Les 5.1 26 mrt

Welcome h3p!
1. Put your phone in the phonebag
2. Take your book and notebook out
3. Put your pencil case on your table. 



Today
  • Short introduction & planning

  • Work on homework exercises
  • Explain grammar: adjectives & adverbs
       -  Practice in LessonUp
  • Hand out test PWW

1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Welcome h3p!
1. Put your phone in the phonebag
2. Take your book and notebook out
3. Put your pencil case on your table. 



Today
  • Short introduction & planning

  • Work on homework exercises
  • Explain grammar: adjectives & adverbs
       -  Practice in LessonUp
  • Hand out test PWW

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Please take
your notebook in
front of you

Slide 3 - Tekstslide

Adjectives & adverbs
Adjectives

  • bijvoeglijk naamwoord
  • zegt iets over een zelfstandig naamwoord




Druk op de rode knop.  >  Press the red button.

Hij speelt een makkelijk spel.  >  He is playing an easy game.


Slide 4 - Tekstslide

Adjectives & adverbs
Adverbs

  • bijwoord
  • kan over drie soorten woorden iets zeggen:




Hij lacht luid.  >  He laughs loudly.
  1. Werkwoord
Plaats het bijwoord bij het werkwoord in de zin!

Slide 5 - Tekstslide

Adjectives & adverbs
Adverbs

2. Bijvoeglijk naamwoord
Hij heeft een opmerkelijk luide stem.  >
He has a remarkably loud voice.



3. Een (ander) bijwoord
Hij lacht erg luid.   >   He laughs very loudly.


Slide 6 - Tekstslide

Adjectives & adverbs
Je maakt een bijwoord door ly achter het bijvoeglijk naamwoord
te zetten (beautiful > beautifully,  careful > carefully)
  • Woorden met -le wordt -ly
terrible  >  terribly           
  • Woorden met medeklinker + y wordt -ily
easy  >  easily
  • Woorden met -ic wordt -ally
fantastic  >  fantastically    

Slide 7 - Tekstslide

Adjectives & adverbs
LET OP!!
be, seem, feel, look, smell, sound, taste
Verwijst het naar een van de werkwoorden:
Dinner tasted delicious.


My teacher is kind.


The graphics look beautiful.


dan gebruik je een bijvoeglijk naamwoord (adjective)

Slide 8 - Tekstslide

Adjectives & adverbs
Adjectives

Adverbs
  • bijvoeglijk naamwoord
  • zegt iets over een zelfstandig naamwoord




  • bijwoord
  • zegt iets over een:
       -  werkwoord
       -  bijvoeglijk naamwoord
       -  ander bijwoord
  • eindigt meestal op -ly
* Zie boek blz. 134




Slide 9 - Tekstslide

Mandy is a ...... (pretty) girl.

Slide 10 - Open vraag

Turtles walk ...... (slow), don't they?

Slide 11 - Open vraag

They are speaking ...... (quiet).

Slide 12 - Open vraag

This hamburger tastes ...... (awful).

Slide 13 - Open vraag

It snowed ...... (heavy) yesterday.

Slide 14 - Open vraag

Do these doors open ...... (automatic)?

Slide 15 - Open vraag

Study: Vocabulary 5.1 (page 138)
Do: Exercise 1 (GB page 20)
Do: Exercise 6, 7, 8, 9 (page 14-16)


Friday the 28th of March

Slide 16 - Tekstslide