hh 9

1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
ScheikundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we leren vandaag?
  1. Wat koolwaterstoffen zijn
  2. Hoe fossiele brandstoffen ontstaan
  3. 3 voorbeelden van fossiele brandstoffen

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Fossiele brandstoffen

  • Steenkool, Aardolie en Aardgas
  • Koolwaterstoffen
  • CxHY
  • Hoezo heet het fossiel?

Slide 4 - Tekstslide

Steenkool
  • C, CH4, S
  • Oxide vormen: CO, CO2, SO2
  • Voor wel milieu probleem zorgt SO2
  • Voor wel milieu probleem zorgt CO2

Slide 5 - Tekstslide

Aardgas
  • Andere naam?
  • Formule?
  • Gebruik?

Slide 6 - Tekstslide

Aardolie
90% van alle bekende stoffen bevatten koolstofatomen.
De chemie die zich hiermee bezig houdt noemen we koolstofchemie of Organische chemie.

Een belangrijke grondstof voor veel koolstofverbindingen is aardolie.

Hoewel er goede alternatieven zijn voor energieopwekking met olie, is het een belangrijke grondstof voor de industrie

Slide 7 - Tekstslide

Koolwaterstoffen
Aardolie is een mengsel van duizenden stoffen. ze bestaan vrijwel allemaal alleen uit koolstof (C) en waterstof atomen (H).
In een olieraffinaderij word dit mengsel gescheiden in een kleiner aantal stoffen waarvan de kookpunten dicht bij elkaar liggen. dit proces heet gefractioneerde destillatie.

Deze aardolie fracties worden verder verwerkt door de moleculen op te breken in kleinere moleculen. Dit proces heet kraken. Deze ontledingsreacties gebeuren onder hoge temperatuur (850°C) en in aanwezigheid van een katalysator en is dus een voorbeeld van thermolyse.
 

Slide 8 - Tekstslide

Wat hebben we geleerd?
  1. Wat zijn koolwaterstoffen?
  2. Hoe ontstaan fossiele brandstoffen?
  3. Noem 3 fossiele brandstoffen.

Slide 9 - Tekstslide

Uit welke atomen bestaan koolwaterstoffen?
A
C en F atomen
B
F en H atomen
C
C en H atomen
D
Na en C atomen

Slide 10 - Quizvraag

koolstofverbindingen behoren dus tot de groep van
A
metalen
B
zouten
C
edelgassen
D
moleculaire stoffen

Slide 11 - Quizvraag

Koolwaterstoffen op microniveau
Koolstofverbindingen bestaan vooral uit koolstof en waterstof. Het maak veel uit hoe deze atomen aan elkaar verbonden zijn, daarom zie je in koolstofchemie veel tekeningen.

Structuurformules laten in een platte projectie zien hoe de atomen met elkaar verbonden zijn.

Je moet weten hoeveel bindingen elke atoomsoort kan aangaan. dit is de covalentie van een atoomsoort
Covalentie1
Covalentie2
Covalentie3
Covalentie4
H
O
N
C
F
S
P
Cl
Br
I
C-C-C-C

Slide 12 - Tekstslide

Vertakt en onvertakte koolwaterstofmoleculen
In een onvertakt koolwaterstofmolecuul is elk C-atoom met maximaal 2 andere C-atomen verbonden.


In een vertakt koolwaterstofmolecuul is er minstens één C-atoom dat met drie of vier andere C-atomen is verbonden

Slide 13 - Tekstslide

Is het volgende molecuul vertakt of onvertakt?
A
Vertakt
B
Onvertakt

Slide 14 - Quizvraag

Verzadigde en onverzadigde koolwaterstofmoleculen
Verzadigde koolwaterstofmoleculen zitten vol met waterstof en er komen daardoor alleen maar enkele bindingen tussen c-atomen voor
Bij onverzadigde koolwaterstofmoleculen komen er een of meer dubbele bindingen tussen C-atomen voor.

Slide 15 - Tekstslide

Is het volgende molecuul verzadigd of onverzadigd?
A
Verzadigd
B
Onverzadigd

Slide 16 - Quizvraag

Is het volgende molecuul verzadigd of onverzadigd?
A
Verzadigd
B
Onverzadigd

Slide 17 - Quizvraag

Is dit molecuul vertakt/onvertakt en verzadigd/onverzadigd?
A
Vertakt, verzadigd
B
Vertakt, onverzadigd
C
Onvertakt, verzadigd
D
Onvertakt, onverzadigd

Slide 18 - Quizvraag

Is dit molecuul vertakt/onvertakt en verzadigd/onverzadigd?
A
Vertakt, verzadigd
B
Vertakt, onverzadigd
C
Onvertakt, verzadigd
D
Onvertakt, onverzadigd

Slide 19 - Quizvraag