Aan welke zaken moet je denken als je zelf een magazijn gaat runnen?
1 / 15
volgende
Slide 1: Woordweb
LogistiekMBOStudiejaar 1
In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 30 min
Onderdelen in deze les
Aan welke zaken moet je denken als je zelf een magazijn gaat runnen?
Slide 1 - Woordweb
WMS
"runnen" van een magazijn
verschillende investeringsbeslissingen
* het gebouw (kopen of huren) ?
* inrichting (magazijnstellingen, hulpmiddelen) kopen of leasen
* administratie beheren (software)
Slide 2 - Tekstslide
Welke activiteiten zijn er in een magazijn?
Slide 3 - Woordweb
WMS
Slide 4 - Tekstslide
WMS
Goederenontvangst: het fysiek ontvangen en controleren v.d. goederen.
plaatsen in opslag: plaatsen van goederen in een opslaglocatie
bulk: bulkopslag van goederen. (meestal op pallets)
aanvullen van de pickvoorraard vanuit de bulkopslag (meestal in dozen)
pick: "opslag" van goederen in de picklocaties
orderpick: verzamelen van goederen aan de hand van klantorders.
expeditie: klaarzeten van goederen voor verzending.
Slide 5 - Tekstslide
WMS
Het warehouse management system regelt de processen in het magazijn. Het WMS is gekoppeld aan het ERP-systeem zodat relevante gegevens over verwachte in- en verkooporders, de voorraad en te verzamelen orders direct beschikbaar zijn.
Slide 6 - Tekstslide
ERP
ERP staat voor Enterprise Resource Planning. Een ERP systeem automatiseert en verbindt bedrijfsprocessen binnen een organisatie. Alle gegevens van de verschillende afdelingen worden opgeslagen in een centrale database, waardoor ze altijd voor iedere medewerker inzichtelijk zijn.
Een ERP systeem is een tool die zorgt voor een hogere productiviteit binnen de organisatie, doordat veel processen binnen dit informatie- en managementsysteem geautomatiseerd kunnen worden.
Slide 7 - Tekstslide
WMS
Sturing aan de volgende processen:
> voorraadplanning
> goederenontvangst, opslag en inruimen
> labels en barcodes
> locatiebeheer
> verzamelen en verzenden
> rapportages
Slide 8 - Tekstslide
WMS en ontvangst
Het opvangen, controleren, binnenboeken, ompakken en inruimen van goederen wordt allemaal aangestuurd door het WMS.
Het produceert opdrachten voor medewerkers, bijvoorbeeld een inruimlijst waarop de medewerker precies kan zien welke goederen waar moeten worden opgeslagen. Er worden rij- en looproutes aangegeven en plant wanneer dit moet gebeuren. Soms zelfs welke opslagcondities er gelden.
Slide 9 - Tekstslide
Chadrack geeft leiding aan de afdeling Uitslag. Voor zijn werk gebruikt hij regelmatig het WMS.
Welke ondersteuning kan het WMS bieden met betrekking tot uitslag van goederen?
A
orderverzamellijst aanmaken
B
pakbon aanmaken
C
goederen labelen
Slide 10 - Quizvraag
A
Het WMS ondersteunt de verschillende fasen van de interne goederenstroom. De orderverzamellijst aanmaken kan het WMS doen. De goederen labelen hoort bij de uitslagfase, maar moet je zelf doen. Het WMS kan een pakbon aanmaken, maar dit hoort bij de expeditiefase.
Slide 11 - Tekstslide
2 medewerkers lossen een container. Een 3e medewerker voert de gegevens van de ontvangen goederen in het systeem in.
Hoe kan de medewerker die de gegevens invoert, het beste de gegevens verzamelen?
A
wachten tot alle gegevens beschikbaar zijn en deze vervolgens achter elkaar invoeren
B
steeds heen en weer lopen om nieuwe gegevens te halen
C
een medewerker heen en weer laten lopen met nieuwe gegevens over goederen
Slide 12 - Quizvraag
A
Het is beter om alle gegevens beschikbaar te hebben en ze dan in te voeren. Dan is de kans op fouten het kleinst.
Slide 13 - Tekstslide
Wat voor code zie je op deze afbeelding?
A
QR-code
B
Locatiecode
C
Cijfercode
Slide 14 - Quizvraag
B
Bedrijven gebruiken locatiecodes om gangpaden, stellingen en vakken aan te duiden. Dit is geen cijfercode, want een cijfercode is een artikelcode bestaande uit cijfers, waarmee het product, de kenmerken en de locatie aangeven worden.