In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Onderdelen in deze les
Zintuigen
Slide 1 - Tekstslide
Zintuigen
Slide 2 - Woordweb
Je lichaam krijgt verschillende prikkels binnen. Een zintuig neemt deze prikkels waar. Geluid is bijvoorbeeld een prikkel die hoort bij het zintuig horen.
Slide 3 - Tekstslide
De huid
In de huid liggen twee zintuigen waarmee je kan voelen. Tastzintuigen liggen bovenaan in
de lederheid, hiermee kan je kleine
aanrakingen voelen. De drukzintuigen
liggen dieper in de lederhuid. Hiermee
kan je druk voelen, bijvoorbeeld iemand
die duwt.
Slide 4 - Tekstslide
Koude- en warmtezintuig
In de huid liggen ook de koudezintuigen en warmtezintuigen. Deze zintuigen reageren op iets kouds of warms.
Slide 5 - Tekstslide
De andere zintuigen
Gehoorzintuig Horen
Evenwichtsorgaan Evenwicht
Gezichtzintuig Zien
Reukzintuig Ruiken
Smaakzintuig Proeven
Slide 6 - Tekstslide
Koppel het zintuig aan de bijbehorende waarneming
Gezicht-
zintuig
Koude-
zintuigen
Tast-
zintuigen
Smaak-
zintuig
Voelen
Zien
Kou
Proeven
Slide 7 - Sleepvraag
Pijnpunten nemen pijn waar. Dit zijn losse uiteinden van zenuwen.
Slide 8 - Tekstslide
Het practicum
In het practicum gaan we onderzoeken of iets warm en koud tegelijk kan zijn.
Voor dit practium heb je drie bekers nodig. Één beker met warm water, één beker met koud water en één beker met lauw water (voor de helft koud en voor de helft warm).
Jullie hebben nu kort de tijd om de bekers te vullen en klaar te zetten.
Slide 9 - Tekstslide
Zometeen doe je één wijsvinger in het koude water, de andere wijsvinger doe je in het warme water. Dit doe je voor één minuut. Ik hou de tijd bij. Hierna doe je beide wijsvingers in het lauwe water.
Wat zijn de verschillen tussen de wijsvingers?
Slide 10 - Tekstslide
Conclusie: kan iets warm en koud tegelijk zijn?
Slide 11 - Open vraag
Reukzintuigen
Het reukzintuig bevindt zich in de neusholte. De neusholte is bedekt met neusslijmvlies. Geurdeeltjes komen je neus binnen en komen bij het neusslijmvlies. De geurdeeltjes worden opgevangen door de reukharen. De reukharen zijn het uiteinde van de zintuigcellen. Deze zintuigcellen vormen impulsen die via zenuwen naar je hersenen gaan.
Slide 12 - Tekstslide
Slide 13 - Tekstslide
Smaakzintuigen
Op je tong liggen kleine bultjes, dit zijn smaakpapillen. De smaakpapillen vormen het smaakzintuig.
Aan de zijkant van de smaakpapillen liggen groepjes smaakzintuigen, dit zijn de smaakknopjes. Er zijn vijf smaakknopjes die allemaal gevoelig zijn voor een andere smaak: zoet, zout, zuur, bitter of umami (hartig).
Zonder het reukzintuig is dat het enige wat je proeft. Denk maar een verkoudheid.
Slide 14 - Tekstslide
Slide 15 - Tekstslide
Practicum proeven
Als je per ongeluk een beetje zeewater drinkt tijdens het zwemmen, is dat heel vies. Maar een beetje zout in je eten vinden veel mensen juist lekker. Dan smaakt zout helemaal niet zo zout. In het volgende proefje kun je zelf ontdekken wanneer iets zout proeft.
Slide 16 - Tekstslide
Benodigdheden:
- 2 glazen warm water
- Zout
- Theelepel
Slide 17 - Tekstslide
Doe in één glas één theelepel zout. In het andere glas doe je drie theelepels zout. Roer dit goed door.
Slide 18 - Tekstslide
Spoel je mond met het water met het minste zout en spuug het uit. Hoe smaakte het water?
Slide 19 - Open vraag
Doe nu hetzelfde als het glas met meer zout. Proeft dit hetzelfde?
Slide 20 - Open vraag
Nu spoel je je mond weer met het glas met het minste zout. Hoe smaakt het water nu?
Slide 21 - Open vraag
De tweede keer dat je het water uit het eerste glas proefde, heb je veel zouter water in je mond gehad. Dan proef je het zout in het water niet zo goed meer. Je tong went aan de hoeveelheid zout uit het tweede glas. Dus het water uit het eerste glas lijkt niet zo zout meer.
Slide 22 - Tekstslide
Je neusholte is bedekt met....
A
Smaakknopjes
B
Neusslijmvlies
Slide 23 - Quizvraag
De reukharen zijn het het uiteinde van de ......
A
Zintuigcellen
B
Neusslijmvlies
Slide 24 - Quizvraag
Geurdeeltjes worden opgevangen door de .....
A
Reukharen
B
Zenuwen
Slide 25 - Quizvraag
Welke vijf smaakknopjes zijn er?
A
Bitter, scherp, zoet, zuur en zout
B
Zuur, zout, zoet, bitter en umami
Slide 26 - Quizvraag
Kan je andere smaken proeven als je verkouden bent?
Wij gebruiken cookies om jouw gebruikerservaring te verbeteren en persoonlijke content aan te bieden. Door gebruik te maken van LessonUp ga je akkoord met ons cookiebeleid.