Nederlands H5 Woordenschat Overdrijving Understatement
1 / 24
Lesduur is: 30 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Tekstslide
Slide 7 - Tekstslide
Slide 8 - Tekstslide
Bevat de volgende zin een overdrijving?
Die jongens hebben een glaasje teveel op
Die jongens hebben een glaasje teveel op
A
Ja
B
Nee
Slide 9 - Quizvraag
Bevat de volgende zin een overdrijving?
Jouw zusje is aan de stevige kant.
Jouw zusje is aan de stevige kant.
A
Ja
B
Nee
Slide 10 - Quizvraag
Bevat de volgende zin een overdrijving?
De toets van H5 barst van de fouten.
De toets van H5 barst van de fouten.
A
Ja
B
Nee
Slide 11 - Quizvraag
Bevat de volgende zin een overdrijving?
De familie Huntelaar zwemt in het geld.
De familie Huntelaar zwemt in het geld.
A
Ja
B
Nee
Slide 12 - Quizvraag
Slide 13 - Tekstslide
Slide 14 - Tekstslide
Overdrijving of understatement?
De hond van de buren doet zijn behoefte altijd voor onze deur.
De hond van de buren doet zijn behoefte altijd voor onze deur.
A
Overdrijving
B
Understatement
Slide 15 - Quizvraag
Overdrijving of understatement?
We verzuipen in het werk.
We verzuipen in het werk.
A
Overdrijving
B
Understatement
Slide 16 - Quizvraag
Overdrijving of understatement?
Ik heb je nu al voor de honderdste keer gewaarschuwd.
Ik heb je nu al voor de honderdste keer gewaarschuwd.
A
Overdrijving
B
Understatement
Slide 17 - Quizvraag
Overdrijving of understatement?
In de vakantie is in ons huis ongewenst bezoek geweest.
In de vakantie is in ons huis ongewenst bezoek geweest.
A
Overdrijving
B
Understatement
Slide 18 - Quizvraag
Overdrijving of understatement?
Na de gymles kwamen we met onze tong op de schoenen bij Engels aan.
Na de gymles kwamen we met onze tong op de schoenen bij Engels aan.
A
Overdrijving
B
Understatement
Slide 19 - Quizvraag
Overdrijving of understatement?
Het gaat slecht met het bedrijf en de directie gaat reorganiseren.
Het gaat slecht met het bedrijf en de directie gaat reorganiseren.
A
Overdrijving
B
Understatement
Slide 20 - Quizvraag
Overdrijving of understatement?
Hij heeft een glaasje teveel op.
Hij heeft een glaasje teveel op.
A
Overdrijving
B
Understatement
Slide 21 - Quizvraag
Overdrijving of understatement?
Ik heb van de zenuwen geen oog dicht gedaan.
Ik heb van de zenuwen geen oog dicht gedaan.
A
Overdrijving
B
Understatement
