Herhalingsles begrijpend lezen
1 / 22
Lesduur is: 50 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 2 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 3 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Waar let je op bij het beoordelen van bronnen?
Slide 4 - Woordweb
Deze slide heeft geen instructies
Slide 5 - Tekstslide
Leg uit wat betrouwbaarheid inhoudt en geef voorbeelden van criteria die daarbij kunnen helpen.
Slide 6 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 7 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 8 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 9 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Mening: De zomervakantie is te lang.
Argument: Veel kinderen gaan zich na een paar weken vervelen.
Argument: Veel kinderen gaan zich na een paar weken vervelen.
A
Goed argument
B
Niet goed, want het gaat niet over de mening
C
Niet goed, want het is een herhaling van de mening
Slide 10 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
mening: Er moet meer belasting komen op patat en snacks.
Argument: Patat en snacks kun je ook thuis frituren.
Argument: Patat en snacks kun je ook thuis frituren.
A
Goed argument
B
Niet goed, want het gaat niet over de mening
C
Niet goed, want het is een herhaling van de mening.
Slide 11 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Mening: Engels is een zinloos schoolvak.
Argument: Veel kinderen van 13 spreken al vloeiend Engels.
Argument: Veel kinderen van 13 spreken al vloeiend Engels.
A
Goed argument
B
Niet goed, want de informatie klopt niet.
C
Niet goed, want het is een herhaling van de mening.
Slide 12 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Mening: Op alle scholen moeten uniformen verplicht worden.
Bedenk hier zelf een argument bij!
Bedenk hier zelf een argument bij!
Slide 13 - Open vraag
Deze slide heeft geen instructies
Wat kun je doen als je een moeilijke tekst moet lezen?
Slide 14 - Open vraag
Deze slide heeft geen instructies
Slide 15 - Tekstslide
Vat de belangrijkste punten van de les samen.
Slide 16 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Wat is het verschil tussen letterlijk en figuurlijk taalgebruik?
Slide 17 - Open vraag
Deze slide heeft geen instructies
Welk figuurlijk taalgebruik zie je in de tekst?
Slide 18 - Woordweb
Deze slide heeft geen instructies
Wat is het verschil tussen meningen en feiten?
Slide 19 - Woordweb
Deze slide heeft geen instructies
Ik vind de nieuwe sneakers van Puma helemaal geweldig!
A
Mening
B
feit
Slide 20 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Waarom is de vorige zin een mening?
Slide 21 - Woordweb
Deze slide heeft geen instructies
Slide 22 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
