2 personages en perspectief

Verhaalanalyse 
H5


Personages 
Perspectief
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Verhaalanalyse 
H5


Personages 
Perspectief

Slide 1 - Tekstslide

Vorige les(sen)
Introductie
Spanningsverhogende technieken
'Een bord met spaghetti'

Slide 2 - Tekstslide

Voorbeeld Saskia Noort
- Achterhouden van informatie

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Deze les
- Perspectief
- Personages




Slide 6 - Tekstslide

Perspectief
Ik-perspectief
Alwetend/auctoriaal
Personaal

Perspectief bepaalt de manier waarop je als lezer het verhaal ervaart



Slide 7 - Tekstslide

Voorbeeld Saskia Noort
Ik-perspectief
Betrouwbaar?

Slide 8 - Tekstslide

Auctoriaal
Ver, ver weg in de Tweede Wereldoorlog woonde een zekere Anton Steenwijk met zijn ouders en zijn broer aan de rand van Haarlem. Aan een kade, die over een lengte van honderd meter langs het water liep en dan met een flauwe bocht weer een gewone straat werd, stonden vier huizen niet ver van elkaar. 

Uit: De aanslag - Hary Mulisch (1983)

Slide 9 - Tekstslide

"De kleine Erik lag, juist op het ogenblik dat dit boekje begint, in het oude bed van grootmoeder Pinksterblom met den troonhemel en de zijden kwasten, en keek over den rand van het blanke laken de schemerige kamer in.”​
“Stefan schoof zijn voetbalplunje naar het midden van de kamer en zette het raam open, want het stonk werkelijk vreselijk: een muffe grondlucht vermengd met zuur zweet. Maar daarom hoefde zijn moeder toch niet zo uit haar dak te gaan, dacht hij. Die kleren zijn na vijf minuten toch weer vuil. Op het veld ruik je dat niet. Bij de meesten staat de schimmel in hun tas, behalve bij Frits en Davie, de heertjes. Keurig gestreken shirtjes en broekjes, gewassen kousen en in het veld lopen ze te krukken. Wat heb je aan die gasten?” ​
"Ik loop naar de achterdeur, draai hem op slot en sluit de gordijnen. Net als ik me om wil draaien, hoor ik iemand aan de deurklink rammelen."
Ik-perspectief
Personaal perspectief
Auctoriaal perspectief 

Slide 10 - Sleepvraag

Personages
Hoofdpersoon: om wie het verhaal draait, heeft een doel om na te streven​
Tegenstanders/helpers​
Rolwisseling​
Karakter: ontwikkeling, leer je kennen​
Type: eenzijdig, voorspelbaar, maakt geen ontwikkeling door​

Slide 11 - Tekstslide

Kees van Beijnum – De oesters van Nam Kee
Ik kon me niet meer bewegen toen ik Thera voor het eerst zag. En daar is niets aan overdreven. Ik begon niet te zweten of te stotteren, nee, ik verstijfde. Dat was alles. Ik stond met twee rode, knipperende horentjes op mijn hoofd dicht bij de brug over de gracht en was nog niet in staat mijn pink te bewegen.

Thera Bouman.

​Daar komt ze aan. Op haar zwarte suède laarsjes.
Haar wenkbrauwen en wimpers niet kinderachtig aangezet met mascara, haar lippen glanzend van de lippenstift. Met haar handen in de zakken van haar GAP-trainingsjack komt ze recht op me af.

Slide 12 - Tekstslide


Opdracht in tweetallen
Je hebt net een beschrijving van Thera vanuit de ik-figuur gelezen. Draai het fragment om. Beschrijf de ik-figuur vanuit Thera's oogpunt. Geef de 'ik' een naam. Gebruik 150 woorden.

Slide 13 - Tekstslide

Beschrijving ik-figuur vanuit Thera's perspectief (150 woorden)
timer
5:00

Slide 14 - Open vraag




Deze week:

  • Aan de slag met 'verhaalanalyse'


Slide 15 - Tekstslide