31-05 2M2 BS 2 T5

Welkom!
Ga lekker zitten volgens de plattegrond!
Mobiel in de tas a.u.b.
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 2

In deze les zitten 22 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

Welkom!
Ga lekker zitten volgens de plattegrond!
Mobiel in de tas a.u.b.

Slide 1 - Tekstslide

Aanwezigheid en plattegrond

Slide 2 - Tekstslide

Wat gaan we doen vandaag?
- Huiswerk controleren
- Terugblik
- Leerdoelen
- Uitleg BS 2
- Aan de slag
- Leerdoelen controleren
- Afronden

Slide 3 - Tekstslide

Huiswerk controle
Leg je boek open. 
Huiswerk moet gemaakt en nagekeken zijn.

Slide 4 - Tekstslide

Korte terugblik
Basisstof 1:
Genotype en Fenotype


Slide 5 - Tekstslide

Genotype:

Dit zijn de eigenschappen die
worden bepaald door
DNA
oftewel:
Het GENotype komt door je GENEN
Fenotype:

Dit zijn eigenschappen die
komen door de omgeving.
Die kunnen veranderd worden.

Dus:
Het fenotype kan veranderen.

Slide 6 - Tekstslide

Leerdoelen:
- Je kan uitleggen hoe het geslacht wordt bepaald



Stelling:
Geloof jij in toeval?


Slide 7 - Tekstslide

Uitleg!
Basisstof 2: chromosomen
Uitleg is 8 dia's


Timer:

Slide 8 - Tekstslide

Chromosomen
Hoeveel chromosomen hebben mensen?
En hoe komen we daaraan?


Slide 9 - Tekstslide

Chromosomen
Mensen hebben in hun celkern 46 chromosomen.
Je krijgt 23 van je vader. Die zitten in de zaadcel.
Je krijgt ook 23 van je moeder. Die zitten in de eicel.

Bij de bevruchting komen de eicel en zaadcel samen.
Dan zitten er dus 46 chromosomen in de nieuwe cel.

Slide 10 - Tekstslide

Chromosomen van de mens (wat klopt er niet)

Slide 11 - Tekstslide

XX of XY
De laatste paar chromosomen bepalen je geslacht.
In een eicel zit altijd een X chromosoom.
In een zaadcel kan een X of een Y zitten.

Zo wordt dus willekeurig bepaald of je XX of XY krijgt.
Dit zijn de geslachtschromosomen

Slide 12 - Tekstslide

23 paar
Omdat je dus van elke chromosoom 2 hebt.
Zeggen we dat mensen 23 paar chromosomen heeft.

Is deze persoon een man of een vrouw?



Slide 13 - Tekstslide

1 soort cel heeft niet 46 chromosomen.
Welk soort cel is dat?

Slide 14 - Tekstslide

Geslachtscellen
Geslachtscellen hebben maar 23 chromosomen. 
Anders zou een baby veel te veel chromosomen hebben.
23 + 23 is immers 46.

Slide 15 - Tekstslide

Bekijk afbeelding 2 in je boek

Slide 16 - Tekstslide

Einde uitleg
Zijn er nog vragen

Slide 17 - Tekstslide

Aan de slag!
Maken: 1 t/m 7, en je mag kiezen tussen 8 of 9
Blz. 113 t/m 121
Tijd: 15 minuten
Vraag: Lees de tekst, of steek je hand op. Ondertussen verder werken.
Klaar? Kijk na met een andere kleur. Antwoorden op Teams

Slide 18 - Tekstslide

Afronding

Slide 19 - Tekstslide

Leerdoelen
 - Je kan uitleggen hoe het geslacht wordt bepaald


Stelling:
Geloof jij in toeval?

Slide 20 - Tekstslide

Volgende les

Uitleg Basisstof 3
Genen en allelen
Huiswerk:

Pak Plenda of agenda!

Maken: 1 t/m 7, en je mag kiezen tussen 8 of 9
Blz. 113 t/m 121

Controle

Slide 21 - Tekstslide

Tot donderdag!

Slide 22 - Tekstslide