Presentatie document Toetsbeleid en handleiding Toetsstand
1 / 35
volgende
Slide 1: Tekstslide
LOBMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4
In deze les zitten 35 slides, met tekstslides.
Lesduur is: 30 min
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Afspraken over toetsbeleid zijn de afgelopen jaren vastgelegd in allerlei procedures, instructies, documenten en e-mails. Alle afspraken zijn nu opgenomen in dit uitgebreide document.
Hiermee wordt de informatie toegankelijk voor docenten en schoolleiding, maar ook voor leerlingen en hun ouders. Je vindt het document op de website, op de pagina PTA en PTO, onder het examenreglement, en sinds een half uur in je mailbox.
Van de medewerkers van Olympia wordt verwacht wij dat zij de inhoud van dit document kennen en zich eraan houden.
Slide 2 - Tekstslide
Wees gerust, ik ga de inhoud niet helemaal met jullie doornemen.
Slide 3 - Tekstslide
Ik benoem alleen enkele van de belangrijkste uitgangspunten en een paar zaken waarbij onlangs fouten zijn gemaakt.
PTA en PTO
Het PTO en het PTA moeten worden uitgevoerd.
Neem alle toetsen af die erop staan, (met de toetsvorm en de inhoud die erop vermeld staan).
Neem geen andere summatieve toetsen af.
Leerlingen moeten alle toetsen maken.
Leg afwijkingen voor aan de examencommissie.
Slide 4 - Tekstslide
De basis van het toetsbeleid is dat het PTO en het PTA worden uitgevoerd.
Vakken met cijfers en vakken met handelingsopdrachten
Levensbeschouwing (LB) Lichamelijke Opvoeding (LO) Drama (DR) Sociale Vaardigheden (SV) Kunst en Cultuur (KC) en CKV LoopbaanOriëntatie en Begeleiding (LOB) Praktische Profiel Oriëntatie (PPO) Algemene Vaardigheden (AV)
Slide 5 - Tekstslide
Dit zijn de vakken met handelingsopdrachten.
De leerlingen krijgen voor deze vakken geen cijfers, maar een oordeel O, G of V.
Alle andere vakken zijn vakken met cijfers.
Praktische opdrachten
PO begeleiden gedurende minstens 3 (delen van) lessen:
Les 1: toelichten en begin maken. Les 2: voortgang checken en verder werken. Les 3: afmaken en inleveren (tijdens de les!).
Les 1 en/of les 2 gemist: geen extra lestijd en geen uitstel.
Les 3 gemist: nieuw inlevermoment of 1,0 (ex.comm.).
Beoordelen met behulp van een rubric.
Slide 6 - Tekstslide
Het komt regelmatig voor dat leerlingen er tegenaan hikken om aan een PO te beginnen, dat uitstellen en uiteindelijk helemaal niet doen. Ook weten ze soms niet hoe ze de opdracht moeten aanpakken.
Het gevolg hiervan is dat een deel van de leerlingen hun product op het inlevermoment niet inlevert, wat leidt tot het toekennen van enen.
Bovendien wordt het doel van de PO niet behaald, want deze leerlingen hebben hun vaardigheden niet geoefend. Dit is niet de bedoeling.
Bij leerlingen die hun product wel proberen in te leveren, gaat er ook regelmatig iets mis, vooral als het inleveren buiten de lessen om vanuit huis gebeurt. Hierdoor ontstaan onduidelijke situaties, die leiden tot nog meer enen, of tot oneerlijkheid, bv. meer tijd en kansen voor sommige leerlingen ten opzichte van andere leerlingen. Ook dit is niet de bedoeling.
Het hoeven dus niet drie hele lessen te zijn, en het mogen ook meer dan drie lessen zijn.
Les 1 en/of les 2 gemist: geen extra lestijd en geen uitstel van inleveren. De leerling zal de PO dan thuis moeten (af)maken. Ook leerlingen die wel alle lessen aanwezig zijn, mogen of moeten thuis aan de PO verder werken.
Een echte PO gaat om een prestatie en meestal niet een beperkte tijd.
Uit de rubric moet bij elk beoordelingsaspect blijken wat de leerling moet hebben gedaan om 1, of 2 of meer punten te verdienen.
Deze werkwijze is heel erg nodig gebleken, en is in het belang van de leerlingen.
Voorbereiding afname toets
Kijk na wie recht heeft op verklanking en zet de toets klaar.
Check de toets voor en na het kopiëren:
Is het de goede toets?
Is het lettertype Arial en de lettergrootte 12?
Is de nummering van de vragen en de pagina's doorlopend?
Zijn afbeeldingen en grafieken goed leesbaar?
Heb je genoeg kopieën?
Slide 7 - Tekstslide
Al deze dingen gaan elke toetsweek fout, ook de toetsweek weer (en dergelijke onzorgvuldigheden zijn we beu).
Het is heel vervelend als bij aanvang van de toets blijkt dat de toets niet is klaargezet: tijdverlies, verstoring van de rust, leerling raakt uit concentratie.
Recht op verlenging toetstijd
De extra tijd is 10 minuten bij toetsen die niet langer dan 50 minuten duren.
Het is de bedoeling dat we toetsen van 40 minuten gaan gebruiken.
Slide 8 - Tekstslide
De tijdverlenging is 10 minuten bij toetsen die niet langer dan 50 minuten duren, en langer bij langere toetsen.
Het is de bedoelding dat toetsen die in één lesuur worden afgenomen 40 minuten duren, zodat leerlingen die recht hebben op extra tijd de toets ook in het lesuur kunnen maken.
Recht op verklanking
De tekst van de toets wordt voorgelezen.
Olympia doet dat met behulp van een computerprogramma.
Sprintplus is vervangen door ClaroRead.
Slide 9 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Wat verwachten we van ouders en leerlingen
Het is de verantwoordelijkheid van de leerling om op tijd op school te zijn.
Het is de verantwoordelijkheid van de ouders om een ziekmelding of verlofaanvraag op tijd door te geven.
Slide 10 - Tekstslide
De examencommissie kent aan leerlingen die bij een toets niet verschijnen of 30 minuten of meer te laat komen, in principe een 1,0 toe.
Het uitgangspunt is dat leerlingen in dezelfde situatie zo veel mogelijk op dezelfde manier behandeld worden. Daarom mag de docent niet zelf beslissen of de leerling een gemiste toets mag inhalen.
De leerling moet, zeker als er een toets gepland staat, op tijd van huis vertrekken en rekening houden met mogelijk vertraging.
Ouders moeten uiterlijk vóór aanvang van de toets ziekmelden of verlof aanvragen.
Te laat komen bij een toets
Een leerling die minder dan 30 minuten te laat komt, mag nog deelnemen aan de toets.
Een leerling die 30 minuten of meer te laat komt, mag niet meer deelnemen aan de toets.
Laat de leerling alleen binnen met een te laat briefje.
Slide 11 - Tekstslide
Een leerling die minder dan 30 minuten te laat komt, mag nog deelnemen aan de toets, maar:
1) Dit geldt niet voor mondelinge toetsen en kijk-/luistertoetsen.
2) De leerling krijgt de gemiste tijd er niet bij.
De examencommissie moet weten hoe laat een leerling die te laat bij een toets was op school is aangekomen.
Dit wordt geregistreerd bij het halen van het te laat briefje.
Laat de leerling daarom niet toe zonder te laat briefje.
Afwezig bij vak met cijfers
Als een leerling afwezig is bij een toets, doet de docent diezelfde dag:
‘Inh’ invoeren, en
formulier ‘Toets gemist / PO niet ingeleverd’ invullen en met een andere variant van de toets inleveren.
De docent beslist niet zelf of de toets mag worden ingehaald.
Slide 12 - Tekstslide
Dat je 'Inh' invoert betekent nog niet dat de leerling de toets mag inhalen.
De examencommissie beoordeelt of de leerling de gemiste toets mag inhalen, of kent een 1,0 toe. Dit doet de docent niet zelf.
Dit geldt voor vakken met cijfers. Bij vakken met handelingsopdrachten, ligt dit anders. Dit komt zo meteen aan de orde.
De examencommissie regelt en plant het inhalen van toetsen. Ook dit doet de docent niet zelf, tenzij de examencommissie daarmee instemt.
Dit gebeurt bijvoorbeeld bij een practicum of een PO die door de vakdocent zelf moet worden begeleid en afgenomen.
O ja, en vul het formulier ‘Toets gemist / PO niet ingeleverd’ nauwkeurig en volledig in. De examencommissie krijgt elke rapportperiode honderden inhaalformulieren en bij een veel te groot deel daarvan moeten we achter niet kloppende of ontbrekende gegevens aan.
Afwezig bij vak met handelingsopdrachten
Als een leerling afwezig is bij een handelingsopdracht, doet de diezelfde dag:
wel ‘Inh’ invoeren, maar
geen formulier ‘Toets gemist / PO niet ingeleverd' invullen.
Aan het eind van elke rapportperiode alle hand.opdr. met 'Inh' en met 'O' laten inhalen, óók die uit eerdere rapportperioden.
Slide 13 - Tekstslide
Leerlingen moeten alle handelings- opdrachten maken. Ze mogen dus niet op 'Inh' blijven staan.
Leerlingen kunnen blijven zitten op handelingsopdrachten die 'Onvoldoende' zijn beoordeeld.
Daarom laten we alle handelings- opdrachten met 'Inh' en 'O' aan het eind van elke rapportperiode inhalen.
De sectie of de docenten regelen dit, meestal op de vrijdag van de toetsweek.
Toetsen en hand.opdr. inhalen
Gemiste toetsen en handelingsopdrachten op tijd laten inhalen!
Vak met cijfers: docent checkt halverwege elke rapportperiode of er nog toetsen uit vorige perioden op 'Inh' staan.
Vak met hand.opdr.: docent laat aan eind elke rapportperiode hand.opdr. met 'Inh' en 'O' inhalen, ook uit eerdere perioden.
Slide 14 - Tekstslide
We moeten voorkomen dat laat in het schooljaar nog veel toetsen moeten worden ingehaald.
Daarom op tijd laten inhalen.
Vandaar dat docenten al op de dag dat de leerling afwezig is bij een toets ‘Inh’ moeten invullen en het formulier moeten inleveren.
Vak met cijfers:
Als nog niet alle toetsen zijn ingehaald, dan checkt de docent halverwege elke rapportperiode de toetsen van vorige rapportperioden die nog op 'Inh' staan:
- of het formulier met een andere variant van de toets is ingeleverd;
- of de inhaalafspraak in de agenda staat;
- of de toets naar einde schooljaar is verschoven. Dit gebeurt na 3 ziekmeldingen (1e bij klassikale afname, 2e snel na missen toets, 3e op de vrijdag van de toetsweek aan het eind van de rapportperiode).
Als de situatie niet helder is, dan levert de docent het formulier alsnog in, of overlegt met de examencommissie.
Vak met handelingsopdrachten:
De docent zorgt zelf voor het inhalen van alle handelingsopdrachten die op 'Inh' of 'O' staan, van de lopende en eerdere rapportperioden.
Inhalen gebeurt aan het einde van elke rapportperiode, meestal ook op de vrijdag van de toetsweek.
1,0 en vrijstelling
Docenten geven cijfers tussen 1,1 en 10,
of beoordelen met O, V of G.
Docenten voeren geen 1,0 in.
Docenten voeren geen vrijstelling in.
Slide 15 - Tekstslide
Alleen de examencommissie kent het cijfer 1,0 toe, omdat 1,0 duidt op een onregelmatigheid.
Vrijstelling betekent dat de leerling die toets niet hoeft te maken.
Alleen de examensecretaris kent vrijstellingen toe, als er een noodzaak of zwaarwegend argument voor is.
Een toets herkansen
Olympia kent maar twee vormen van herkansing:
De jaarlijkse herkansing van één toets per schooljaar.
De directeur besluit een toets te laten herkansen, na ongeldigheid of een fout in het nadeel van de leerlingen.
De docent besluit dus niet zelf om een toets over te laten maken (bv. omdat de toets slecht is gemaakt).
Slide 16 - Tekstslide
De jaarlijkse herkansing wordt door de examencommissie georganiseerd.
De afgelopen weken ben ik meerdere keren bij de directeur geweest om een toets na een fout te laten herkansen. De directeur is het nu zat.
Wat verwachten we van docenten?
Dat je op de hoogte bent van de inhoud van dit document.
Dat je je aan de inhoud van dit document houdt.
Bij vragen, twijfel en fouten: overleg met de examencommissie.
Slide 17 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Tot slot
Help om dit document volledig en correct te maken,
en actueel te houden.
Geef het aan mij door als je iets mist m.b.t. toetsing,
of een fout tegenkomt.
Slide 18 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Vragen?
Slide 19 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 20 - Tekstslide
Vanaf a.s. maandag 17 februari gaan leerlingen bij sommige toetsen Toetsstand gebruiken.
Ik vertel kort wat Toetsstand is en wat je er als docent mee doet.
Welke toetsen met toetsstand?
Recht op verklanking: teksten voorlezen m.b.v. ClaroRead.
Recht op een computer als schrijfgerei.
De leerlingen moeten met een digitaal bestand werken.
De leerlingen moeten een digitaal bestand inleveren.
Kijk-/luistertoets in Woots.
Slide 21 - Tekstslide
1) Een toets waarvan de leerling de tekst op een computer laat voorlezen (en dus een digitaal bestand nodig heeft).
Dit gebeurt niet meer met SprintPlus, maar met ClaroRead.
Dit kan met Word- of PDF-documenten. Word-documenten hebben de voorkeur.
2) Een toets waarbij de leerling een computer gebruikt om zijn antwoorden te typen i.p.v. te schrijven (en dus een digitaal bestand inlevert).
3) Bv. een Excel bestand bij het beroepsgerichte vak.
4) Bv. een PowerPoint presentatie bij een PO.
5) Bij de vreemde talen.
Minder risico op toetsfraude
De leerling kan alleen in toetsstand als de docent hem aan Toetsstand heeft toegevoegd.
Leerlingen kunnen in Toetsstand geen gebruik maken van de netwerkschijven en hun OneDrive. Leerlingen kunnen wel op het internet, maar alleen naar toegestane internetpagina’s.
Elke nacht worden de leerlingen en de toetsen uit Toetsstand verwijderd.
Slide 22 - Tekstslide
De docent zet ook de toets klaar in Toetsstand.
Dit komt in de plaats van het klaarzetten van de toets in de map SprintPlus op de F-schijf.
Slide 23 - Tekstslide
In het witte veld links voer je het leerlingnummer in. Als je op 'Toetsstand OY aan' klikt, bevestigt Toetsstand in het grijze veld rechts dat de leerling is toegevoegd.
Bovenaan vind je knoppen, waarmee je een opdracht kunt uitvoeren.
In de 'Toetsmap' zet je de toets die de leerling moet maken klaar.
In de 'Nakijkmap' komt het gemaakte werk te staan dat de leerling heeft ingeleverd'.
Ik ga benoemen wát je als docent in Toetsstand moet doen.
Hóe je dit precies doet lees je in de handleiding, die sinds een half uur in je mailbox ligt.
De leerling toevoegen
De docent voegt de leerling toe aan Toetsstand.
Op de dag dat de toets wordt afgenomen.
Pas kort voor aanvang van de toets.
Slide 24 - Tekstslide
Elke nacht worden alle leerlingen en alle toetsen uit Toetsstand verwijderd.
Daarom moet de leerling op de dag dat de toets wordt afgenomen aan Toetsstand worden toegevoegd.
Een leerling die in Toetsstand zit, kan álle toetsen van zijn leerjaar in de Toetsmap zien, ook andere toetsen die hij die dag moet maken, en ook toetsen die andere leerlingen van zijn leerjaar die dag moeten maken.
Daarom moet de docent de leerling pas kort voor aanvang van de toets aan Toetsstand toevoegen.
De toets klaarzetten
De docent zet de toets klaar in de Toetsmap van Toetsstand.
Op de dag dat de toets wordt afgenomen.
Pas kort voor aanvang van de toets.
Slide 25 - Tekstslide
Elke nacht worden alle toetsen uit de Toetsmap van Toetsstand verwijderd.
Daarom moet de toets op de dag dat de toets wordt afgenomen in de Toetsmap van Toetsstand worden klaargezet.
Een leerling die in Toetsstand zit, kan álle toetsen van zijn leerjaar in de Toetsmap zien. Als de leerling voor deze toets een andere toets moet maken, kan hij dus ook deze toets al zien
Daarom moet de docent de toets pas kort voor aanvang van de toets in de Toetsmap van Toetsstand klaarzetten.
De toets afnemen (1)
De leerlingen gebruiken de digitale toets die de docent in Toetsstand heeft klaargezet om de toets te maken.
Als leerlingen een digitaal bestand moeten inleveren, doen zij dat in Toetsstand.
Leerlingen met recht op verklanking, gebruiken ClaroRead. De docent zet de toets klaar in Toetsstand. De leerlingen brengen eigen 'oortjes' mee.
Slide 26 - Tekstslide
De docent kan tijdens het afnemen van de toets op drie manieren met Toetstand te maken krijgen.
Sinds kort is SprintPlus vervangen door ClaroRead.
De toets afnemen (2)
De docent zorgt voor laptops voor leerlingen die Toetsstand gebruiken.
Toetsstand en ClaroRead zijn geïnstalleerd op alle leerlingen-laptops in de laptopkarren en op de vaste computers in 046.
Als je geen laptops kunt regelen, laat je de leerling een laptop ophalen in lokaal 245 (maar niet een hele klas).
Slide 27 - Tekstslide
Sinds kort is SprintPlus vervangen door ClaroRead.
De toets afnemen (3)
Voor leerlingen zijn twee handleidingen beschikbaar,
één over Toetsstand en één over ClaroRead.
Zorg ervoor dat je deze handleidingen bij de hand hebt als je een toets afneemt, zodat je leerlingen kunt helpen met het inleveren van gemaakt werk en het voorlezen in ClaroRead.
Slide 28 - Tekstslide
SprintPlus is vervangen door ClaroRead.
Leerlingen met recht op verklanking krijgen een instructie van Lotte, de dyslexie-coördinator.
Het is niet moeilijk, maar toch kunnen sommige van hen problemen hebben met het voorlezen van de tekst van de toets.
De leerlingen krijgen geen instructie hoe ze hun gemaakte werk moeten inleveren in Toetsstand.
Ook dit niet moeilijk, maar de eerste keer zal de docent moeten vertellen hoe dit moet.
Bereid dit dus voor als je voor het eerst een klas een digitaal bestand laat inleveren via Toetsstand.
Leerlingen die recht hebben op verklanking, schrijven hun antwoorden, dus hoeven geen digitaal bestand in te leveren.
De leerling eruit halen
De docent haalt de leerling na de toets uit Toetsstand.
Op de dag dat de toets wordt afgenomen.
Snel na afloop van de toets.
Slide 29 - Tekstslide
Dit is belangrijk, omdat de leerling anders bij een volgende les nog steeds in Toetsstand zit, en dus geen gebruik kan maken van de netwerkschijven, de OneDrive en het internet.
Bovendien kan een leerling die in Toetsstand zit álle toetsen van zijn leerjaar in de Toetsmap zien, ook andere toetsen die hij die dag moet maken, en ook toetsen die andere leerlingen van zijn leerjaar die dag moeten maken.
Daarom moet de docent de leerling snel na afloop van de toets uit Toetsstand worden gehaald.
De toets eruit halen
De docent verwijdert de toets uit de Toetsmap van Toetsstand.
Op de dag dat de toets wordt afgenomen.
Snel na afloop van de toets.
Slide 30 - Tekstslide
Een leerling die in Toetsstand zit, kan álle toetsen van zijn leerjaar in de Toetsmap zien, ook deze toets, ook al heeft hij die al gemaakt.
Om mogelijk misbruik te voorkomen, moet de docent de toets snel na afloop van de toets uit de Toetsmap van Toetsstand halen. klaarzetten.
Ingeleverd werk nakijken
Leerlingen leveren in Toetsstand hun gemaakte werk als digitaal bestand in. Je vindt het in de Nakijkmap van Toetsstand.
De docent drukt het gemaakte werk af en kijkt het na.
Bewaar de afdruk bij het gemaakte werk van de klas.
Slide 31 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Vragen?
Slide 32 - Tekstslide
Vanaf a.s. maandag 17 februari wordt Toetsstand gebruikt (en zijn de SprintPlus mappen op de F-schijf verwijderd).
Toetsstand openen
Start je laptop op.
Klik op het vergrootglas of op de Windowstoets in de taakbalk linksonder op het scherm.
Als het programma 'Toetsstand OY' niet in de linkerhelft van het volgende venster staat, typ dan het woord ‘Toetsstand’.
Klik op 'Toetsstand OY' om het programma te openen.
Slide 33 - Tekstslide
Je hoeft alleen maar te kijken of je Toetsstand kunt openen.
Je hoeft nu niets in Toetstand te doen, maar ga er wel een keer mee oefenen.
Als je Toetsstand niet kunt openen, ga dan morgen met je laptop naar Thom.
Slide 34 - Tekstslide
Dit zoekvenster kan er iets anders uitzien, afhankelijk van welke andere programma's je hebt gebruikt.
Slide 35 - Tekstslide
Ik heb benoemd wat je als docent in Toetsstand moet doen.
Hoe je dit precies doet lees je in de handleiding, die sinds een half uur in je mailbox ligt.
Het is eenvoudiger dan het lijkt.
De handleiding is wat uitgebreider dan deze presentatie.
Er staan namelijk ook een aantal andere mogelijkheden dan ik net heb benoemd.