2.2 Leefbaarheid in Rotterdam

2.2 Leefbaarheid in Rotterdam
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

2.2 Leefbaarheid in Rotterdam

Slide 1 - Tekstslide

Model van een stad
(Europees model)
  • Oudste deel = historische binnenstad (1e ring)
  • Stadscentrum (ook wel centrale zakenwijk, CBD) --> hier vind je kantoren-, winkel en uitgaansgelegenheid. (2e ring)
  • Toen de industrie werden er veel 19e eeuwse woonwijken (arbeiderswijken - stadswijken voor WO2 (voor 1940)) gebouwd aan de rand van het stadscentrum. (3e ring)
  • Aan de rand van de stad liggen de moderne/nieuwe woonwijken (in de V.S. kennen we die als suburbs). Buiten het stadscentrum is daar meer ruimte voor. (4e ring)

1. Historische binnenstad
2. Stadscentrum (centrale zakenwijk, CBD)
3. 19e eeuwse woonwijken (arbeiderswijken)
4. Moderne woonwijken (naoorlogse wijken)

Slide 2 - Tekstslide

De Afrikaanderwijk

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Video

Wat viel je op?

Slide 5 - Open vraag

Ontstaan Afrikaanderwijk
Rond 1900 nieuwe havens op de zuidover van de Nieuwe Maas 
-> Veel werkgelegenheid 
-> Veel migratie vanuit (vooral) Zeeland en Brabant

-> Voor deze nieuwe arbeiders werd in korte tijd de Afrikaanderwijk gebouwd

Slide 6 - Tekstslide

De huizen die in deze wijk werden gebouwd waren
A
Groot, stevig en met een grote tuin
B
Klein, slecht gebouwd en stonden dicht op elkaar

Slide 7 - Quizvraag

Vanaf de jaren '60
Komst van arbeidsmigranten uit landen rond de Middellandse Zee (en later ook andere migranten)
-> Maar: automatisering en verplaatsing van havens richting de kust
-> Werkloosheid onder havenarbeiders
-> Inwoners met een goed inkomen verhuisden uit de wijk (= Selectieve Migratie)



Slide 8 - Tekstslide

Wat voor gevolgen heeft selectieve migratie voor een wijk?

Slide 9 - Open vraag

Wat dan?
Stedelijke vernieuwing:

-> 3 speerpunten ter bevordering van de leefbaarheid:
1. Woningbouw
2. Inrichting
3. Voorzieningen

Slide 10 - Tekstslide

Gentrificatie
Gentrificatie = Veranderingen in een arme woonwijk als rijke mensen er verwaarloosde woningen kopen en opknappen.

Verschil met stedelijke vernieuwing:
-> gentrificatie: kleinere rol overheid & komt niet ten goede van oorspronkelijke bewoners

Slide 11 - Tekstslide

Buurtprofiel
Geeft een overzicht van de kenmerken van een buurt
Deze kenmerken zeggen iets over de "leefbaarheid" van een woonwijk

Slide 12 - Tekstslide

Buurtprofiel

Slide 13 - Woordweb

Buurtprofiel
Bijvoorbeeld:
  • Wat voor type woningen staan er?
  • Wanneer zijn deze gebouwd?
  • In wat voor staat zijn de woningen?
  • Hoe groot zijn de huishoudens?
  • Wat voor achtergrond hebben de inwoners?
  • In wat voor inkomensklasse zitten de inwoners?
  • In welke gezinsfase?
  • Hoe oud zijn de bewoners?
  • Wat voor voorzieningenen zijn er in de wijk?
  • In wat voor staat zijn deze voorzieningen?

Slide 14 - Tekstslide

Rest van de les
Maken opdrachten 2.2

Leren bijbehorende basisboeknummers: B170 t/m B175

Slide 15 - Tekstslide