Werkwoordelijk of naamwoordelijk gezegde

NAAMWOORDELIJK OF WERKWOORDELIJK GEZEGDE
1 / 35
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 35 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

NAAMWOORDELIJK OF WERKWOORDELIJK GEZEGDE

Slide 1 - Tekstslide

Beantwoord onderstaande vragen.

Slide 2 - Tekstslide

Stel het onderwerp van de zinnen vast. 
Doet het onderwerp iets of is het onderwerp iets?

Slide 3 - Tekstslide

Zal de coördinator vanwege het mooie weer op een ijsje trakteren?
A
Onderwerp doet iets
B
Onderwerp is iets

Slide 4 - Quizvraag

Afgelopen zaterdag is de uitverkoop een succes geweest.
A
Onderwerp doet iets
B
Onderwerp is iets

Slide 5 - Quizvraag

Sommige dingen blijven nu eenmaal voor altijd raadselachtig.
A
Onderwerp doet iets
B
Onderwerp is iets

Slide 6 - Quizvraag

Op plechtige wijze zal de voorzitter de medailles overhandigen.
A
Onderwerp doet iets
B
Onderwerp is iets

Slide 7 - Quizvraag

Wat voor werkwoord is het belangrijkste werkwoord in de zin?

Slide 8 - Tekstslide

De directeur van het dancefestival heeft de bezoekers gewaarschuwd voor drugs.
A
Geen KWW
B
KWW

Slide 9 - Quizvraag

De directeur van de basisschool zou veel liever burgemeester worden.
A
Geen KWW
B
KWW

Slide 10 - Quizvraag

Over de resultaten van de ploeg was de coach niet tevreden.
A
Geen KWW
B
KWW

Slide 11 - Quizvraag

Hoe vaak worden daders op heterdaad betrapt door de politie?
A
Geen KWW
B
KWW

Slide 12 - Quizvraag

Tot verbijstering van de fans bleek de zangprestatie van de band schrikbarend.
A
Geen KWW
B
KWW

Slide 13 - Quizvraag

Ondanks de tegenvaller zou je niet zo chagrijnig moeten blijven.
A
Geen KWW
B
KWW

Slide 14 - Quizvraag

Mijn beste vriend is nog voor een paar weken in het zuiden van Frankrijk gebleven.
A
Geen KWW
B
KWW

Slide 15 - Quizvraag

In ons land mogen zowel mensen als dieren niet gekloond worden.
A
Geen KWW
B
KWW

Slide 16 - Quizvraag

Lasergamen binnen school zou echt weleens spannend kunnen zijn.
A
Geen KWW
B
KWW

Slide 17 - Quizvraag

Zijn jullie in de voorjaarsvakantie enkele dagen bij familie op Vlieland?
A
Geen KWW
B
KWW

Slide 18 - Quizvraag

Geef aan of de zin een WWG (werkwoordelijk gezegde) of NWG (naamwoordelijk gezegde) heeft.

Slide 19 - Tekstslide

Eigenlijk is mijn wollen winterjas van vorig jaar veel te krap.
A
WWG
B
NWG

Slide 20 - Quizvraag

De verhalen van meesterschrijver Roald Dahl blijven verrassend leuk.
A
WWG
B
NWG

Slide 21 - Quizvraag

De zieke patiënt wordt door de verpleegster het allerbeste gegund.
A
WWG
B
NWG

Slide 22 - Quizvraag

Leek die buschauffeur niet erg nieuwsgierig?
A
WWG
B
NWG

Slide 23 - Quizvraag

Ongetwijfeld gaat deze maaltijd heel bijzonder worden voor de gasten.
A
WWG
B
NWG

Slide 24 - Quizvraag

Moest je lang wachten op de uitslag van het sollicitatiegesprek?
A
WWG
B
NWG

Slide 25 - Quizvraag

Op het laatste moment betraden de danseressen het podium.
A
WWG
B
NWG

Slide 26 - Quizvraag

Dat concert in het Sportpaleis blijkt erg goed te zijn.
A
WWG
B
NWG

Slide 27 - Quizvraag

Zij is de hele dag in bed blijven liggen.
A
WWG
B
NWG

Slide 28 - Quizvraag

Sinterklaas schijnt in Turkije geboren te zijn.
A
WWG
B
NWG

Slide 29 - Quizvraag

De invasie kon alleen gestopt worden door een tegenaanval.
A
WWG
B
NWG

Slide 30 - Quizvraag

Het water is gelukkig redelijk ondiep.
A
WWG
B
NWG

Slide 31 - Quizvraag

De parachutisten bleken toch in het water te verdrinken.
A
WWG
B
NWG

Slide 32 - Quizvraag

Ze konden hun uitrusting niet snel genoeg loskoppelen.
A
WWG
B
NWG

Slide 33 - Quizvraag

De mannen hadden met volle teugen genoten van het avondje uit.
A
WWG
B
NWG

Slide 34 - Quizvraag

De jongen van vakantie kwam mij erg bekend voor.
A
WWG
B
NWG

Slide 35 - Quizvraag