H5.4: Veilig rijden

Veilig rijden
Veilig rijden
1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
Natuurkunde / ScheikundeMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 1,2

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

Veilig rijden
Veilig rijden

Slide 1 - Tekstslide

Wat we gaan doen

Nakijken vraag 11 blz. 36
Herhalen H5.2 en 5,3
uitleg remmen en botsen

Slide 2 - Tekstslide

Wat is de formule van snelheid
A
snelheid = tijd : afstand
B
snelheid= afstand : tijd
C
snelheid = afstand x tijd
D
snelheid = tijd x afstand

Slide 3 - Quizvraag

Van snelheid in m/s naar snelheid km/h doe je door:
A
Snelheid in m/s keer 3,6
B
Snelheid in m/s gedeeld door 3,6
C
Snelheid in m/s keer 36
D
Snelheid in m/s gedeeld door 36

Slide 4 - Quizvraag

Tijdens het fietsen kun je versnellen of vertragen. Welke opmerkingen zijn waar?
A
Als je versnelt, ga je steeds langzamer bewegen
B
Als je vertraagt, ga je steeds langzamer bewegen
C
Als je versnelt, ga je steeds sneller bewegen
D
Als je vertraagt, ga je steeds sneller bewegen

Slide 5 - Quizvraag

wat voor soort
beweging is dit?
A
versnellen
B
vertragen
C
constante snelheid
D
stilstaan

Slide 6 - Quizvraag

wat voor soort
beweging is dit?
A
versnellen
B
vertragen
C
constante snelheid
D
stilstaan

Slide 7 - Quizvraag

wat voor soort
beweging is dit?
A
versnellen
B
vertragen
C
constante snelheid
D
stilstaan

Slide 8 - Quizvraag

Remmen en botsen blz. 32
H5.4 blz. 40

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Video

Remweg
Het stuk weg dat je aflegt als je gaat remmen, totdat je stil staat.

Slide 11 - Tekstslide

5.4 Veilig rijden
Remweg en snelheid

De remweg is afhankelijk van je snelheid.
Hoe groter de snelheid, hoe groter de remweg.
In de tabel de snelheid in kilometer per uur (km/h) en de remweg die daarbij hoort in meters (m).

Slide 12 - Tekstslide

Wat bepaalt de remweg?
Afstand tijdens het remmen. 
Snelheid
Remkracht
Soort wegdek en toestand
Bandenprofiel
Gewicht van het voertuig 

Slide 13 - Tekstslide

Zet op volgorde van korte remweg naar lange remweg.
droge weg
nat wegdek
sneeuw (met winterbanden)
Sneeuw (zonder winterbanden)
ijs

Slide 14 - Sleepvraag

Slide 15 - Tekstslide

Reactie-tijd
De tijd die je nodigt hebt om te reageren.
Hierna ga je pas remmen.

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Reactie-afstand
De afstand die je aflegt in de reactie-tijd

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Stop-afstand
Dit is de afstand die je aflegt van het moment dat je
iets ziet waarvoor je moet remmen,
totdat je stilstaat.

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Oranje pijl
Groene pijl
Witte pijl
Stopafstand
Reactieafstand
Remweg

Slide 22 - Sleepvraag

5.4 Veilig rijden
Voorbeeld

De reactie-afstand van een motorrijder is 20 meter. Zijn remweg is 36 meter.

Wat is zijn stop-afstand?

stop-afstand = reactie-afstand + remweg
stop-afstand = 20 + 36 = 56 meter
De stop-afstand van de motorrijder is dus 56 meter.







Slide 23 - Tekstslide

remweg
stopafstand
reactietijd
reactie afstand
Tijd die je nodig hebt om te reageren
Afstand die je aflegt terwijl je remt
Afstand die je aflegt vanaf dat je gevaar ziet tot dat je begint met remmen.
Afstand van het moment dat je gevaar ziet, tot je stil staat

Slide 24 - Sleepvraag

wat is de juiste formule voor de stopafstand? stopafstand =..
A
remtijd+ remweg
B
reactietijd + remtijd
C
reactieafstand+remweg
D
reactieafstand+ remtijd

Slide 25 - Quizvraag

Sleep de letters naar het juiste bijbehorende woord
Reactieafstand
Stopafstand
Remweg
A
B
C

Slide 26 - Sleepvraag

De reactieafstand is 25,8 m en de remweg is 36,8 m.
Hoe groot is de stopafstand?
A
11 meter
B
25,8 meter
C
36,8 meter
D
62,6 meter

Slide 27 - Quizvraag

Maken deze les:
Lees blz. 41, 42 en 43
Maak van 5.4 vraag 1 t/m 10 op blz. 44

Slide 28 - Tekstslide