Herhalingsles thema ontstaan van NL

• Mens & Maatschappij
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 1

Herhalingsles

• Paragraaf 1 t/m 4 herhalen 
• Daarna: leren voor de toets

Paragraaf 1

De koning en de prins

Waarom stelde Filips II stadhouders aan in andere delen van zijn rijk?

Wie was stadhouder van de Spaanse Nederlanden?

1. Karel V
2. Wilhelmus
3. Filips II
4. Willem van Oranje

Welk geloof moesten mensen aanhangen in het Spaanse Rijk?

1. Protestantse geloof
2. Katholieke geloof
3. Joode geloof
4. Hoefde helemaal niet

Wat deed Filips II met mensen die protestants waren?

Waarin verschilde Filips II en Willem van Oranje, als je kijkt naar geloof?

Katholieke kerk

Protestantse kerk

Sober leven

Paus 

Wat was de rede voor Willem van Oranje om in opstand te komen tegen Filips II?

1. Spaanse koning had te veel macht
2. Hij wilde niet Spaans spreken
3. Godsdienstvrijheid
4. Hij vond de Beeldenstorm maar niets

Filips II

Willem van Oranje

Godsdienstvrijheid is belangrijk

Katholieke geloof

Straft opstandelingen streng

Kiest de kant van protestantse opstandelingen

Paragraaf 2

Tussen welke twee jaartallen speelt de Nederlandse opstand zich af?

1. 1400-1600
2. 1500-1600
3. 1500-1700
4. 1400-1700

In welke twee tijdvakken speelt de Nederlandse Opstand / Tachtigjarige oorlog zich af?

1. Tijd van steden en staten en ontdekkers en hervormers
2. Tijd van ontdekkers en hervormers en regenten en vorsten
3. Tijd van ontdekkers en hervormes
4. Tijd van regenten en vorsten

Even herhalen. Stelling: Door de herovering van Den Briel en op de Spanjaarden, kregen steeds meer opstandelingen het vertrouwen dat de oorlog gewonnen kon worden

1. Waar
2. Niet waar

Neem de cijfers van de afbeelding over en schrijf op welk gewest erbij hoort.

Wat was ook alweer de functie van een stadhouder toen Nederland onder Spanje viel?

1. Legeraanvoerder
2. Prins zijn
3. Plaatsvervanger van de koning in dat gebied
4. Een soort burgemeester

Wat was de functie van een stadhouder in de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden?

1. Legeraanvoerder
2. Prins zijn
3. Plaatsvervanger van de koning in dat gebied
4. Een soort burgemeester

Leg uit waarom het bestuur van de Republiek een burgerlijk bestuur was.

Hoe vind je dat je zelf de vragen hebt beantwoord? (eerlijk zijn!)

1. Goed
2. Net voldoende
3. Net onvoldoende
4. Slecht

Paragraaf 3

Door wie werd de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden bestuurd?

1. Regenten
2. Vorsten
3. Regenten en vorsten
4. De minister-president

De Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden zat in een oorlog die 80 jaar duurde. Oorlog is niet goed, maar wat ging er wel goed in die tijd, in de Republiek?

Welke steden waren belangrijk voor de stedelijke cultuur?

1. Rotterdam, Den Haag en Amsterdam
2. Groningen, Delft en Haarlem
3. Amsterdam, Delft en Haarlem
4. Amsterdam, Den Haag en Utrecht

Bekijk de afbeelding hiernaast. Amsterdam werd het handelscentrum van Europa. Leg uit hoe je dat ziet op de afbeelding

Heeft deze afbeelding te maken met het handelscentrum Amsterdam, ja of nee? Leg je antwoord uit.