 + b 

dus b = 18

Voorbeeld

A (-2, 6)

B (5, 48)

y = ax + b 

a = 42:7 = 6

48 = 6 ∙ 5 + b 

dus b = 18

y = 6x + 18

BINGO!

Vraag 1

Wat is het startgetal bij de formule y = 5∙x + 9?

Vraag 2

Het hellingsgetal van de lijn y = 6∙x +17 is ...

Vraag 4

Wat is het startgetal bij F = -2 ∙ v + 8 ?

Vraag 3

Gegeven is de formule Q = 4∙d + 10. Wat is de y-waarde van het snijpunt van de lijn met de y-as?

Vraag 5

Bereken de y-waarde voor x = 3 bij de lijn y = 5∙x - 8.

Vraag 6

Wat is het hellingsgetal bij Z = 3 ∙ e?

Vraag 7

Gegeven is de formule G = 2 ∙ t -14.  Wat is het hellingsgetal van de lijn?

Vraag 8

Wat is het hellingsgetal van de lijn W = c + 30?

Vraag 9

Wat is het hellingsgetal bij deze grafiek?

Vraag 10

Bereken het startgetal van de formule P = 6∙b + 2.

Vraag 11

Bij de lijn M = 10 is het hellingsgetal ....

Doel

- leren hoe je een formule opstelt bij de lijn door twee gegeven punten

-herhaling

Huiswerk

maken, nakijken en leren: paragraaf 1.5

Wat vond je ervan?

Tot de volgende keer!