V3 | Les 15 | Latijn | 15-11-2024

1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
LatijnMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 70 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welkom & Startklaar
  • Telefoon in het Zakkie in je tas
  • Jas over de stoel, oortjes in de tas, tas op de grond
  • Kaugom weggegooid (anders snel nu)
  • Schoolspullen op tafel: boeken, laptop, JdW-map, etui
  • LOG IN in de LessonUp
timer
3:00

Slide 2 - Tekstslide

1. Startklaar
Bij de start van iedere les verwelkomt de docent de leerlingen bij de ingang van de deur, noemt leerlingen bij naam, maakt oogcontact en besteedt aandacht aan hun welbevinden. De docent geeft het goede voorbeeld en spreekt hoge verwachtingen uit voor het verloop van de les door succescriteria op gewenst gedrag, schooltaal en effectief leren te benoemen. De leerlingen zijn startklaar: ingelogd in LessonUp, telefoons opgeborgen in het Zakkie, en JdW-map op tafel.
Programma
  • Terugblik: naamvallen en functies
  • Leerdoelen opstellen: vertalen
  • Herhaling: vocativus
  • Aan de slag: tekst 4b
  • Reflectie en leerdoelen check: hebben we het begrepen?

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Congrueer: vaccae
(Congrueer = pas het bijvoeglijk nw aan aan het zelfstandig nw)
A
Laeti
B
Laetae
C
Laeta
D
Laetarum

Slide 4 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Congrueer: doli
A
Noster
B
Nosteri
C
Nostri
D
Nostros

Slide 5 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Congrueer: ingenio
A
Pulchero
B
Pulcher
C
Pulchrum
D
Pulchro

Slide 6 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat zijn de twee functies van de nominativus?

Slide 7 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat zijn de drie functies van de genitivus?

Slide 8 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Genitivus: 3 functies
1. Bijvoeglijke bepaling ('van')
Latona is de moeder van een tweeling
Io is de dochter van Inachus

2. Eigenschap ('met')
Niobe is een koning met grote arrogantie
Io is een meisje met uitzonderlijke schoonheid

3. Als verplichte aanvulling na een woord (+gen)
De kinderen van Niobe zijn bang voor de goden

Vorm = naamval
Stam = deel dat niet verandert:
Marc- en Corneli-
Uitgang = deel dat verandert:
-us en -a 

Slide 9 - Tekstslide

4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.

Wat zijn de twee functies van de accusativus?

Slide 10 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat zijn de vier functies van de dativus?

Slide 11 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Dativus: 4 functies
1. Meewerkend voorwerp ('aan'/'voor'/'tegen')
Latona geeft straf aan de boeren
Apollo zegt tegen Diana: kom!

2. Als verplichte aanvulling na een woord (+dat)
Iuno nadert de koe (appropinquare +dat)

3. Belanghebbend persoon ('voor')
Mercurius begint te zingen voor Argus

4. Dativus van bezit (esse + dativus)
Aan de god is een koe > De god heeft een koe

Eén naamval, meerdere functies
Hoe weet je welke je moet kiezen?

Ligt aan de context van de zin!
Vertaal eerst de hoofdzin en kijk dan wat het beste past.

Slide 12 - Tekstslide

4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.

Leerdoelen
  • Je kunt de genitivus en dativus van woorden uit groep 1 en 2 herkennen en op de correcte wijze vertalen
  • Je kunt van alle naamvallen in een zin de functie benoemen

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vocativus: de '6e naamval'
De vocativus wordt gebruikt om iemand aan te spreken of te roepen en volgt dus vaak na een imperativus of een vraag.
Naamval
Getal
Functie
Groep 1: V
Groep 2: M
Groep 2: M
Groep 2: O
Nom 
Ev
Onderwerp
mens-a
serv-us
fil-ius
don-um
Voc
Ev
Aanspreken
mens-a
serv-e
fil-i
don-um
Nom
Mv
Onderwerp
mens-ae
serv-i
fil-ii
don-a
Voc
Mv
Aanspreken
mens-ae
serv-i
fil-ii
don-a

Slide 14 - Tekstslide

4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.

Zelfstandig naamwoord: groep 1 en 2
Naamval
Getal
Hoofdfunctie
Groep 1: V
Groep 2: M
Groep 2: O
Nom 
Ev
Onderwerp
mens-a
serv-us
don-um
Gen
Bijv. bepaling
mens-ae
serv-i
don-i
Dat
Meew. vwp
mens-ae
serv-o
don-o
Acc
Lijdend vwp
mens-am
serv-um
don-um
Nom
Mv
Onderwerp
mens-ae
serv-i
don-a
Gen 
Bijv. bepaling
mens-arum
serv-orum
don-orum
Dat
Meew. vwp
mens-is
serv-is
don-is
Acc
Lijdend vwp
mens-as
serv-os
don-a

Slide 15 - Tekstslide

4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.

Lees de tekst op pag. 40-41 van je rode tekstboek en maak de vragen op pag. 39-40 van je grijze werkboek (huiswerk).

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aan de slag
Vertaal tekst 4.b. op pagina 39 van je rode tekstboek.
Schrijf je vertaling op pagina 36 van je grijze werkboek.

Let op: de nieuwe woorden staan op pagina 41.
Je kan ook de woordenlijst achterin je boek gebruiken!

timer
20:00

Slide 17 - Tekstslide

6. Actieve verwerking
De docent maakt expliciet over hoe de leerstof actief verwerkt dient te worden. Hierbij modelleert de docent eerst en laat daarna de leerlingen actief inoefenen. De ondersteuning wordt geleidelijk afgebouwd en leerlingen worden steeds zelfstandiger. De docent zorgt voor afwisseling in oefentypes en maakt gedurende de les het leren zichtbaar. De docent zet bijvoorbeeld in op hardop denken opdrachten en koppelt daar een geïnformeerde vervolgstap aan.

Jupiter stuurt Mercurius op Argus af
1 Iuppiter Mercurium arcessit.

 Mercurius filius Iovis et nuntius deorum est.

 Iuppiter filio dicit: “Fili, te Argum interficere iubeo!

 Nam Argus numquam dormit et vaccam semper custodit.”

Slide 18 - Tekstslide

6. Actieve verwerking
De docent maakt expliciet over hoe de leerstof actief verwerkt dient te worden. Hierbij modelleert de docent eerst en laat daarna de leerlingen actief inoefenen. De ondersteuning wordt geleidelijk afgebouwd en leerlingen worden steeds zelfstandiger. De docent zorgt voor afwisseling in oefentypes en maakt gedurende de les het leren zichtbaar. De docent zet bijvoorbeeld in op hardop denken opdrachten en koppelt daar een geïnformeerde vervolgstap aan.

Jupiter stuurt Mercurius op Argus af
5 Mercurius statim se parat: talaria pedibus nectit,

caduceum gladiumque capit, et petasum induit.

Primum volat per aera,

deinde descendit in terram.

Slide 19 - Tekstslide

6. Actieve verwerking
De docent maakt expliciet over hoe de leerstof actief verwerkt dient te worden. Hierbij modelleert de docent eerst en laat daarna de leerlingen actief inoefenen. De ondersteuning wordt geleidelijk afgebouwd en leerlingen worden steeds zelfstandiger. De docent zorgt voor afwisseling in oefentypes en maakt gedurende de les het leren zichtbaar. De docent zet bijvoorbeeld in op hardop denken opdrachten en koppelt daar een geïnformeerde vervolgstap aan.

Jupiter stuurt Mercurius op Argus af
Ibi se in pastorem mutat.

10 Capellas per agros agit et fistula canit.

Argo appropinquat.

Cantus Mercurii Argo placet.


Slide 20 - Tekstslide

6. Actieve verwerking
De docent maakt expliciet over hoe de leerstof actief verwerkt dient te worden. Hierbij modelleert de docent eerst en laat daarna de leerlingen actief inoefenen. De ondersteuning wordt geleidelijk afgebouwd en leerlingen worden steeds zelfstandiger. De docent zorgt voor afwisseling in oefentypes en maakt gedurende de les het leren zichtbaar. De docent zet bijvoorbeeld in op hardop denken opdrachten en koppelt daar een geïnformeerde vervolgstap aan.

Jupiter stuurt Mercurius op Argus af
Argus Mercurium salutat et ei dicit:

“Quisquis es, conside sub hac oliva!

15 Hoc est pratum plenum herbae.

Visne mihi canere?”

Slide 21 - Tekstslide

6. Actieve verwerking
De docent maakt expliciet over hoe de leerstof actief verwerkt dient te worden. Hierbij modelleert de docent eerst en laat daarna de leerlingen actief inoefenen. De ondersteuning wordt geleidelijk afgebouwd en leerlingen worden steeds zelfstandiger. De docent zorgt voor afwisseling in oefentypes en maakt gedurende de les het leren zichtbaar. De docent zet bijvoorbeeld in op hardop denken opdrachten en koppelt daar een geïnformeerde vervolgstap aan.

Jupiter stuurt Mercurius op Argus af
Mercurius iuxta Argum considit et canere incipit.

Argum autem cantu fatigat. Deus valde callidus est:

fabulam quoque longam Argo narrat…


Slide 22 - Tekstslide

6. Actieve verwerking
De docent maakt expliciet over hoe de leerstof actief verwerkt dient te worden. Hierbij modelleert de docent eerst en laat daarna de leerlingen actief inoefenen. De ondersteuning wordt geleidelijk afgebouwd en leerlingen worden steeds zelfstandiger. De docent zorgt voor afwisseling in oefentypes en maakt gedurende de les het leren zichtbaar. De docent zet bijvoorbeeld in op hardop denken opdrachten en koppelt daar een geïnformeerde vervolgstap aan.

Reflectie
  • Kun je de genitivus en dativus van woorden uit groep 1 en 2 herkennen en op de correcte wijze vertalen?
  • Kun je van alle naamvallen in een zin de functie benoemen?

Slide 23 - Tekstslide

8. Afsluiting
De docent controleert in de slotfase van de les of de leerdoelen door alle leerlingen behaald zijn en plaatst de les in de context van de betreffende Unit. De docent evalueert samen met de leerlingen het leren en het gedrag op basis van het Learner Profile en de ATL-skills. Dit wordt vastgelegd in Toddle. Samen blikken docent en leerlingen vooruit aan de hand van de JdW-planner.

Exit ticket
(ex-ire = uitgaan)

Slide 24 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies