Hoofdstuk 11 , paragraaf 11.1 en 11.2

Hoofdstuk 11 Voortplanting
1 / 32
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo t, havoLeerjaar 2

In deze les zitten 32 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Hoofdstuk 11 Voortplanting

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen 11.1 Man en vrouw
- Je kent de onderdelen en functies van het voortlantingsorgaan van de man.
- Je kunt in je eigen woorden vertellen wanneer de zaadballen zaadcellen gaan maken
- Je kent de weg die de zaadcellen afleggen
- Je kunt in je eigen woorden vertellen waardoor en wanneer er in de eierstokken eicellen gaan rijpen
- Je kent de verschillende stappen van een eisprong
- Je kent de verschillende fases van de menstruatiecyclus, zie bron 7
- Je kunt uitleggen wat er tijdens de menstruatie gebeurt
- Je kunt uitleggen welke hormonen betrokken zijn bij de mensturatiecyclus 

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Video

Puberteit
  • In zaadballen ontstaan zaadcellen
  • Bijballen slaan deze op
  • Bij een zaadlozing vervoert de zaadleider zaadcellen
  • Zaadblaasjes en prostaat voegen vocht toe. (daarna heet het sperma)
Voortplantingscellen man = zaadcellen
Voortplantingscellen vrouw
eicellen

Slide 4 - Tekstslide

De verschillende gebeurtenissen tijdens een zaadlozing
?

Slide 5 - Tekstslide

Geslachtsorgaan man
Ken je alle onderdelen?

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Link

Puberteit
  • In de eierstokken liggen (onrijpe) eicellen
  • De eileider vervoert eicellen naar de baarmoeder
  • Een eicel rijpt in een follikel in de eierstok. Na 2 weken is die rijp, barst deze uit de follikel en komt in de eileider. = ovulatie

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Link

0

Slide 11 - Video

Een cyclus duurt ongeveer 28 dagen......

Menstruatie dus ook om de 28 dagen


Slide 12 - Tekstslide

Hormonen en menstruatiecyclus
Menstruatiecyclus wordt geregeld door hormonen uit de hypofyse 
en de hormonen progesteron en oestrogeen.

  • Hypofysehormoon     -> zorgen dat de follikel gaat groeien

  • Oestrogeen                -> wordt gemaakt door follikel vooral vóór ovulatie
(baarmoederslijmvlies wordt daardoor dikker en ovulatie vindt plaats)

  • Progesteron               -> wordt gemaakt door lege follikel na de ovulatie. 
Zorgt ervoor dat baarmoederslijmvlies dik en goed doorbloed blijft.

Slide 13 - Tekstslide

In één plaatje





Slide 14 - Tekstslide

Bij de geboorte van een meisje zijn alle eicellen al aanwezig in de eierstokken
A
waar
B
niet waar

Slide 15 - Quizvraag

Sperma bestaat uit:
A
zaadcellen
B
zaadcellen en een beetje urine
C
zaadcellen en vocht
D
zaadcellen en slijm

Slide 16 - Quizvraag

Op welke dag vindt meestal de eisprong plaats tijdens de menstruatiecyclus
A
13
B
14
C
15
D
16

Slide 17 - Quizvraag

Menstruatiecyclus: Hoe lang blijft een eicel bevruchtbaar?
A
14 dagen
B
28 dagen
C
12 - 24 uur
D
0 - 12 uur

Slide 18 - Quizvraag

1. Op dag 1 van de menstruatie cyclus begint de menstruatie
2. Op dag 1 van de menstruatie begint een eicel te rijpen
A
1 is waar
B
2 is waar
C
1 en 2 zijn waar
D
1 en 2 zijn niet waar

Slide 19 - Quizvraag

Welke functie heeft het baarmoederslijmvlies ?
A
Zorgt ervoor dat een meisje ongesteld wordt
B
Heeft geen functie
C
Zorgt ervoor dat een bevruchte eicel kan innestelen
D
Zorgt ervoor dat de hypofyse geslachtshormonen gaat afgeven

Slide 20 - Quizvraag

Leerdoelen 11.2 Bevruchting
- Je kunt uitleggen welke weg een zaadcel aflegt voordat hij bij een eicel komt
- Je kunt uitleggen hoe de bevruchting in zijn werk gaat
- Je kent de verschillende fases na een bevruchting, zie bron 4
- Je kunt de werking van een condoom, de pil, anticonceptiepleister/staafje, spiraaltje en sterilisatie uitleggen
- Je kunt uitleggen wat een morning-afterpil is
- Je kunt uitleggen wat een abortus is

Slide 21 - Tekstslide

Bevruchting
Wanneer de kernen met elkaar versmelten !

Slide 22 - Tekstslide

Daarna...
Bevruchte eicel gaat delen, dit gebeurt al in de eileider

Bolletje cellen komt aan in de baarmoeder na 4/5 dagen

Innesteling: bolletje cellen zet zich vast in het baarmoederslijmvlies

Slide 23 - Tekstslide

0

Slide 24 - Video

Voorbehoedsmiddelen
De rode koffer 

Slide 25 - Tekstslide

Wat is de juiste weg die spermacellen afleggen tijdens de zaadlozing
A
bijbal - zaadleider -zaadblaasje - urineleider
B
zaadbal - zaadleider - urineleider
C
zaadbal - bijbal - zaadleider - prostaat - urineleider
D
bijbal - zaadleider - urineleider

Slide 26 - Quizvraag

Zaadleider
Urineblaas
Zaadblaasje
Prostaat
Zwellichaam
Penis
Bijbal
Zaadbal
Balzak
Urinebuis
Eikel
Voorhuid

Slide 27 - Sleepvraag

Zwangerschap voorkomen
Condoom - voorkomt dat zaadcellen bij de eicel komen. Beschermt ook tegen SOA's.
Pil, anticonceptiepleister/ hormoonstaafje - voorkomt dat de eicel rijpt en voorkomt ovulatie. 
Spiraaltje - voorkomt innesteling van het embryo
Sterilisatie - eileiders of zaadleiders doorgesneden

Slide 28 - Tekstslide

Onbetrouwbare methoden
Coitus interruptus - trekt de man zijn penis terug uit de vagina voordat hij klaarkomt. 

Periodieke onthouding - heeft het stel geen geslachtsgemeenschap tijdens de vrichtbare periode. 

Slide 29 - Tekstslide

Voorbereiding op toets
Je maakt een keuze uit onderstaande leerstrategieën:
1. Maak de 'Samenvatten' & 'Test jezelf' en kijk deze na 
(hier oefen je het Toepassen! Erg handig voor de toets) 
2. Leerdoelen uitwerken (staan ook digitaal op de studiewijzer)
3. Eigen samenvatting maken. 
4. Mindmap maken. (verwerk plaatjes en onderwerpen tot een overzichtelijk geheel)
Klascode - ecomd

Slide 30 - Tekstslide

Doel: Herhalen van de stof, actief gaan leren voor de toets
- Herhaling van de stof d.m.v LessonUp
- Verschillende leerstrategieën , aan de slag!
- LessonUp quiz
- Filmpje

Slide 31 - Tekstslide

Slide 32 - Video