Het Zenuwstelsel

Het Zenuwstelsel
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
VerzorgingMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Het Zenuwstelsel

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoel
Je kunt belangrijke onderdelen van het zenuwstelsel benoemen en hun functies uitleggen.

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 3 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Het zenuwstelsel bestaat uit het centrale en perifere zenuwstelsel 

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Het zenuwstelsel bestaat uit twee delen:

Centrale zenuwstelsel (CZS): Bestaat uit de hersenen en het ruggenmerg. Het coördineert en verwerkt informatie.
Perifere zenuwstelsel (PZS): Bestaat uit zenuwen buiten het CZS die signalen doorgeven tussen het lichaam en het CZS.

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Functie zenuwstelsel
Het zenuwstelsel is een netwerk van cellen dat informatie uitwisselt tussen de hersenen en het lichaam. Het maakt zintuiglijke waarneming, beweging en denken mogelijk, en regelt automatisch processen zoals ademhaling, hartslag en darmbewegingen.

Slide 6 - Tekstslide

Het zenuwstelsel zorgt voor de communicatie tussen de hersenen en andere delen van het lichaam. Het regelt vrijwillige acties zoals bewegen en zintuiglijke waarnemingen, evenals onwillekeurige processen zoals ademhaling, hartslag en spijsvertering.
Zenuwen
Een zenuw is een verzameling van zenuwcellen. Het zijn de 'elektrische kabels' die de signalen tussen je hersenen en de rest van je lichaam transporteren. 

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Stel je voor: je raakt een hete pan aan. Onmiddellijk trek je je hand terug, maar hoe weet je hersenen nu zo snel dat je vinger pijn doet?

Slide 8 - Tekstslide

Wanneer je een hete pan aanraakt, registreren zintuigcellen de hitte en sturen een elektrische prikkel via zenuwen naar het ruggenmerg. Boodschapperstoffen zorgen ervoor dat de prikkel tussen zenuwcellen wordt doorgegeven. Je hersenen ontvangen het pijnsignaal en sturen direct een reactie terug via motorische zenuwcellen om je hand terug te trekken.

De Hersenen
De hersenen sturen alles wat je doet zoals denken, voelen en bewegen. Ze verwerken zintuiglijke informatie en sturen reacties naar het lichaam. Hersenen bestaan uit miljarden zenuwcellen. Bij oudere mensen of mensen die veel alcohol drinken kunnen hersencellen beschadigd raken of minder goed werken.

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De hersenen kun je onderverdelen in:

Grote hersenen: hierin zitten groepen cellen met speciale functies, zoals praten, horen, ruiken, zien, voelen en denken.
Kleine hersenen: spelen een belangrijke rol bij de samenwerking van spieren.
Hersenstam: dit is het onderste deel van de hersenen. Hierin worden onder andere de ademhaling, temperatuur en bloeddruk geregeld


Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Het ruggenmerg
Het ruggenmerg vormt samen met de hersenen het centrale zenuwstelsel (CZS). Het zorgt voor de communicatie tussen de hersenen en de rest van het lichaam door signalen te sturen, wat belangrijk is voor beweging, gevoel en reflexen.

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Perifere Zenuwstelsel Willekeurig - en onwillekeurig zenuwstelsel
Het perifere zenuwstelsel bestaat uit het willekeurige en onwillekeurige zenuwstelsel. Het willekeurige zenuwstelsel kun je bewust aansturen, zoals het pakken van een kopje. Het onwillekeurige zenuwstelsel regelt automatisch functies zoals spijsvertering en temperatuur, zonder dat je er invloed op hebt.

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is het verschil tussen het willekeurige en onwillekeurige zenuwstelsel?
A
Willekeurig is bewust, onwillekeurig automatisch.
B
Willekeurig stuurt organen, onwillekeurig spieren.
C
Beide werken automatisch.
D
Beide kun je bewust sturen.

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Reflex
Een reflex is een snelle, onbewuste reactie van het lichaam op een prikkel, geregeld via het ruggenmerg. Je hoeft er niet over na te denken, en het helpt je om snel te reageren en jezelf te beschermen, zoals bij het wegduiken voor een bal.

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is het belangrijkste verschil tussen het centrale zenuwstelsel (CZS) en het perifere zenuwstelsel (PZS)?
A
Het CZS bestaat uit zenuwen, het PZS uit hersenen.
B
Het CZS coördineert, het PZS geeft signalen door.
C
Het PZS bestaat uit ruggenmerg en hersenen, het CZS uit zenuwen.
D
Het CZS werkt automatisch, het PZS kun je bewust aansturen.

Slide 15 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een functie van de hersenen?
A
Alleen het verwerken van zintuiglijke informatie.
B
Denken, voelen, bewegen, en reacties naar het lichaam sturen.
C
Alleen het sturen van reacties naar het lichaam.
D
Het regelen van de ademhaling en hartslag.

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht

  • Lees de theorie in It's Learning
  • Maak de opdrachten behorende bij de theorie

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat vond je van de les?

Slide 18 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies