3 vmbo-b 6.2 Stevigheid en beweging: kraakbeenweefsel en beenweefsel

6.2 kraakbeenweefsel en beenweefsel
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 3

In deze les zitten 22 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

6.2 kraakbeenweefsel en beenweefsel

Slide 1 - Tekstslide

wat gaan we vandaag doen?
herhalen 6.1 het skelet van de mens
nakijken opdrachten
nieuwe theorie: 6.2 kraakbeenweefsel en beenweefsel
zelf aan de slag

Slide 2 - Tekstslide

6.1 het skelet van de mens
het skelet heeft 4 functies:
- geeft stevigheid
- beschermt je organen
- maakt beweging mogelijk
- geeft vorm aan je lichaam

Slide 3 - Tekstslide

6.1 het skelet van de mens
Het skelet van een volwassen mens bestaat uit 206 botten.

Het bestaat uit:
- hoofd (schedel)
- romp
- ledematen (armen en benen)

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

6.2 kraakbeenweefsel en beenweefsel
Op welke plaatsen in je lichaam komt kraakbeen voor?

Slide 14 - Tekstslide

6.2 Kraakbeenweefsel en beenweefsel
In je lichaam heb je kraakbeenweefsel en beenweefsel.
Er zijn overeenkomsten en verschillen tussen deze weefsels.

Kraakbeenweefsel en beenweefsel zijn beide stevig. Beenweefsel is iets steviger dan kraakbeenweefsel. Kraakbeenweefsel kan je beter buigen dan beenweefsel.

Slide 15 - Tekstslide

6.2 Kraakbeenweefsel en beenweefsel
In botten zit kalk en lijmstof.
Kalk zorgt ervoor dat het bot stevig is.
Lijmstof zorgt ervoor dat een bot kan buigen

Slide 16 - Tekstslide

6.2 Kraakbeenweefsel en beenweefsel
In beenweefsel zit veel kalk en weinig lijmstof:
daarom is het zo stevig.

In kraakbeenweefsel zit weinig kalk en veel lijmstof:
daarom kan je het goed buigen

Slide 17 - Tekstslide

beenweefsel
kraakbeenweefsel

Slide 18 - Tekstslide

6.2 Kraakbeenweefsel en beenweefsel
De botten van een baby bestaat uit veel kraakbeenweefsel.
Als een baby ouder wordt, verdwijnt veel van dat kraakbeen.

Op sommige plaatsen blijft het kraakbeen zitten: in de oorschelp, in de neus, tussen het borstbeen en de ribben en tussen de wervels van de wervelkolom.

Slide 19 - Tekstslide

6.2 Kraakbeenweefsel en beenweefsel
Als mensen ouder worden, verandert het beenweefsel.
Er gaat lijmstof weg en er komt kalk bij.

Hierdoor worden de botten minder buigzaam.
Oudere mensen breken hierdoor sneller hun botten.

Slide 20 - Tekstslide

VRAGEN???

Slide 21 - Tekstslide

zelf aan de slag
opdracht 9 maken (blz. 112)

Klaar? Laat het dan zien en als het goed genoeg is, mag je weg.

Slide 22 - Tekstslide