K1A Herhaling Lezen H1.3

Welkom


Planning van dit uur
  • fictie en non-fictie
  • Huiswerk bespreken: opdrachten 2.3 Lezen 1 t/m 8 
  • Herhaling uitleg 
  • Zelfstandig werken: opdrachten 

Aan het einde van deze les
  • weet je wat een onderwerp en een deelonderwerp is; 
  • weet je wat alinea's zijn en weet je hoe je een alinea  herkent. 

Nederlands

Code Talent
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Welkom


Planning van dit uur
  • fictie en non-fictie
  • Huiswerk bespreken: opdrachten 2.3 Lezen 1 t/m 8 
  • Herhaling uitleg 
  • Zelfstandig werken: opdrachten 

Aan het einde van deze les
  • weet je wat een onderwerp en een deelonderwerp is; 
  • weet je wat alinea's zijn en weet je hoe je een alinea  herkent. 

Nederlands

Code Talent

Slide 1 - Tekstslide

Fictie en non-fictie

Slide 2 - Tekstslide






 Hoe?

  1. Lees de titel en de tussenkopjes
  2. Lees de eerste en de laatste alinea
  3. Lees de woorden die vet- of schuingedrukt zijn
  4. Bekijk de plaatjes en lees de tekst bij de plaatjes
  5. Kijk wat de bron is


 


          

Hoe? 

Met aandacht lezen, zin voor zin.
Twee manieren van lezen: 

1.  Verkennend lezen                  2. Nauwkeurig lezen                                               

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Onderwerp
Waar de tekst over gaat in één of een paar woorden

Hoe kom je achter het onderwerp? 

Kijk naar:
  • Titel 
  • Eerste alinea
  • Dikgedrukte of schuine woorden
  • Afbeeldingen
  • Tekst bij afbeeldingen
  • Stel jezelf de vraag: waar gaat deze tekst over? 
  • Schrijf het onderwerp in een woord of een paar woorden op

Voorbeeld van een onderwerp: de nieuwe school. 
Deelonderwerp

Waar een deel van de tekst over gaat

Een deel van het onderwerp










Voorbeeld van deelonderwerpen: de nieuwe klas, de nieuwe mentor, de eerste lessen.

Slide 5 - Tekstslide

Onderwerp
Leeuwen


Wat kunnen deelonderwerpen zijn? 

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Woordweb

Onderwerp
Hockey


Wat kunnen deelonderwerpen zijn? 

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Woordweb

Onderwerp
Klimaatverandering


Wat kunnen deelonderwerpen zijn? 

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Woordweb

Wat vind jij fijner om te lezen?
A
Eén lange tekst
B
Een lange tekst die is opgedeeld in korte stukjes

Slide 12 - Quizvraag

Waarom vind je dat fijner?

Slide 13 - Open vraag

Wat is ook alweer een alinea?
A
Een gehele tekst
B
Een kort stukje van een tekst
C
Een zin die los staat
D
Een of twee zinnen

Slide 14 - Quizvraag

Alinea
  • Een lange tekst bestaat uit kortere stukjes tekst

  • Die kortere stukjes heten: alinea's 

  • Een nieuwe alinea begint altijd op een nieuwe regel

  • De eerste regel springt soms in

Slide 15 - Tekstslide

Een nieuwe alinea begint altijd op een nieuwe regel
A
Waar
B
Niet waar

Slide 16 - Quizvraag

De laatste zin van een alinea loopt altijd helemaal door tot het einde van de regel.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 17 - Quizvraag

Soms staat er een witregel tussen twee alinea's.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 18 - Quizvraag




Uit hoeveel alinea's bestaat dit artikel? 

Slide 19 - Tekstslide

}
Tekst
Alinea


Alinea


Alinea


Alinea

Slide 20 - Tekstslide

Aan het werk
Kijk de opdrachten na van 1.3
Ga aan de slag met de opdrachten 
12, 14, 16, 17, 18, 21


Al klaar? Maak de test jezelf Lezen.

Slide 21 - Tekstslide