PW TW3 2A

PW TW3

3.4, 4.1, 4.2, 4,.3


Docent:Mevr. Groothuizen en Mevr. Zaidy
Klas: 2A
Datum: 13-03-24

1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

PW TW3

3.4, 4.1, 4.2, 4,.3


Docent:Mevr. Groothuizen en Mevr. Zaidy
Klas: 2A
Datum: 13-03-24

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Geloof en tolerantie
  • Calvinistische kerk in Nederland

  • Tolerantie: het accepteren van andersdenkenden 

  • Schuilkerken: Een schuilkerk was in theorie een onherkenbaar kerkgebouw. Groepen kwamen hier stiekem samen om hun geloof te beoefenen
  •  Rationalisme: het gebruiken van je verstand.

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Rationalisme is...
A
Proberen de wereld te begrijpen door goed naar de Bijbel te kijken.
B
De oude Griekse wetenschap.
C
een middeleeuwse klok.
D
Proberen de wereld te begrijpen met gebruik van het gezond verstand.

Slide 3 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De tolerantie in de Republiek zorgde voor:
A
De opkomst van wetenschap
B
Nieuwe uitvindingen
C
Godsdienstoorlogen
D
Een zekere vrede

Slide 4 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Lodewijk XIV
  • Lodewijk XIV koning v. Frankrijk 1643 - 1715
  • Machtigste koning van Europa


De gevolgen:
  • Onbeperkte macht
  • 3de stand betaald steeds meer
  •  veel onvrede in het volk

  • Lodewijk streefde naar absolutisme =  Koning heeft alle macht.




Slide 5 - Tekstslide

Dit betekent dat hij in theorie onbeperkte macht had en er was niemand die hem formeel controleerde of zijn beslissingen ter discussie stelde binnen de staatsstructuur. Hij geloofde sterk in het goddelijke recht van koningen, het idee dat de monarch door God was aangesteld en alleen aan God verantwoording schuldig was.
Wat is absolutisme?
A
Een koning bestuurt met hulp van een parlement
B
Een land zonder koning
C
Een koning bestuurt met goddelijk recht
D
Een land met één leider

Slide 6 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Waar zorgde het Edict van Nantes voor?
A
Vrede tussen Frankrijk en Engeland
B
Dat Frans de officiële taal werd in Frankrijk
C
Deze belooft vrijheid van godsdienst

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Verlichtingsfilosofen
  • De standensamenleving is onnatuurlijk -> willen gelijkheid
  • De kerk is niet goed -> houdt het volk dom

Belangrijke verlichtingsfilosofen:
John Locke (Eng. 1632-1704)
Het volk geeft de koning/ regering zijn macht 

Charles de Montesquieu (Fr. 1689-1755)
Trias Politica, de scheiding der machten

Jean Jacques Rousseau (Fr. 1712-1778)
Volksvertegenwoordiging doet wat het volk wil.

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Standplaatsgebondenheid

Met standplaatsgebondenheid wordt bedoeld dat een mens altijd vanuit zijn eigen achtergrond kijkt naar gebeurtenissen.


Jouw achtergrond bepaald veelal jouw mening bij gebeurtenissen.

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Waren de verlichte denkers hier voor of tegen?
Verlichte denkers zijn voor:
Verlichte denkers zijn tegen:
Vrijheid van meningsuiting
Ongelijkheid
Vrijheid van godsdienst
Gelijke rechten voor iedereen

Slide 10 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Verlichting
tegenstanders van Verlichting
Spinoza
Voltaire 
Rousseau
Lodewijk XVI
Locke

Slide 11 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

wanneer je mening is gevormd door wie je bent, wanneer je leeft en waar je leeft
A
standplaatsgebondenheid
B
continuïteit
C
bruikbaarheid
D
representativiteit

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Ancien Régime
Frankrijk in de 18e eeuw: 
Ancien Régime = Tijd voor de Franse revolutie
  • Absolute vorst
  • Standenmaatschappij
  • Privileges (voorrechten)

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Frankrijk was een standenmaatschappij, maar wat waren die standen ook al weer?
A
Burgers-Adel-Geestelijkheid
B
Adel-Geestelijkheid-Burgers
C
Geestelijkheid - Burgers- Adel
D
Geestelijkheid - Adel - Burgers

Slide 14 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wie op de afbeelding is de derde stand?
A
de onderste persoon die iedereen draagt
B
de man die voorop zit
C
de man die achterop zit
D
de dieren linksonder in de afbeelding

Slide 15 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies