Financiële planning

Welkom
1 / 34
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 34 slides, met interactieve quiz en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Welkom

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we doen?
  • Herhaling 
  • Opdrachten bespreken

Slide 2 - Tekstslide

leerdoelen
  • De leerlingen weten het verschil tussen "slechte" en "goede" risico's.
  • De leerlingen kunnen een premie berekenen.
  • De leerlingen kunnen de gemiddelde kans op schade berekenen.

Slide 3 - Tekstslide

Wat weet je nog?

Slide 4 - Woordweb

Risicospreiding
Met een grote groep mensen, die hetzelfde risico lopen, kun je het risico spreiden.

Niet iedere telefoon gaat tegelijkertijd stuk. Hierdoor hoeft iedere verzekerde maar een klein stuk te betalen.

Slide 5 - Tekstslide

Goede risico's

De mensen die een lage kans hebben om gebruik te moeten maken van een verzekering.
Slechte risico's

 De mensen die een hoge kans hebben om gebruik te moeten maken van een verzekering. 

Slide 6 - Tekstslide

Averechtse selectie
Het proces waarbij de goede risico's afhaken en de slechte risico's overblijven.

Slide 7 - Tekstslide

Premidifferentatie
De premie is afhankelijk van het risico dat een specifieke groep van verzekerde loopt.

Goede risico's betalen een lagere premie dan de slechte risico's.


Slide 8 - Tekstslide

Moreel wangedrag
Wanneer mensen meer risico nemen in hun gedrag, omdat de (financiële) gevolgen voor een ander zijn.


Slide 9 - Tekstslide

Eigen risico
Per schadegeval moet de eerste €?? zelf betaald worden. 

Hierdoor kan de verzekeringspremie omlaag.

Slide 10 - Tekstslide

Acceptatieplicht
Alle zorgverzekeraars zijn verplicht om bij een basisverzekering iedereen te accepteren, dus ook zieke of oude mensen.

Slide 11 - Tekstslide

Maak opdracht 8.8 t/m 8.12
Ben je al klaar? Ga door met paragraaf 8.4.

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

a. 4/20x100% = 20%

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

b. 0,2x20 = 4

4x250 = €1000

1000/20 = €50

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

c. De kans op schade blijft gelijk. De klas van 30 heeft zes verwachte schadegevallen en de groep van 20 heeft vier verwachte schadegevallen.

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

d. Totale schade = 6x250 = €1500

De premie wordt €1500/30 = €50

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

e. Nee. Zolang de gemiddelde kans op schade niet verandert, maakt het niet uit hoe groot de groep is.

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

f. (13/60)x100% = 21,7%

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Tekstslide

g. (6x250)+(7x300) = (1500)+(2100) = 3600

3600/60 = €60

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Tekstslide

h. De kans op schade en het schadebedrag

Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Tekstslide

a. Slechte risico's zijn de mensen die meer dan gemiddeld schade claimen

Slide 31 - Tekstslide

Slide 32 - Tekstslide

b. Als de goede risico's afhaken, blijven de slechte die meer schade claimen over. De premie moet dan omhoog om de schade te kunnen betalen.

Slide 33 - Tekstslide

Opdracht 8.12
KARACA1468

Slide 34 - Tekstslide